West-Europese adel » Floris I Baron van Pallandt (1539-1598)

Persoonlijke gegevens Floris I Baron van Pallandt 

  • Hij is geboren op 25 juli 1539.
  • Baron van Pallandt, Witthem en Weerd Heer van Kinzweiler, Engelsdorf, Wildenburg, Lienden, Maurik, Eck-en-Wiel, Dalem, Heiden, Lede, Oostkamp, Oudenweerd, Ommeren en Vrechen Graaf van Culemborg
  • Hij is overleden op 29 september 1598, hij was toen 59 jaar oud.
  • Een kind van Everhard van Pallandt Heer van Kinzweiler en Margaretha van Lalaing
  • Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 15 april 2013.

Gezin van Floris I Baron van Pallandt

(1) Hij is getrouwd met Elisabeth van Manderscheid-Kerpen.

Zij zijn getrouwd op 19 september 1564 te Berburg, hij was toen 25 jaar oud.


Kind(eren):



(2) Hij is getrouwd met Philippa Sidonia van Manderscheid-Gerolstein.

Zij zijn getrouwd in het jaar 1571, hij was toen 31 jaar oud.


Kind(eren):



Notities over Floris I Baron van Pallandt

PALLANDT (Floris van), zoon van Erard of Everard van Pallandt (IV 1057) en Margaretha van Lalaing, graaf van Culemborg, vrijheer van Pallant, Wittem en Weerd, heer van Wildenburg, Vrechen, Lede, Heiden, Oostkamp, Engelsdorff, Kintzweiler, Lienden, Oudenweerd, Maurik, Eck en Wiel, Ommeren, Dalem enz., bannerheer en erfschenker van Gelderland, geb. 1537, overl. te Kuilenburg 29 Sept. 1598. Wegens de krankzinnigheid van zijne moeder en het verlies van zijn vader op jeugdigen leeftijd werd hij door zijne oudtante Elisabeth van Culemborg, weduwe van Antonis van Lalaing, op het slot te Kuilenburg opgevoed. Zij was een trouwe aanhangster van de katholieke kerk en Floris was tot in 1566 een aanhanger van dit geloof. Zijne opvoeding werd te Brussel voltooid aan het hof van de landvoogdes Maria, de koningin-weduwe van Hongarije. Hij won het vertrouwen van den keizer. Tegen het eind van 1555 begaf hij zich naar Culemborg wegens de wankele gezondheid van zijne oudtante en werd kort na haar dood als graaf van Culemborg gehuldigd (19 Dec. 1555). Deze bezitting was door Elisabeth reeds aan den vader van Floris vermaakt en was mede door hare bemoeiingen door Karel V tot een graafschap verheven (21 Oct. 1555). Daar ook andere bezittingen van Elisabeth op hem overgingen, behoorde hij tot de rijkste nederlandsche edelen. Te Brussel, waar hij een huis naast dat van den graaf van Egmond kocht, voerde hij een grooten staat. Dit veroorzaakte dat hij zijne goederen met schulden moest bezwaren. Hij onderscheidde zich in den slag bij St. Quentin (1557) en rustte eene afdeeling ruiters uit, waarmede hij zich in Picardië in dienst van den hertog van Savoje begaf (1558). Hierdoor versterkte hij zijn aanzien bij den Keizer en bij kroonprins Philips. In de volgende jaren sloot hij zich echter aan bij de tegenstanders der regeering. Met den prins van Oranje en vele voorname edelen ijverde hij voor het verwijderen van den almachtigen kardinaal Granvelle uit de Nederlanden en hij voegde zich bij de tegen dezen gesloten Ligue. Hij was Nov. 1562 tegenwoordig op den rijksdag te Frankfort, waar de Prins, Egmond, Hoorne e.a. klachten indienden over de toestanden hier te lande en over het bestuur van Granvelle. Gedurende de laatste jaren van diens bewind was hij echter niet dikwijls te Brussel, maar vertoefde hij afwisselend te Kuilenburg en in verschillende plaatsen van Duitschland, waar hij zijn leenheer, den bisschop van Munster, met de tot zijne beschikking staande gewapende macht ondersteunde. Te Keulen woonde hij het huwelijk van zijne zusters Margaretha en Elisabeth met Jan Walraet van Merode en graaf Joost van Schouwenburg bij (1562). Zelf huwde hij 1562 te Biberich met Elisabeth van Manderscheidt. Hij begaf zich Sept. 1565 met haar naar Culemborg, waar zij als gravin gehuldigd werd. Inmiddels had van Pallandt zich niet onttrokken aan het verzet tegen de regeering in de Nederlanden. Zoo had hij zich begin 1565 nog met andere edelen verbonden om, wanneer aan den graaf van Egmond, die in dezen tijd naar Spanje vertrok, iets mocht overkomen, dit op den Kardinaal Granvelle te wreken. Spoedig treffen wij hem weer te Brussel aan, waar Dec. 1565 in zijn huis bijeenkomsten plaats vonden, die leidden tot de oprichting van het Compromis der Edelen. Hij onderteekende dit verbond en woonde de vergaderingen te Breda en op het kasteel Hoogstraten bij, waar het verzoekschrift, dat aan de landvoogdes zou worden aangeboden, werd opgesteld (Maart 1566). Gedurende de dagen, waarop de overhandiging van dit stuk en de daaruit voortvloeiende besprekingen met de landvoogdes plaats vonden, (4-8 April) vergaderden de edelen telkens in zijn huis. Daar zou op laatstgenoemden datum de maaltijd hebben plaats gevonden, waar de aanwezige edelen den naam ‘Geuzen’ aannamen. Van Pallandt verliet Brussel 11 April en begaf zich naar Culemborg, waar de inwoners van het graafschap, die tot de hervormde leer waren overgegaan, hem bij een verzoekschrift toestemming tot het gebruik maken van de gasthuiskerk vroegen (6 Mei). De graaf stond hun verzoek echter niet toe. Zijn overgang tot de nieuwe leer had blijkbaar nog niet plaats gevonden. Eenige jaren geleden (1562) was te Culemborg nog een wederdooper Cornelis Aertsz. de Man levend verbrand. Zijne bekeering volgde echter spoedig, zeker onder invloed van zijne luthersche gemalin en van den voortgang der hervorming in het Zuiden. Van Pallandt vertoefde nl. begin Juli te Antwerpen, waar de Calvinisten vrijheid van godsdienst verlangden. De bijeenkomst der verbonden edelen te St. Truyen (14 Juli), waaraan van Pallandt deel nam, had gedeeltelijk onder invloed der bewegingen te Antwerpen plaats. Hij werd met anderen naar Duffel afgevaardigd, om te onderhandelen over de moeilijkheden op kerkelijk gebied. Inmiddels brak de beeldenstorm uit. Van Pallandt heeft getracht ongeregeldheden in zijn gebied Culemborg te voorkomen, terwijl hij hier de hervormde leer invoerde. Hij stond na zijne terugkomst uit St. Truyen aan een aanhanger van dit geloof toe te prediken. Op 30 Juli vaardigde hij echter een verbod uit tegen het lastig vallen van andersdenkenden. Vervolgens gelastte hij uit de kerken en overal elders de beelden te verwijderen. Toch had 30 Sept. de plundering der St. Barbara-kerk te Kuilenburg plaats. In 1566 vertoefde van Pallandt nog in de Nederlanden. April 1567 begaf hij zich naar zijn kasteel Weerd in Duitschland en vervolgens hield hij zich te Keulen, Biberich en andere duitsche plaatsen op. Hij werd 19 Jan. 1567 voor den Raad van Beroerte gedaagd, waartegen hij uit Keulen protesteerde (Maart 1568). Hij werd 28 Mei veroordeeld tot eeuwige verbanning uit 's konings landen onder bedreiging met den dood bij overtreding en tot verbeurdverklaring van al zijne goederen in het gebied van koning Philips gelegen. Kort daarop werd zijn huis te Brussel afgebroken en werden zijne kasteelen Culemborg en Wittem bezet. Het laatste heroverde hij voor een tijd. Hij bracht troepen bijeen, om de door Willem van den Berg, de Villiers e.a. beraamde invallen in Gelderland of Brabant te ondersteunen. Ook Lodewijk van Nassau ondervond steun van hem bij zijn veldtocht in 1568, terwijl hij in 1570 en 72 den Prins van Oranje geld voorschoot voor diens invallen in Brabant. Hij trachtte, hoewel zonder gevolg, den Keizer en de duitsche vorsten tot bemiddeling tusschen de Nederlanders en de spaansche regeering te brengen. In dien geest diende hij met anderen en uit eigen naam verzoekschriften in (1570). Na Alva's vertrek keerde van Pallandt naar de Nederlanden terug en bood zijne diensten aan de Staten van Holland aan. Hij bezocht Oct. 1574 de vergadering van dit college te Dordrecht, vertoefde vervolgens te Middelburg en bevorderde
het tot stand komen der Unie tusschen Holland en Zeeland (1575 en 76). De Prins benoemde hem tot voorzitter van den Landraad, die Aug. 1575 naast hem werd opgericht, doch welke slechts een kortstondig bestaan heeft gehad. In genoemd jaar had hij ook geijverd voor het aanbieden der souvereiniteit over Holland en Zeeland aan den prins van Oranje. Toen deze weigerde, drong hij aan op het zenden van een gezantschap naar Engeland, dat de opperheerschappij over de Nederlanden aan koningin Elisabeth zou opdragen. Eene oneenigheid met Engeland, ontstaan door het in beslag nemen van eenige visscherschepen uit Zeeland, werd door bemiddeling van van Pallandt uit den weg gerulmd. Na het sluiten der Pacificatie van Gent diende hij als bemiddelaar voor de aansluiting van Gelderland bij dit verbond. Sedert dien tijd werd hij als lid der ridderschap van Gelderland beschreven en bezocht hij de vergaderingen der Staten van Holland niet meer. In Januari 1578 werd hij door het kwartier Nijmegen voorgedragen tot stadhouder van Gelderland, maar op zijn verzoek werd Jan van Nassau tot die waardigheid benoemd. Hij aanvaardde de Unie van Utrecht (April 1579) maar niet als graaf van Culemborg, alleen voor zijne heerlijkheden, waarschijnlijk omdat hij ontbinding der Pacificatie van Gent niet wenschelijk achtte.
Sedert 23 Jan. 1577 had van Pallandt weer zijn intrek op het kasteel te Kuilenburg genomen, dat sedert dien tijd zijne gewone verblijfplaats werd. Door zijne ligging was het ook van belang voor de verdediging der grens, zoodat er geregeld eene compagnie staatsche troepen lag. Van Pallandt was een aanhanger van den graaf van Leicester, zoowel omdat hij veel verwachtte van de ondersteuning van Engeland, als omdat hij in zijne geloofsovertuiging een geestverwant van den landvoogd was. Diens medestanders in Utrecht, Herman Modet, Karel van Trillo en Gerard Prouninck vonden na hunne verdrijving een toevluchtsoord te Culemborg. Prouninck's zoons werden tegelijk met van Pallandt's zoon opgevoed. Joan Bax, die door Leicester tot commandant van Muiden was benoemd, stelde hij aan tot bevelhebber over het garnizoen te Kuilenburg. Later heeft van Pallandt zich wel minder gunstig over deze aanhangers van Leicester uitgelaten. Van prins Maurits had zijn partij kiezen voor Leicester hem niet voorgoed verwijderd. Hij bevorderde althans 1590 diens verkiezing tot stadhouder van Gelderland. In 1589 en volgende jaren geraakte hij in moeilijkheden, doordat hij toeliet, dat te Kuilenburg munt werd geslagen voor de Groninger Ommelanden. De Staten-Generaal achtten dit in strijd met de regeling, die ten opzichte van het muntwezen in de Nederlanden was getroffen en lieten den muntmeester Hendrik Kraeyvanger arresteeren. De laatste levensjaren van van Pallandt waren niet gelukkig door ongenoegen met zijne tweede vrouw, wier gedragingen tot veel ergernis aanleiding gaven en van wie hij zich liet scheiden (1583). Verder procedeerden zijne drie zusters tegen hem over hare aanspraken op verschillende bezittingen. Van Pallandt was zeer bemind door zijn ondergeschikten en hij genoot de vriendschap van vele bekende staatslieden en geleerden. Hij droeg zorg voor de toeneming der welvaart en het onderwijs in zijn gebied. De kerkelijke plechtigheden nam hij nauwgezet waar. Zijne lijfspreuk was ‘libertas vita carior’.
Hij was gehuwd met Elisabeth, gravin van Manderscheidt, Blankenheim enz., die hem eene dochter Elisabeth schonk en hertrouwde met Philippa Sidonia van Manderscheidt-Blankenheim-Gerolstein, die de moeder werd van zijn zoon Floris (die volgt).
Van Pallandt's biografie is geschreven door G.D.J. Schotel, Floris I en II van Pallant (Arnhem 1846); zie de literatuuropgaven ald. Zie verder M. ab Isselt, Sui temporis historia (Col. 1602); Strada, De bello Belgico (Romae 1632-47); van der Haer, De initiis tumultuum belgicorum (Duaci 1587); van Loon, Nederl. Hist. penningen (Haag 1723-41); Marcus, Sententiën van Alba (Amst. 1735); te Water, Historie van het Verbond der Edelen (Middelb. 1753) en Tweede Eeuwfeest van de Vrijheid (Middelb. 1772); Voet van Oudheusden, Beschrijving van Culemborg (Utrecht 1753); Bondam, Onuitgegev. Stukken (Utr. 1779); van de Spiegel, Onuitgegeven Stukken (Goes 1780); Groen van Prinsterer, Archives de la maison d'Orange- Nassau (Ser. I, I-II); Bruce, Corresp. of Rob. Dudley, earl of Leycester (Lond. 1844); Haak, Paullus Merula (Zutphen 1901) Bijlage; Rachfahl, Wilhelm von Oraniën und der Niederl. Aufstand (Halle 1906-10) II, III. De bekende werken over den 80-jarigen oorlog van Bor, van Meteren, Wagenaar, Motley. Voor artikelen over van Pallandt zie Petit's Repertorium en Supplem.
http://www.inghist.nl/retroboeken/nnbw/#5%3A219

==============================================================

Kort voor het overlijden van Elisabeth verhief Karel V de heerlijkheid tot graafschap. Omdat Elisabeth kinderloos stierf, erfde Floris van Pallandt, een kleinzoon van haar oudste zus Anna, het graafschap. Floris ging onder invloed van zijn Lutherse echtgenote al gauw over tot het protestantisme. Met Oranje en de heer Van den Bergh speelde hij een belangrijke rol in de opstand tegen het Spaanse gezag. In 1566 was Floris de eerste in de Nederlanden die een Calvinistische dienst liet houden, terwijl men elders nog hagepreekte. Dat gebeurde in het washuis van het kasteel. Zo zorgde hij ervoor dat de nieuwe leer in Culemborg voor het eerst openlijk en officieel in de Nederlanden werd verkondigd.
Maar als wraak liet Hertog van Alva het kasteel met de grond gelijk maken toen de graaf in Duitsland zat, omdat hij voor de bloedraad moest komen.

Bron: http://genealogics.org/getperson.php?personID=I00025165&tree=LEO

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Floris I Baron van Pallandt?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Floris I Baron van Pallandt

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

  • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
  • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
  • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).

De getoonde gegevens hebben geen bronnen.

Historische gebeurtenissen

  • Graaf Filips III (Oostenrijks Huis) was van 1555 tot 1581 vorst van Nederland (ook wel Graafschap Holland genoemd)
  • In het jaar 1564: Bron: Wikipedia
    • 31 december » Willem van Oranje houdt een rede in de Raad van State waarin hij opmerkt: Ik kan niet goedkeuren dat vorsten over het geweten van hun onderdanen willen heersen en hun de vrijheid van geloof en godsdienst ontnemen. Met deze woorden werd het conflict tussen de Lage Landen met de koning van Spanje, Filips II, openlijk onder woorden gebracht.
  • Stadhouder Prins Maurits (Huis van Oranje) was van 1585 tot 1625 vorst van Nederland (ook wel Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden genoemd)
  • In het jaar 1598: Bron: Wikipedia
    • 13 april » Koning Hendrik IV van Frankrijk geeft het Edict van Nantes uit. Hierdoor krijgen de hugenoten vrijheid van religie.
    • 1 september » Boris Godoenov wordt tot Tsaar van Rusland gekroond.
    • 26 november » Drie schepen onder leiding van Jacob van Neck bereiken Bantam op West-Java.


Dezelfde geboorte/sterftedag

Bron: Wikipedia

Bron: Wikipedia


Over de familienaam Baron van Pallandt


De publicatie West-Europese adel is opgesteld door .neem contact op
Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
Pieter, "West-Europese adel", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/west-europese-adel/I76000.php : benaderd 2 mei 2024), "Floris I Baron van Pallandt (1539-1598)".