(1) Hij is getrouwd met Jacoba Johanna van Hanswijk.
Zij zijn getrouwd op 25 oktober 1790 te 's Hertogenbosch, N.B., hij was toen 22 jaar oud.
Kind(eren):
(2) Hij is getrouwd met Johanna Maria Catharina van Hanswijk.
Zij zijn getrouwd op 27 november 1798 te Oisterwijk, N.B., hij was toen 30 jaar oud.
Kind(eren):
(3) Hij is getrouwd met Petronella Margaretha Jacoba van Hanswijk.
Zij zijn getrouwd op 19 juli 1815 te Vught, N.B. , hij was toen 46 jaar oud.
(4) Hij is getrouwd met Sara Johanna van Hogendorp.
Zij zijn getrouwd op 18 juli 1823 te Middelburg, Walcheren, Zeeland, Nederland, hij was toen 54 jaar oud.
De grafkelder van de familie Martini
De oudste grafkelder op eigen grond in Vught die gebouwd kon worden volgens de richtlijnen uit 1804, is die van de familie Martini. Het lag in die tijd ver buiten de bebouwde kom. We vinden het graf bij de rotonde aan de Martinilaan tegenover de nummers 9 en 11. Uit literatuur en tekeningen is bekend dat het oorspronkelijk een schitterend monument is geweest. Uit de beschrijving die oud-archivaris F. de Bekker in 1930 van de grafkelder gaf, blijkt dat er in die tijd al vrijwel niets meer van over was. Toch werd de grafkelder in 1998 als gemeentelijk monument aangewezen.
Het familiegraf werd omstreeks 1813 gebouwd door jhr. mr. Hendrik Bernhard Martini (1768-1848). Wie was hij? Vóór de Franse Revolutie was hij raad, rentmeester-generaal en ontvanger-generaal van Brabant, en onder Koning Willem I directeur van de directe belastingen en het kadaster te 's-Hertogenbosch. Sinds 1823 was hij lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal en lid van de Commissie van landbouw. In 1822 werd hij in de Nederlandse adelstand verheven. Hij kocht in 1803 het landgoed Ouwerkerk van de familie Van Hanswijk. De Martini's waren protestants en Hendrik Bernhard was geruime tijd ouderling bij de Hervormde Gemeente.
H.B. Martini is viermaal gehuwd geweest. De eerste echtgenote, Jacoba Johanna van Hanswijk, werd in 1797 in Den Bosch begraven. Zijn tweede echtgenote, Johanna Maria Catharina van Hanswijk, overleed in 1813 op Ouwerkerk en werd als eerste in de nieuwe grafkelder in Vught bijgezet. In een ovaal cartouche boven de ingang stond de tekst:
Aan de liefderijkste echtvriendin Johanna
Maria Catharina van Hanswijk
Echtgenoote van Hendrik Bernard Martini
Overleden den 14 Maart 1813 oud 39 jaren.
Tegen de grafkelder was een gevel als sluitmuur opgetrokken. Het bovenste gedeelte is verdwenen, onbekend sinds wanneer. Het onderste gedeelte met hoofdingang en twee blinde nissen ligt misschien nog in de grond. Boven de vergrendelde en boogvormige overwelfde hoofdingang stond in een sluitsteen MEM[ento] MORI te lezen. Daarboven zat een rechthoekige steen die nu scheef en half weggezakt tussen boomstronken en klimop ligt. Op deze steen staat de tekst:
In het graf is geen vermoeijing meer
Eens horen wij de roepstem weer
Tot hooger heil bij onzen Heer.
Daar weer boven waren in een taps toelopend fronton de wapens van het geslacht Martini en van Van Hanswijk aangebracht.
Wie liggen er in de grafkelder begraven? Volgens een artikel uit 1931 in De Aankondiger zouden bijna alle leden van het geslacht Martini die in Vught geboren waren of gewoond hadden, in de grafkelder zijn bijgezet. Het zou om 29 familieleden gaan. Deze bewering werd niet onderbouwd, maar werd wel decennia lang in publicaties herhaald. Veel Martini's zijn echter elders begraven en bovendien zou in de grafkelder de ruimte voor zoveel overledenen ontbreken.
Slechts van drie personen is het tot nu toe zeker dat zij in deze grafkelder zijn bijgezet. Allereerst de al genoemde tweede echtgenote van Hendrik Bernard Martini. Over twee andere familieleden kon zekerheid worden gekregen omdat er wat aan de hand was. Het gaat om dochter Jacoba Petronella Margaretha uit het tweede huwelijk, geboren in 1804. Zij was op 3 juli 1829 in Zutphen overleden, twee dagen later 's avonds overgebracht naar Vught en daar de volgende morgen - gezien de toestand van het lichaam - snel in den Grafkelder van haren vader op Ouwerkerk bijgezet, aldus een briefje van de burgemeester aan de officier van de rechtbank in Den Bosch. Ook over de bijzetting van jhr. Nicolaas Johan, zoon uit het eerste huwelijk, bestaat zekerheid. In de raadsvergadering van 20 november 1854 werd namelijk een brief van zijn broer Antoni Martini van Geffen behandeld met diens weigering begrafenisrechten te betalen voor het bijzetten in deszelfs famille Grafkelder in 't Schoonveld van het Stoffelijk overschot Zijns ontslapen Broeders.
Over bijzetting van andere Martini's is niets met zekerheid te zeggen. Aangenomen mag worden dat in 1848 ook Hendrik Bernard zelf in de kelder is bijgezet, en mogelijk vijf andere (ongehuwde) kinderen uit zijn tweede huwelijk. Deze overleden tussen 1820 en 1835 en hun vader overleefde hen dus allemaal. De in 1819 op Ouwerkerk overleden derde echtgenote, Petronella Margaretha Jacoba van Hanswijk (een zuster van Johanna Maria Catharina), zal vermoedelijk ook in de grafkelder zijn bijgezet, evenals haar dochtertje Henriëtte J.M., dat op nieuwjaarsdag 1816 overleed. Haar geboorte op de Buytenplaats Ouwerkerk was op 12 juli 1815 aangegeven. Toen haar ouders een week later trouwden, werd de baby bij de huwelijksakte erkend en gewettigd. Hendrik Bernard heeft ook zijn vierde echtgenote, Sara Johanna, gravin van Hogendorp, douairière J.W. Thibault van Aagtekerke, overleefd. Zij overleed in 1840 in Utrecht.
Een apart geval betreft de bijzetting van Sara A. Orth van Nijenrode, op 10 december 1853 overleden te Tilburg. Het zou gaan om een tijdelijke begrafenis, omdat het lijk wegens de rivieren niet naar Holland kon worden vervoerd.
In 1851 heeft Antoni Martini van Geffen de Hervormde Gemeente Vught een stuk grond bij de grafkelder aangeboden tot eene eigene begraafplaats der Hervormden binnen deze gemeente. De kerkeraad had echter bezwaren tegen die locatie en sloeg het aanbod af. Het zou nog tot 1947 duren voor er een Protestantse begraafplaats in gebruik werd genomen. De locatie? Een gedeelte van landgoed Ouwerkerk aan de Ouwerkerklaan! Het kan verkeren...
Al tientallen jaren duikt er over de grafkelder een hardnekkig verhaal in diverse variaties op. Een agent van de gemeentelijke politie of diens zoon, woonachtig in de Martinilaan, zouden tijdens de Tweede Wereldoorlog in de grafkelder zijn geweest. Er bestaat zelfs een uitgebreide versie van het verhaal dat er ordelijk opgestelde loden kisten met naamplaatjes te zien waren geweest. Ook zou de grafkamer zijn leeggehaald, schoongemaakt en geschikt gemaakt als schuilkelder. Onderzoek wees uit dat op Martinilaan 15 veldwachter/agent J.L. Krutzen (1907-1983) had gewoond, maar dat de verhalen over een bezoek in de grafkelder naar het land der fabelen moesten worden verwezen. Er was wel ooit geopperd een schuilplaats voor onderduikers in de grafkelder te maken, maar er liepen vaak transporten met gevangenen onder bewaking door de Martinilaan: een schuilplaats op díe plek was dus een te riskante onderneming en de plannen zijn nooit uitgevoerd.
http://www.dodenakkers.nl/begraafplaatsen/noord-brabant/471-vught-graven.html
Bron: http://genealogics.org/getperson.php?personID=I00404823&tree=LEO
Hendrik Bernhard Jonkheer Martini | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1790 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jacoba Johanna van Hanswijk | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1798 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johanna Maria Catharina van Hanswijk | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(3) 1815 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(4) 1823 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Sara Johanna van Hogendorp |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.