doet belijdenis
20 morgen land van de buitenplaats Stellendijk te Zandambacht
Hij is getrouwd met Pieternelletje Lugtigheid.
Zij zijn op 10 april 1778 te 's-Gravenzande, Zuid-Holland, Nederland in ondertrouw gegaan.
Zij zijn getrouwd op 26 april 1778 te Maasland, Zuid-Holland, Nederland.Kind(eren):
Jan Beekenkamp | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1778 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Pieternelletje Lugtigheid |
Archief: Rechterlijk Archief
Notaris: Notaris Gilles Nijné
Inventarisnr.: Inv.nr. 4335 90 (akte 16)
Archiefnaam: Gemeentearchief Den Haag
Heeden den 19e April 1768 compareerden voor mij Gilles Nijné, Notaris bij den Hove van Holland geadmitteerd, in S'gravenhage resideerende present de getuijgen nagenoemt,
Gerrit Beekenkamp, Tuijnman wonende onder Haag Ambagt, weduwnaar, bruijdegom ter eenre Ende Cornelia Roolaart, meerderjarige dogter wonende alhier, bruijd ter andere zijde.
Te kennen geevende de comparanten dat zij met den anderen (onder Gods Zeegen) hadde bestemt om aan te gaan een wettig huwelijk, en het na de wetten deeser Lande te doen solemniseeren.
Dog voor het voltrekken van dien hebben goed gevonden met den anderen te maken dit navolgende contract of huwelijkse voorwaarden, namentlijk dat de comparanten tot subsidien en onderstand van dit voorgenomen huwelijk sullen in aanbrengen alle zodanige goederen als sij eenigsints zijn hebbende en bezittende bestaande, die van de bruijdegom in de navolgenden
Een bed, peuluw en twee kussens
twee deekens en vier laakens
Een paar katoene gordijnen
Twee katoene Schoorsteenkleeden
twee Servetten
drie mansrokken
twee kamisolen
een jas en drie broeken
drie paar kousen en twee paar schoenen
drie borstrokken
ses hemden
twee paar mouwen
Ses Stropjes
twee Neusdoeken
twee hoeden met een Kas
Een paar silvere schoen en broekgespen
Een Oude klok
Een klijn kasje
twee Tafels
Een spiegeltje
Ses stoelen
Een kopere kook ketel
een dito koffij keetel
Een kopere Lamp
twee Tinne kandelaars
Een Tinne trekpot
Een tang, asschop en blaaspijp
Een koeke pan en hangijzer
Ses Tinne leepels
Een schotel rak
twee Thee rakjes
Een half dosijn grof Thee goet
ses groote schotels
Twaalf borden
6 bier glaasen
eenige aardepotten
Een emmer, Een stoof en Twee topjes
En voorst in geld, de somme van Twee honderd guldens
Ende die van de bruijd, in de navolgende
Een Nieuw Testament
Een Verlakt Cabinet
Een dito kist
Een delfts stel
Japonne
Een blauwe groddetoere
Een witte Citse
Een swarte farandijne
Een bruijne Stoffen
gestikte Rokken
Een geele
Een groene greijne
Een blauwe dito
twee Catoene
ongestikte Rokken
Een blauwe kalminke
Een swarte greijne
twee swarte gestreepte dito
Een Catoene
Twee witte boven Rokken
Vier dito onder Rokken
Een dito Baaijen
Jakjes
drie Witte engelse Citsen
drie ammelebaste diffrente kleur
Een Rood oost jndisch
Een swart
twee dito katoene
Vier Catoene differente kleur
Borstrokken
Vier witte
Een dito Baaije
Vier dito Broeken
Een frans Lindens keurslijff met een witte borst
Een dito met een groene borst
Een paar Witte koussen
twee paar dito gazen mofjes
twee paar dito handschoenen
Calotten
Een met kante Slippen
Een dito sonder Slippen
Een dito voor den Rouw
Mutsen
Ses met Kant
Vijff dito voor den Rouw
Tien met Langetten
Twaalf Ondermutsen
Halsdoeken
Zes digte Neteldoeksen)
Ses kleijne dito
Agt in Soort
Een halve geborduurde
Zakdoeken
Zes met breede zoomen
twaalff in Zoort
Tien paar Mouwen
agtien hemden
Schorte kleeden
Ses witte
drie fijne dito in soort
Een swarte cits
Een saaije falie
twee swarte zijde hoedjes, Een swarte Kap
en een floertse dito
Een katoene Schouwer mantel
Tien sakken en Zeswaaijer
Goud en Zilver
Twee goude hoep ringetjes
Een dito met een Steentje
Een paar dito Oorringetjes met fijne pareldjes
Een swart kettinkje met een goud bootje
Een dito, met een dito bootje en een agaat steentje
drie goude haakjes met oogjes
Een silvere beugel
Een swarte sagrijne bijbel met silvere slooten
Een nieuw Testament, Schilpadde band met silvere sloten
Een paar silveren Gespen
Een silvere Naaldekoker
Een dito snuijffdoos
Een dito Eau de la raine doosje
Een dito ketting met een halve dito schaar
Een dito vingerhoed
En voorts in geld de somme van Eenhonderd guldens.
En sal voorts tusschen de conthoralen geen gemeenschap van goederen weesen dewijl deselve gemeenschap wel expresselijk word gesecludeert bij ende mitsdeesen.
En sal wijders winst en Verliesen staanden huwelijk te vallen gemeen weesen, soo nogtans dan de bruijd bij deesen wel expresselijk bedingt dat sij altoos aan haar behoud de keuse off sij in de voorn Winsten en Verliesen sal willen participeeren dan niet Welke keuse hare erfgenamen na haar overlijden meede sullen hebben. alle erffenissen en besterffenissen die op de conthoralen staande huwelijk komen te vallen sullen de winsten niet werden gereekent maar te houden en alleen genoten werden bij die geenen op dewelke de effenisse gesuccedeert en gemaakt sijn.
En zal ook de een voor des anders schulden voor dato van t huwelijk gemaakt niet aanspreekelijk weesen, nogt hunne goederen daar voor verbonden en executabel zijn.
Ende voorst komende ter dispositie over hunne na te laten goederen; so verklaarde zij comparanten alvoorens te revoceeren alle Testamenten, Codicillen off andere actens van uijterste Willen voor dato deeses gemaakt ofte gepasseert.
En op nieuws disponeerende soo verklaarde den Bruijdegom ingevalle hij de eerst stervende mogte weesen tot zijne Erfgenamen te nomineren en institueeren zijne bruijd de comparante in deesen; met en benevens sijne vier voorkinderen met naame Johanna, Maria, Johannes en Berendina, in huwelijk verwekt bij wijlen sijne huijsvrouwe Johanna Timmermans, ende kind off kinderen dewelke uijt deesen huwelijke sullen worden verwekt en nagelaten, en dat ijder in een filiale portie off kindergedeelte.
Ende ingevalle de Bruijd de eerst stervende mogte weesen soo verklaarde zij tot haar eenige en universeele Erfgenaam te institueeren den Bruijdegom, den Comparant in deesen, en sulx in alle 't geende denzelve zal komen na te laten, niets uijtgesondert des zal den bruijdegom gehouden zijn de kind off kinderen welke uijt het aanstaande huwelijk sullen worden geprocreëerd bij de bruijd na te laten, behoorlijk te onderhouden en op te voeden tot derzelver mondige dagen eerder huwelijk ofte anderen geapprobeerde Staten en daar benevens aan dezelven uijt te keeren legitime portie haar lieden competeerende als hun daarinne tot haare meede erfgenamen institueerende bij deesen.
Verklarende de comparanten voorst ingevalle zij kind off kinderen quamen na te laten in cas dezelve sonder te maken eenige uijttersten Wille mogte komen aflijvig te worden in de successie van haare goederen te verkiesen het aasdoms versterfregt en specialijk mitsdeesen voor soo veel haar aangaat te derogeeren de successie uijt het schependomsregt alhier vrigeerende.
Stellende de comparanten tot voogd ofte voogdesse over hunne na te laten kind of kinderen de langstlevende van hun beijde met magte van assumtie en surrogatie. Ende hij Bruijdegom tot voogd over voorn: sijne twee minderjarige voorkinderen Pieter Melieff, bouwman wonende onder haag Ambagt en dat meede met sodanige magt en last als een voogd na regten is competeerende, als meede met magt van assumtie en surrogatie.
Secludeerende mitsdien uijt hunnen boedel en nalatenschap Heeren Weesmeesteren alwaar haar Sterfhuijs soude mogen kommen te vallen, en wel specialijk heeren Weesmeesteren deeser Stad.
Alle 't geene voors. Staat verklaren de Conthonalen te weesen hunne huwelijkse voorwaarden, belovende dezelve exactelijk te sullen agtervolgen en nakomen onder verband als na regten. En voor soo verre sij daar inne hebben gedisponeerd over hunne na te laten goederen verklaarde 't selve te weesen hun Testament laatstn en uijttersten Wille 't geene sij begeeren dat alsoo sal worden agtervolgt en nagekomen ofte sodanig 't zelve best na regten statuten en constumen sal konnen en mogen bestaan.
Aldus gedaan en gepasseert ter presentie van Anthoni Nijné en Gijsbert Nijné junior als getuijgen.
Gerrit Bekenkamp
Cornelia Roolaart
Anthoni Nijné
Gijsbert Nijné junior
Gilles Nijné Notaris
Gebeurtenissen 19 april 1768
Archiefnaam: Gemeentearchief 's-Gravenhage
Notaris: Daniel Uittenbogaart
Inventarisnr.: 4041 72-89
Onderwerp: Verkoop van de buitenplaats Stellendijk
Archief: N.A.
(gedeeltelijke transcriptie door W. van Zeeland)
Heden den 9e maart 1700 Agt en seventigh compareerden voor mij Daniel Uittenbogaart Notaris (enz.) De Heeren Christoffel Jacob Heijs ter Eenre, en Hermanus van Borck Meester Timmerman en Schrijnwerker alhier ter Andere Zijde, wonende de beijde comparanten alhier.
Te kennen gevende de comparanten, dat zij in gemeenschap hebben gekogt van dHeer George Bose eene Buijtenplaats gelegen in Sant ambagt bij 's-Gravensande genaamd Stellendijk met de Heeren Huizinge en verder getimmert daar op Staande benevens desselfs Plantagie houtgewas al te samen groot omtrent Twintig morgen breeder in de brieven van opdragte Daar van door gemelde Heer Bose op den 19e september 1777 voor den Geregte van Sant ambagt om en voor de somme van Negentien duijzent gulden.
Dat de comparanten de Heeren Huijzinge en verder getimmerte daar op gestaan hebbende voor 't grootste gedeelte hebben gedemoleert (=gesloopt) en het gedemoleerde meest hebben verkogt.
Gelijk zij comparanten ook hebben verkogt en getransporteert alle de landen (den Ouden dijk daar van uitgezondert) aan Willem van der Wel en Jan Beekenkamp voor eene somme van Elf duijsent vijf honderd gulden die daar van wederom ten behoeve van hun beijde comparanten op den 31e october 1777 voor Schepenen van Sant Ambagt wegens reste van onbetaalde kooppeningen hebben gepasseert een Scheepen Schult en Kustingbrief (=hypotheekakte) onderf verbant (=met als borg) het verkogt ter somme van Negen Duijzent vijf hondert guldens, met beloft daar interessen te zullen betaalen iegens (=tegen) drie gulden van ieder hondert gulden in het jaar (=3% per jaar), in te gaan of te reekenen van den 1e Januari 1781 tot de voll voldoeninge toe Welke daar bij is gestipuleert (=bedongen) dat zal moeten geschieden op den 1e Meij 1784.
Dat derhalven als nu maar tussen de comparanten gemeen is gebleven en in gemeenschap werd beseten den Ouden Dijk met de Twee huijsjes daar op staande mitsgaders het plantsoen en houtgewas zo op den gemelden Dijk, als op het voors(chreven) verkogte en reets getransporteerde Land zig bevindende ten eijnde al het zelve ten gemeene profijte en Schade te administreeren en ten meesten voordele te verkoopen.
(dan volgen bepalingen waaraan de compagnons wederzijds zullen moeten voldoen)
Wijders belooft den comparant ter andere zijde aan den comparant ter eenre Jaarlijks te zullen voldoen de Interessen van de voors(chreven) Custingsbrief voor zo verre de helfte van dezelve den comparant ter Eenre competeert (=toekomt) ter voors(chreven) somme van vierduijzent zeven hondert en vijftig guldens te rekenen tegens drie guldens vant' hondert int' jaar van jaar af zo Lange voorn(oemden) Willem van der Wel en Jan Beekenkamp die volgens inhoude van gem(elden) Custingsbrief gehouden zijn zelve te betalen, alzo die eerst ten haren opzigte zijn ingaande met den 1e Januarij 1781 en dus tot dien tijd toe.
(verder gaat het uitsluitend over Heijs en Van der Borck).
Gebeurtenissen 9 maart 1778