Stamboom Ro(o)vers » Franciscus Petrus Boelrijk (1907-1984)

Persoonlijke gegevens Franciscus Petrus Boelrijk 


Gezin van Franciscus Petrus Boelrijk


Notities over Franciscus Petrus Boelrijk

Bron: Nico Boelrijk

Algemene informatie
Franciscus Petrus Johannes Boelrijk.
Hij is geboren op 12 juni 1907 te Zaandam.
Zijn roepnaam is: Frans.
Frans is het 10e kind (van de 11 kinderen) uit het gezin van
Nicolaas Christiaan Gerardus Boelrijk en Petronella Johanna Roovers.
Frans is overleden te Delft op 8 april 1984

Er is weinig tot niets bekend omtrent zijn jeugd. Totdat hij naar het seminarie gaat van Warmond. Hier voelt hij zich thuis. Hier kan hij zijn ei kwijt. Hij zit in diverse clubjes en ontpopt zich als een begenadigd liedjesschrijven en het maken van gedichten.

Op zaterdag na Pinksteren 30 mei 1931 wordt hij door Mgr. Aengement in de St. Bavo-kathedraal in Haarlem tot priester gewijd.
Een dag later draagt hij zijn Eerste Plechtige H. Mis op in de St. Antoniuskerk te Dordrecht( Drievuldigheids-Zondag ).
De receptie is gehouden op 31 mei ts 14.00 - 15.30 uur in het gebouw "Dependance" Steegoversloot 43 in Dordrecht.

Over zijn priestertijd zijn enige verhalen te vertellen.
Texel
Na zijn priesterwijding wordt hij geplaatst op Texel.
In een krantenknipsel ( Herinneringen van de oprichter. 40 jaar later) wordt hier als volgt over geschreven:
"Toen pastoor Van Ruyven mij op
14 augustus 1931 bij de Texelse boot had opgewacht als nieuwe kapelaanen opvolger van kapelaan Tesselaar, leidde hij mij naar de Hogeberg. Daar liet hij me uit de auto stappen en toonde mij Den Burg met de twee kerktorens en met alles wat daar in een kring omheen lag.
Het was een heldere dag en het wijde uitzicht, aan Texelaars zo wel bekend, was prachtig. Daar lag dan mijn eerste werkterrein.
Twee jaren zou ik de tijd krijgen om met dat alles waarop ik neerzag, vertrouwd te raken.
In augustus 1933, de dag van mijn vertrek kende ik de namen van mensen en straten en buurtschappen en huizen en boerderijen, wist ik alle wegen en weggetjes in duinen en bossen en polder vanaf de vuurtoren tot 't Horntje, van De Koog tot Dijkmanshuizen. En mocht ik er toch in die twee jaren hebben overgeslagen, dan vond ik ze later in de vele malen dat ik naar Texel terugkeerde.
Nu in 1972 ben ik zo ver dat ik afscheid neem van alles wat daar in 1931 is begonnen. Ik overzie dat alles vanaf de Hogeberg. Het is een pracht overzicht nu ik aan al die mensen en plaatsen en dingen denk met wie en wet welke ik vertrouwd ben geweest.
Heel aangenaam was ik verrast toen de voorzitter van de Texelse Boys mij overal op het vaste land zocht en mij vond op.....Texel, nog wel vlak bij het landje waar de Boys het eerst speelden. Ik mocht zien in het notulenboek vanaf 1932 en kon terug kijken in de eerste vergaderingen die ik zelf had geleid. Kijkend vanaf de Hogeberg ziet men de torens het eerst: zo blijven er herinneringen in het leven die boven het andere uitsteken. In het mijne doen dat de Texelse Boys. Heel begrijpelijk, want niet alles wat ik heb opgericht haalt een veertigjarig bestaan.
Na Texel wordt Frans in Bennebroek geplaatst.

Bennebroek
Hij gaat met de jongeren van de parochie ter gelegenheid van de "Stille Omgang"' naar Amsterdam wandelen. Hij had in jaren - sinds het klein seminarie - niet meer lang gewandeld en hij zag er verschrikkelijk tegen op; maar ja; hij had A gezegd en daar gingen ze dan 's avonds om halfacht. Voordat Haarlem bereikt was, voelde Frans zijn knieën al stijf worden- volgens hem had hij makkelijk kunnen opgeven of op de tram stappen; doch hij zette door. 's Nachts om half twee waren zij in Amsterdam aan het begin van de stille Omgang; daarna nog bijna een uur lopen. Het was een wonder dat hij op de been bleef.

Achelse Kluis
Het is inmiddels 1937. Intussen heeft Frans van Mgr. Huibers (Bisschop van Haarlem) verlof gekregen om andere wegen uit te proberen -zich terug te trekken als trappist in de Achelse Kluis.
Omschrijving voor: Trappist en Achelse Kluis
Frans schrijft uitvoerig met zijn zus Nel ( Francisca ). In een van zijn brieven schrijft Frans aan Nel: dat hij vindt dat zijn broers en zussen uit verschillende kloosters elkaar moesten mogen bezoeken - als Frans nog eens een kloosterorde sticht, dan maakt hij daarbij een dergelijke regel.

Na 14 maanden (eind december 1938) verlaat Frans dit klooster en gaat hij zich opnieuw wijden aan het parochieleven. Frans is dankbaar dat hij in de Achelse Kluis is geweest. Hij voelt zich weer op zijn plaats in de parochies.

Bergen
Hij wordt geplaatst in Bergen ( N.-H.)
Hij schrijft:
Het is hier een aardig dorp zoiets als Bennebroek - met 's zomers veel vreemd gedoe. Er valt hier veel te doen. Na een week van kennismaking, geloof ik dat de pastoor en ik goed bij elkaar passen - dat is ten voordele van het werk.
Tot september 1940 blijft Frans in Bergen.

Gouda
Hierna wordt hij overgeplaatst naar Gouda, Kleiweg 24.
In een van zijn brieven aan Nel schrijft Frans:
Ik ben verhuisd naar Gouda en ben daarmee vanuit de frisse bossen en duinen in de prut terechtgekomen, ofschoon onze Kleiweg met haar modderige naam toch een fatsoenlijke asfaltstraat is. Behalve het veen en het wateris het hier toch wel erg aardig en ik heb me dan ook met hart en ziel op mijn nieuwe parochianen geworpen. Na drie maanden voel ik mij al aardig thuis hier.

In 1943 wordt hij in Gouda door de Nazi's opgepakt. Hij verspreidde bisschoppelijke brieven en hij luisterde naar de Engelse radio. Frans heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog gevangen gezeten in de gevangenis " Oranje Hotel " te Scheveningen.
Hij was opgepakt door de bezetters (Duitsers) omdat hij brieven verstuurde, waarvan de inhoud niet vleiend voor de bezetters was. Tevens was hij in het bezit van een radio. (Dit was in die tijd verboden). In het Gedenkboek van het Oranjehotel, "Celmuren spreken, gevangenen getuigen" van E.P. Weber staat
F. Boelrijk, Den Haag, Kath. priester - Verboden zender 12.6.1907 tijdvak gevangenschap: 12/03/43 - 24/05/43 Vonnis 1 o jaar gevang.

Utrecht
Uit de brief van 27 juni 1943 blijkt dat Frans opgesloten zit in het Deutsches Untersuchungs und Strafgefängenis Wolvenplein 27 te Utrecht.
In deze brief bedankt Frans dat zijn broer Niek hem heeft bezocht. Tevens schrijft hij dat zijn ouders niet ongerust hoeven te zijn. Hij schrijft dat hij met rasse schreden naar het examen op 27 juli gaat. Wij Boelrijken zijn meer door examens heen gebeden, dus er is veel hoop dat er een goed cijfer uit de bus komt. Medelij heeft hij wel het meest met zijn fiets - wat zal die "op stal" de p in hebben. Een van zijn angsten is, dat hij nu Gouda zal verliezen. Hij vraagt aan de Deken; "verdedig mijn plaatsie".

Zus Joh, wijkverpleegster zorgt voor het doorsturen van Frans zijn brief.Deze brieven
gaan de familie rond. Joh zelf schrijft ook een brief, waarin zij haar verslag doet van het
weerzien van Frans tijdens het transport van Utrecht - Gouda - Den Haag.
Om te beginnen volgt hier de brief van Joh en daarna de 2 brieven van Frans.

Zus Joh de wijkverpleegster was op de terechtzitting van Frans en zij schrijft aan haar zus Nel ( Francisca):
Lieve Francisca
" Ik moet weer zoveel schrijven, zodat je nog een kort verslag krijgt van 27 Juli, de rechtszitting. Ik wist dat Frans 's morgens van Utrecht naar Gouda, vervoerd zou worden.
Ik wachtte hem om 6 uur 's morgens op het perron op, waar ik hem om 8 uur, zag aankomen. Ik schrok ervan. grauw en mager was hij, maar z'n stem was goed. Ze waren
met 9 gevangenen en 9 agenten. Ik had heel wat eten meegesjouwd, brood,kaas en een
paar eieren, melk, koffie en vooral sigaretten,daar doe je wat mee. Ik stapte ook in de
wagen van hem, ofschoon 't eerst niet mocht en ze mochten op de heenreis ook al roken
en taart eten en Frans mocht koffie hebben. We hebben ze gevolgd achter de stoet aan
tot Den Haag in 't gebouw. Ik heb 's avonds gewacht tot ze weer terug waren en ik
geloof,dank zij de sigaretten die ik weer had mocht ik tussen de gevangenen in zitten
en heb een uur met Frans gepraat. Hij maakt het, ofschoon broodmager, erg goed. Dit moet je nooit zeggen (hij is blij, dat hij met al de ellende, ook eens heeft gezeten) Heeft erge honger, maar dat is gewoon. Verder op de achterkant de 3e brief. Er zal er nog wel eens een in Helmond komen, die je nog wat meer vertelt, maar dit had ik niet kunnen dromen.De uitspraak is over drie weken en zal erg meevallen. Joh.

Op 18 juli schrijft Frans wederom een
Brief uit zijn cel :
" Zelle 57 U 476
Deutsches Untersuchungs und
Strafgefangnis
Wolvenplein 27 Utrecht.
Utrecht 18 Juli 1943
Dierbare Ouders, broers en zusters. Waarde Heer Deken en collega's. Ofschoon het tegen mijn eigen raad in gebeurde, ben ik toch zeer blij, dat Moe tot mij met alle geweld wilde doordringen. Wij kinderen van haar zijn in deze eigenwijze eigenschap geen slechte navolgers. En wat me 't meeste verheugde was te constateren dat zij haar zenuwen zo rustig de baas was. Als 't zo is, laat dan komen wie wel op 27 juli in Den Haag. De brief uit Dordt arriveerde 10 juli. Ik dank de Deken en mijn collega's, voor het gulle voornemen iedere week mij te zullen schrijven. "t Ontbreekt me aan geen tijd om te lezen". Tot nu toe merk ik dat uw weken, langer nog duren dan de mijne ? ik telde er reeds vier sinds de eerste briefuit Gouda. Doch dat kan aan de post liggen, de brief van Perpetua ook ontvangen. Groeten terug aan Romijn, v. Ruijven en alle medewerkers. Ik zal de H. Mis weer plechtig zingen, zo gauw jullie voor de mogelijkheid zorgen. Bertus zij gefeliciteerd met zijn zoon Nic.
Allen die mij leest van harte gegroet, Vader en Moeder allermeest.
God zij met U. Hij is ook met mij. Al het tijdelijke is maar kort, al is't lang voor ons ongeduld. Uw liefh z.br. en collega. Frans.

Brief van Frans aan de familie
Utrecht 8 Augustus. 1943
Eigenaardig verschijnsel: wanneer men het einde dichter bij ziet, wordt het geduld minder: Volharden roep ik mijn paardje toe. De preek van Franciscus er bij: geduld baart hoop. We hadden een welbeladen fouragewagen achter ons op 27 juli: Ofschoon het voor verder buitenstaander moeilijk te schatten is wat " hij op een dag, kan verslinden. ", volgende keer, pannenkoek, zwart brood, grutjes of rijst op het menu. Een prettige dag is het geweest met goede hoopvolle uitslag, maar met weinig gelegenheid om de over grote belangstelling te bedanken, om vragen te beantwoorden of te stellen. Zelf had ik me ook meer daaromtrent voorgesteld. Al die belangstellende zijn met deze nogmaals bedankt.
Ja, ja wachten dat is een kunst hË? Ik herinner me, Mijnheer Deken, Uw kamerwandelingetjes. Stelt U zich mij ook maar zo voor: ik heb nu reeds verscheidene kilometers zo op en neer afgelegd. Bedankt voor het interessante nieuws uit Gouda middels G e N van Sluijter juist vandaag ontvangen. ook van Clotildus Venlo, Helmond en die van Bep maar na 27 juli.
Het Is alles te veel om er hierin te reageren, daarvoor blijven te weinig regels open. Wachten is nu op herexamen.
Zult jullie alstublieft zodra je een datum weet daarvan mij met geen minuut uitstel daarvan berichten en zo nu en dan Dhr v. Velzen zeuren, datze op schieten dan kan ik tenminste weer naar een punt heen tellen, datis tijdverdrijf hier.
Bart alreeds bedankt voor al was het vergeefs, de reis, misschien mag enwel bij de volgende bezoekgelegenheid gebruik maken, denk dan om de tandpasta van Joh.
Moeder, nog maar goed moed houden: van alle kanten komen berichten over vele gebeden. O.L. Heer zal wel eens zich laten vermurwen; maar het schijnt voorlopig voor mij en voor anderen nog nodig te zijn. Wanneer de 2 zusters bij U in Dordt zijn, zal dat een heerlijke dag voor U zijn, ja, ik hoorde dan ook bij. Ga, nog niet naar Castricum, voor dat alles omtrent mij zeker is. Vader, U ziet er nog best uit en zijt nog gezond, zoals iklees in uw brief, maar U wordt doof. Lastig, ja, en soms gemakkelijk: een kwaal zult u toch moeten hebben. De zorgen van vaders en moeders worden groter met het groeien der kinderen
merk ik aan Bep, Bart en Bets. God zegene de laatste spruit uit Groningen.
Allen hartelijk gegroet en God zij met jullie allen, zoals Hij is met mij.
Uw liefh. z. br. en collega. Frans.

Joh heeft het er maar druk mee om de correspondentie tussen Frans en de familie rond te krijgen ze schrijft aan haar zus Nel (Francisca)
Lieve Francisca
"Ik schrijf me krom, naar al die Geestelijke vrienden, je kan het lezen.Er is nog geen nieuws. Het Hooger beroep, gaat nog niet door, dat heeft een reden. Er moeten uit Castricum, weer 2000 mensen weg.
Het Is de vraag, of ik hier mag blijven.
Dag hoor, Bid voor ons. de beleefde groeten aan de Eerw Abdis en bekendeZusters en zelf heel veel gegroet van je liefh zus Joh.

Ook bisschop Huibert van Haarlem schrijft een brief naar Frans en spreekt hem moed in tijdens zijn gevangenneming

In een brief van 21 augustus 1943 schrijft Frans o.a. "Jullie hebt meweer goed verzorgd op 19 aug. 's avonds had ik spijt over: te veel, 'smorgens over: te weinig verorberd. We kunnen hier Napoleon op St. Helenanazeggen: We hebben niets te veel, behalve tijd. wachten we nu met elkaar rustig af. De tijd gaat voorbij. In het gebed zijn we allen met elkaar. Moeder vooral houde de moed erin. Ze is nog sterk genoeg tot mijn terugkeer. God sterke jullie allen, zoals Hij mij moed en kracht geeft. Allen bedankt, die iets voor mij hebben gedaan. Hartelijk gegroet van Uw zoon, broer en collega. Frans.

Een gedeelte uit de brief van 20 september 1943 Uit alle brieven, steekik wat op en allen trekken aan het touw boven de put: Ik verheug me nu reeds over de tijd, dat ze me iets eetbaars zullen moge sturen: dat zal een lekkerder troost zijn. Men leze dit niet als een verwijt, hoor: doch als een geruststelling ! Mijn enigste wachten en verlangen is nu het einde van mijn procedure: dan verhuizen en dan schiet de tijd al op. Ik wens allen het beste, alle familie en vrienden. Nieuws is altijd welkom.
We maken het ons hier zo gezellig mogelijk. .
Uw liefh.zoon,br en collega enz. Frans.

Gedeelte uit de brief Utrecht 3 October 1943
" Wanneer er deze maand weer niets van blijkt te komen, dan moet Mr.v. Velzen van dat beroep maar een gratieverzoek zien te maken. Bep, dank voor alle moeiten en zorgen: hoe kun je alle nodige tijd vinden naast je huishouden. En dan ben ik nog niet eens gewillig, wel? Kop is er op, hoor;maak je daarover geen zorg. Kom zelf nog eens gauw. worden:
Wegens de distributie in ruimte kan ik niet iedere schrijver(ster) naar voldoening beantwoorden; elk woord wordt eerst gewogen en gemeten. Maar ieder wete, dat alle nieuws hier binnen welkom is en met dank wordt gelezen. Ik neem mij voor om later, wanneer ik weer kans heb, al die schrijvers met mijn "veel en druk" gebabbel te belonen. Geduld dus!
Van Ruiven en Verschure zijn zeker hartstikke dood! Bidden we voor hen!Vandaag dus de opdracht aan Maria 's Moederhart: Ja wij doen mee. Hoeveel mensen wachten al niet op de verhoring van ons aller gebed. Zouden wij eindelijk verkrijgen wat de Rozenkransing 1716 verkregen heeft? En dan kerstfeest in vrede vieren en in licht. In herinner me nog duidelijk,hoe ik als jongen dat verlangde in een oorlogskerstnacht. Tot nu toe, deken, zijn onze schattingen nog niet uitgekomen. God geve 'n spoedig eindedoor Maria's voorspraak. Dan wacht ons, priesters, daarna weer veel werk. Allen wens ik weer het beste. vader, Moeder, broers en zusters, vrienden enz van verre gegroet; dichtbij en toch zo ver, gescheiden maar tochvereend (nou ?!) God zij met U allen zoals Hij is met mij. Frans.

Brief van Utrecht 24 Oct. '43
" Il faut prondre son partie en bravo ", met deze gedachte heb ik het H.(huis van) B.(bewaring) in laten trekken. Mijn hoop is nu spoedig naar Duitsland te zullen gaan: bidt, dat Onze Lieve Heer me deze kleine gunst zal verlenen.
Eerste rubriek Correspondentie: Groningen Moe heeft gelijk: eigen haard, goud waard. Blijf daar maar zitten voorlopig. Bedankt voor foto: de jongste hoop van ons geslacht. Reis naar Haag is nu overbodig. Och een jaar gaat zo snel: Sterkte. Dordt Pa verwacht ik nog hier.

Vertaling van een Duits geschreven brief aan Dr Seijss Inquart met een verzoek tot gratie van F.P.J. Boelrijk (Frans)
Dordrecht 9 December 1943,
Ju 14 G.N. 6302/43
Aan seine Excellenz den Herrn Reichskommissar f r die besetzten Niederlandischen Gebiete Dr. Seijss Inquart vertaling: Op 19/10 '43 hebben we U een verzoek om genade doen toekomen voor de gevangene, kap. F.P. Boelrijkwaarover negatief is beslist.
Wij verzoeken U.E. nogmaals zeer vriendelijk om de gevangene de rest vanzijn straf kwijt te schelden. Het zou voor de zeer bejaarde ouders, wierdagen geteld zijn, een laatste geluk betekenen, wanneer zij hun zoon in vrijheid zouden weten. De gevangene was van 6 maart tot 9 september 1943in de strafgevangenis, Wolvenplein Utrecht en is toen naar Duitsland getransporteerd. Sindsdien hebben we niets meer van hem gehoord.
Hoogachtend Voorstraat 370 Dordrecht.
( dit adres is van Frans zijn zus Bep en zwager Joop Jansen)

De brieven van en gericht aan Frans werden door Joh of een ander familielid overgeschreven en
naar de familieleden gezonden. Zo is de brief van bisschop Huibers gericht aan Frans op het
briefpapier van zijn zwager Joop Jansen geschreven. Hier volgt
Het afschrift van de brief 6 Jan '44
Dierbare Zoon,
Het is ons een behoefte U iets van ons te laten horen. Al zijt ge ver van ons verwijderd, onze gedachten zijn onophoudelijk bij U. Dagelijks gedenken wij U met name in de H.Mis en meermalen dragen wij het H.Misoffer voor U op.
Tot onze grote troost vernemen wij telkens, dat ge uw lot met zoveel geduld draagt en andere tot steun en tot voorbeeld zijt. De goede God is zichtbaar U nabij. Wees daarom vol goede moed en vertrouw op Hem. De Moeder des Heren zal u ook beschermen door Haar altijd durende bijstand. Bij gelegenheid van de Kersttijd hebben wij een pakket naar U doen verzenden, dat, naar wij hopen, U aangenaam zal zijn. Met ongedeeld verbeiden Hij hetblijde ogenblik dat wij U weer in volle vrijheid bij ons mogen zien. Vanharte wensen wij U een zalig Nieuwjaar en schenken wij u onze bijzonderezegen. Met beste zegewensen van beide secretarissen Uw geestelijke Vader
w.get. J.P. Huibers Bisschop van Haarlem.

Wesseling (Duitsland)
Brief maart 1944 van Frans
Dierbare Ouders, broers en Z,
Het Is niet zo gemakkelijk de tijd te vinden voor werk als dit. A.s weekzijn 11 maanden voorbij sinds mijn vertrek van huis en achteraf gezien zijn deze maanden omgevlogen. Vooruit gekeken lijkt de tijd van verlof nogver; doch ook die tijd zal om komen. De laatste maanden gingen wel 3, viermaal zo snel. 's Morgens naar het werk gegaan, is nu gauw de avond weerdaar. Slechts de halve dagen werken duren langer. Zoals ik reed meermalen schreef, maak ik het goed. Ik verwacht nog eens een lange brief over alles van de familie en iets van Gouda. Mijn vriend Versteeg is niet meerbij mij; hij heeft nu werk in zijn eigen vak. Een bof voor hem, "schade"voor mij; wij waren zo vertrouwd geworden samen. Alla het kan niet altijd voor de boeg gaan. Ik wens Moeder natuurlijk veel geluk met de verjaardag en Pa en alle anderen. Ik beveel mij immer in jullie gebeden aan. Wat zal ik later blij zijn dit alles te hebben gezien. Veel sterkte en voorspoed. Mijn groeten aan de mensen van Kleiweg en omstreken, vooral de jongens.
God zij met U: Mrt '44. Frans.

Das Deutsche Landesgericht in den Besetzten Niederlandischen gebieten.
1 L 346?43 Nijmegen, den 2o. Juni 1944
Nassausingel 3
Herrn Franciscus Petrus j. BOELRIJK
GOUDA Kleiweg nr. 24
Vertaling:
Zoals U reeds is medegedeeld, is de verdere uitvoering van de tegen U geÎiste gevangenisstraf met een proeftijd tot 1 mei 1946 opgeschort.
De straf is U daarmee nog niet kwijtgescholden, U wordt er integendeel nadrukkelijk opgewezen, dat U alleen op kwijtschelding van de rest van de straf kunt rekenen bij een onberispelijk gedrag gedurende de proeftijd.Ze zal voltrokken worden, als uw gedrag reden tot klachten geeft, vooralals U zich aan een nieuw vergrijp schuldig maakt.
Bij de beslissing over een eventuele kwijtschelding van de straf na afloop van de proeftijd zal ook van betekenis zijn, of U uw best heeft gedaan, de door uw strafbare daad aangerichte schade weer goed te maken. Gedurende de proeftijd moet U iedere verandering van adres onder opgave van bovenstaande akte?vermelding aan ons mededelen. als Rechtspfleger,

Brief van Frans Den Haag 15 juni 1944
Mijn lieve eerwaarde Zus Francisca,
Groot alarm!
Ja, het is wat om je broer aan het spreken te krijgen en wat is het om hem bij je te krijgen. Natuurlijk zou ik een heleboel verontschuldigingenhier naar voren kunnen brengen welke jij wellicht toch als uitvluchten zou aanzien. Echter, het is niet om de laatste reden, dat ik het niet zaldoen.
Ik vraag slechts ook aan jou medelijden te hebben met mij, arme, die nu pas een maand uit zijn ballingschap is verlost en van die herkregen vrijheid tot nu toe genoten heeft door honderden kilometers te staan in volle treinen of niets doend te zitten in benauwde coupes, door ontelbare maleneen zelfde verhaal op te lepelen en oh zoveel keren ontkennend te
antwoorden op vragen: " Of het niet gruwelijk geweest was?
Niet had ik mogen veronderstellen, dat men voor mij in mijn gevangenschap zoveel heeft gebeden en zoveel heeft gedaan in de familie, in de pastories van oude klasgenoten, in de parochie, in mijn vroegere parochies,in de verschillende kloosters van mijn zussen en waar ik kennissen heb. Neen, waar ik dat aan verdiend heb, weet ik niet en waarom men mij zo graag weer spoedig terug had, begrijp ik helemaal niet. Heeft men dan werkelijk verwacht, dat ik na vrijlating mÈÈr zou schrijven en mÈÈr zou komen?Maar als allen dat werkelijk dan verwacht hebben en dat blijkt uit de kreten van ongeduld aan mijn adres geslaakt, dan heeft men vergeten dat ik EEN ben en zij VELEN. Ik mag je bij deze een bekentenis doen, dat ik immer getracht heb "weinig" vrienden te hebben en ik heb er "vele": veel teveel, ik kan ze onmogelijk bijhouden, hoe graag ik dat ook zou willen. Gouda heb ik nu verlaten dwz ik heb er weer adressen bij gekregen voor correspondentie en voor bezoeken in vrije dagen. Men heeft mij uitgemaakt voor een ondankbare en zus Bep, die werkelijk haar schoenen voor mij vande voeten gelopen heeft, herinnerde me nog in haar laatste brief, dat dankbaarheid een "deugd" is. Ben ik dan werkelijk ondankbaar? Ik zou niet weten hoe ik genoeg zou moeten danken voor al die gebeden en offers, welkevoor mij zijn gebracht om mij kracht te geven en om mijn vrijheid te verkrijgen. MÈÈr nog dan voor het laatste ben ik voor eerste dankbaar, wantde kracht van dat gebed heb ik ondervonden vanaf het begin tot het eindetoe. En ook het tweede doel van die gebeden is bereikt, want vier maanden gratie is werkelijk een grote gunst bij het Duitse gerecht. Me dunkt dat aller gebed beloond is geworden ? zo niet door mij ? dan door O.L. Heer zelf, die mij terug deed keren in goede gezondheid en geestelijk ongebroken. Dat was toch wel het doel van allen en niet mijn verhaal of visite - 14 maanden gevangenschap -. Natuurlijk ben ik zeer blij dat het achter de rug is en dat het onverwacht en mij van de voeten gelopen heeft, herinnerde me nog in haar laatste brief, dat dankbaarheid een "deugd" is.Ben ik dan werkelijk ondankbaar? Ik zou niet weten hoe ik genoeg zou moeten danken voor al die gebeden en offers, welke voor mij zijn gebracht ommij kracht te geven en om mijn vrijheid te verkrijgen. MÈÈr nog dan voorhet laatste ben ik voor eerste dankbaar, want de kracht van dat gebed heb ik ondervonden vanaf het begin tot het einde toe. En ook het tweede doel van die gebeden is bereikt, want vier maanden gratie is werkelijk eengrote gunst bij het Duitse gerecht. Me dunkt dat aller gebed beloond is geworden ? zo niet door mij ? dan door O.L. Heer zelf, die mij terug deedkeren in goede gezondheid en geestelijk ongebroken. Dat was toch wel hetdoel van allen en niet mijn verhaal of visite - 14 maanden gevangenschap -. Natuurlijk ben ik zeer blij dat het achter de rug is en dat het onverwacht en buiten om een luchtje te scheppen. De latere tijd heb ik met zeer goede kameraden doorgebracht. In November ben ik naar Duitsland verhuisd en terechtgekomen in een gevangenis te Siegburg d.i. een plaats onder Bonn aan de Oost?Rijnoever. Vandaar uit werden we uit werken gestuurdnaar een grote fabriek in Wesseling d.i. een klein plaatsje ten westen van de Rijn tussen Bonn en Keulen. We woonden daar in een groot Arbeitskamp en gingen van 's morgens tot 's avonds naar de fabriek. Mijn arbeid was machineonderdelen schoonmaken en olie afkrabben of afval?olie opruimen; een meestal niet zo zwaar maar vies werk. Werkten samen met allerlei nationaliteiten van Europa en ik bezigde vrij regelmatig drie talen: Duits, Frans en Italiaans. Dit was de interessante kant van deze zaak. Honger heb ik vooral daar in de eerste maanden gehad, want het eten was slecht en weinig.
We bedelden dan ook veel erbij; dikwijls stond ik met mijn pannetje nederig aan de deur van een of andere keuken de restjes op te wachten. Ik kanniet anders dan verklaren, dat ook krijgen mooi is. Ziek ben ik nimmer geweest en ook altijd ben ik opgeruimd en vrolijk gebleven. Bidden deed ikniet veel dwz geen gebeden las ik, ook niet uit mijn brevier, daar stondmijn hoofd totaal niet naar, ik was niet in staat om mijn gedachten te concentreren; zelfs met het Onze Vader had ik moeite. Gebeden heb ik slechts met kleine schietgebeden en meest niet meer dan: Jezus, Maria, Jozef.Deze manier van bidden heb ik als zeer nuttig ervaren en ik denk, dat Ignatius dit bedoeld, als hij in zijn geestelijke oefeningen spreekt van zijn derde wijze van bidden. Toen later een verbinding met thuis tot standwas gekomen, was het voedselvraagstuk opgelost en ik ben sinds dien gaangroeien zo dat ik dikker terug ben gekomen. Uiteraard heb ik met vele mensen van allerlei aard en nationaliteit kennis gemaakt en heb met hen samengeleefd en vele vrienden gemaakt. Verschillende daarvan zal ik mijn leven lang niet meer vergeten. Het is voor mij een leuke herinnering aan hen en aan alles, wat ik met hen beleefd heb, terug te denken.
Heel plotseling en onverwacht was het einde daar. Ik had nog vier maanden voor de boeg toen ik te horen kreeg, dat ik me klaar moest maken voorvertrek. Dat was op de avond van 11 mei. 12 Mei 's morgens reisde ik afnaar Siegburg en 13 Mei 8.00 uur v.m. stond ik in Siegburg op straat alseen gewoon burger, maar dan in de vreemde. Kwart voor elf 's avonds stapte ik de pastorie weer binnen, welke ik 11 Maart '43 's morgens vroeg verlaten had. " Das geht alles voruber" zei mij de poortwachter van de gevangenis van Siegburg, toen hij me uitliet; het is waar: alles gaat voorbij ? we zien er hard tegenaan en het is zo maar weer om. De mens lijdt't meest door het lijden, wat hij vreest en wat nooit op zal dagen; zo heeft hij meer te dragen dan God te dragen geeft ? is een oud rijmpje. Waar is het: het ogenblik van lijden zelf is zo verschrikkelijk niet, als wij het ons van tevoren voorstellen. Daarbij de genade helpt ons op 't moment zelf, wanneer we het beleven, niet wanneer we er van tevoren aan
denken.
Zo heb ik een nuttige tijd gehad en ik dank er Onze Lieve Heer hartelijkvoor. Ik dank ook jullie allen voor gebed en offer, waarmee je mij hebt geholpen want zonder genade zijn we niets. Breng dit van me over aan allemedezusters bijzonder aan Jozefien. Geduld nog, eenmaal sta ik voor je deur.
Moeder Abdis gegroet. Allen Gods zegen.
je broer Frans.

In de gevangenis heeft Frans een gedicht over het dagelijks leven in de cellen (zie bijlage...).
De eentonigheid van de lange dagen, waar de uren van de dag aangegeven worden door het rammelen van de maag en het eten de enige bezigheid wordt voor de mens, verlangend naar bevrijding, daar doorbreekt hij deze eentonigheid door een gedicht te gaan maken in het Latijn, het omzetten in een zelf bedacht geheimschrift en de geheime tekens met een speld te prikkenin een rolletje toiletpapier.
Deed hij dit om het gedicht uit handen te houden van zijn bewakers of omzichzelf te beschermen tegen de eentonigheid van de arbeidsloze dag?
Na vertrek uit het Oranje hotel ? heeft hij in periode van 18 november 1943 tot 13 mei 1944 in Wesseling (Duitsland) gevangen gezeten Tijdens zijn gevangenneming in Duitsland heeft een bewaakster of "hulp in de keuken" voor hem een paar sokken gebreid. Na de oorlog heeft hij haar opgezocht en heeft er een briefwisseling plaatsgevonden
Ook in deze laatste periode van gevangenneming leert hij een Italiaanse medegevangene. Deze leert hem Italiaans.

Vertaling van een Duitse brief van
Agnes Arbeiter 22a Wessling / K^ln
Jammenberg 14
Wesseling , 22 . 9 . 46
U zult zeker zeer verbaasd zijn van mij enige regels te ontvangen. Misschien kunt U zich nog nauwelijks aan mij herinneren. Ik was weliswaar bijde firma Hoch?Tief in de kantine als verkoopster. U kwam 's middags vaakhet eten halen voor U en uw kameraden.
Ik had toen erg veel medelijden met U en heb de Lieve Heer gebeden, dat hij U toch spoedig weer gezond naar uw geboorteland terug zou sturen. Hopelijk heeft mijn gebed gehoor gevonden. Dat is nu ook de reden van mijn schrijven, om te weten of U eerwaarde kapelaan weer thuis bent en werkzaambent als kapelaan. U had mij verteld, dat de leerlingen U altijd zulke aardige brieven stuurden. U gaf mij ook een fotootje dat ik nog altijd in mijn gebedenboek heb. Het adres stond erop. U heeft het nog in de kantinegeschreven. Ik vertelde U, dat ik zelf jarenlang in Holland (Alkmaar) was, waar vandaan ik dezer dag ook nog een lange brief kreeg. Ik heb zelf nog veel meegemaakt toen onze kantine met de aarde gelijk gemaakt was. Maar dat grenst niet aan hetgeen U moest dulden en moest doorstaan. Het zou me zeer verheugen een levensteken van U te ontvangen opdat ik weet, dat het U weer goed gaat.
Agnes Arbeiter

Den Haag
Bij terugkeer in Nederland ziet hij dat zij plaats in Gouda door een ander is ingenomen. Hij gaat als kapelaan naar Apeldoornselaan Den Haag (Theresiaparochie). Het is dan hongerwinter In Nederland.

In tussen is Nicolaas Christiaan Gerardus Boelrijk op 7 augustus 1944 teDordrecht overleden. Frans is executeur-testamentair en zorgt voor kennisgeving aan zijn broers en zussen

Delft
In 1948 wordt hij rector van het (oude) Hippolitusziekenhuis te Delft. Naast rector is hij actief in het onderwijs. Hij was de grote stimulator tot fusering van de verschillende parochiÎle schoolbesturen en het oprichten van het Stiko, de stichting voor katholiek onderwijs. Hij is ook de energieke kracht geweest bij de oprichting en de nieuwbouw van de lagere technische school " Sasbout Vosmaer". Frans is in deze functies 15 jaar werkzaam geweest. Op 26 februari 1955 wordt hij benoemd tot bouwpastoor vande nieuw op te richten parochie in Delft Nieuw West. Op 4 juli van dat jaar wordt hij officieel geÔnstalleerd tot de eerste pastoor van de parochie, de intussen op zijn voorstel de naam gekregen had van en een patroonheilige in de "Heilige Pastoor van Ars".
Donderdag 10 september 1959 wordt de nieuwe kerk door Mgr. Janssen, bisschop van Rotterdam, geconsacreerd.

Schiedam
Een nieuwe taak wachtte hem in Schiedam, waar hij pastoor-Deken wordt van de Liduinaparochie. Best een moeilijke opdracht met niet minder financiÎle zorgen.
En in plaats van een parochie in opbouw, moest hij elk weekend de pijn ervaren van een parochie op retour. Vergrijzing van de bevolking, verstedelijking en ontkerkeling tekenden zijn pastoraat in Schiedam en maakten dit niet tot zijn gemakkelijkste periode.

Nieuwveen
In 1967 begint hij aan zijn laatste pastoorperiode te Nieuwveen, waar hij zijn 40 jarig priesterfeest mag vieren en bij die gelegenheid geridderd wordt in de Orde van
Oranje - Nassau. Op 65 jarige leeftijd gaat hij met emeritaat en hij weet twee nichten van hem te bewegen een boerderijtje aan te kopen in Zuidhorn, provincie Groningen.

Zuidhorn
Heel zijn leven heeft hij steeds graag op zichzelf geleefd.
Hij had geen behoefte aan veel gezelschap, grote gezelligheid, maar telkens had zijn plicht hem naar mensen gebracht.
Deze plicht was van hem afgevallen en hij voelde zich opperbest,als kleine boer in het Groningse land. Helaas het mocht niet lang duren, vier jaren slechts. Op een fietstocht trof hem een hersenbloeding, belandde hijin een sloot en na een ziekenhuisverzorging moest hij naar een ander tehuis uitkijken.

Delft
Na een korte periode in Warmond werd dit huize Stefanna in Delft, ruim 6jaar heeft hij hier gewoond.
Hier kon hij zichzelf goed bezig houden, hij las veel, studeerde Russisch en daarna Chinees, Zweeds; zo maar voor zijn plezier en om grote schrijvers in hun eigen taal te kunnen lezen. Hij schilderde; hij wist net die kontakten te onderhouden, die zijn leven aangenaam maakten, vrienden die zijn boodschappen deden wanneer dit nodig was, die hem met hun auto brachten, waar hij nog wezen moest, maar boven alles: bij bewaarde zijn sobere levensstijl. Aandacht had hij voor alles wat in de kerk gebeurde, met een voorliefde voor alle ontwikkelingen op liturgisch terrein.
Op donderdag 5 april 1984 is hij in het ziekenhuis St. Hippolytus opgenomen. Steeds duidelijker werd het hem en de doktoren, dat zijn krachten opwaren. "Ik heb een mooi leven gehad", zei hij tegen zijn familie. " Ik merk, dat het leven uit mij wegstroomt."

Dit ging zelfs sneller dan hij zelf had verwacht. Hij is op zondag 8 april 1984 overleden te Delft. Hij is begraven op de Algemene begraafplaatsop het gedeelte van het Priestergraf te Delft. Op zijn grafsteen staat:
F.P.J. Boelrijk
Bouwpastoor
H. Pastoor van Arskerk
12?6?1907 8?4?1984.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Franciscus Petrus Boelrijk?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Franciscus Petrus Boelrijk

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Voorouders (en nakomelingen) van Franciscus Petrus Boelrijk

Maria Maas
1832-1910
Johanna van Berkel
± 1828-1903

Franciscus Petrus Boelrijk
1907-1984


Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

  • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
  • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
  • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).



Visualiseer een andere verwantschap

De getoonde gegevens hebben geen bronnen.

Historische gebeurtenissen

  • De temperatuur op 12 juni 1907 lag tussen 11,3 °C en 18,9 °C en was gemiddeld 14,8 °C. Er was 7,6 mm neerslag. Er was 0.7 uur zonneschijn (4%). De gemiddelde windsnelheid was 3 Bft (matige wind) en kwam overheersend uit het zuid-zuid-oosten. Bron: KNMI
  • Koningin Wilhelmina (Huis van Oranje-Nassau) was van 1890 tot 1948 vorst van Nederland (ook wel Koninkrijk der Nederlanden genoemd)
  • Van 17 augustus 1905 tot 11 februari 1908 was er in Nederland het kabinet De Meester met als eerste minister Mr. Th. de Meester (unie-liberaal).
  • In het jaar 1907: Bron: Wikipedia
    • Nederland had zo'n 5,6 miljoen inwoners.
    • 13 januari » Oprichting van de Zweedse voetbalclub Degerfors IF.
    • 3 mei » Oprichting van de Turkse voetbalclub Fenerbahçe SK.
    • 2 juni » In Peking gaan vijf auto's van verschillend fabricaat van start voor een race Peking-Parijs.
    • 12 september » Oprichting van de Spaanse voetbalclub Real Betis uit de stad Sevilla.
    • 19 oktober » Het eerste nummer van het links-radicale dagblad De Tribune verschijnt.
    • 6 november » Koets raakt bij dichte mist in het Hoendiep nabij Hoogkerk, 5 doden t.w. oud-commissaris Johan Æmilius Abraham van Panhuys, zoon Hobbe (burgemeester van Leek), hun echtgenotes en huisknecht.
  • De temperatuur op 8 april 1984 lag tussen 0.9 °C en 8,1 °C en was gemiddeld 4,6 °C. Er was -0.1 mm neerslag. Er was 0.2 uur zonneschijn (1%). Het was zwaar bewolkt. De gemiddelde windsnelheid was 2 Bft (zwakke wind) en kwam overheersend uit het noord-westen. Bron: KNMI
  • Koningin Beatrix (Huis van Oranje-Nassau) was van 30 april 1980 tot 30 april 2013 vorst van Nederland (ook wel Koninkrijk der Nederlanden genoemd)
  • Van donderdag 4 november 1982 tot maandag 14 juli 1986 was er in Nederland het kabinet Lubbers I met als eerste minister Drs. R.F.M. Lubbers (CDA).
  • In het jaar 1984: Bron: Wikipedia
    • Nederland had zo'n 14,4 miljoen inwoners.
    • 1 januari » Brunei wordt een zelfstandige staat.
    • 30 april » In Colombia wordt de minister van Justitie, Rodrigo Lara, vermoord door handlangers van de beruchte drugsbaron Pablo Escobar.
    • 8 juni » Zwemmer Michael Gross uit West-Duitsland scherpt in München zijn eigen wereldrecord op de 200 meter vrije slag aan tot 1.47,55.
    • 27 juni » Joop van Tijn en Max van Weezel, redacteuren van het opinieweekblad Vrij Nederland, ontvangen de Anne Vondelingprijs 1983 gekregen voor hun artikelen over de Nederlandse politiek in het algemeen en voor de door hen geschreven bijlage 'De Voorlichter' in het bijzonder.
    • 6 november » Benoeming van de Australiër Edward Idris Cassidy tot nuntius in Nederland.
    • 7 december » In Den Haag opent het Omniversum zijn deuren.
  • De temperatuur op 12 april 1984 lag tussen 0.5 °C en 11,6 °C en was gemiddeld 6,3 °C. Er was 1,5 mm neerslag gedurende 1,0 uur. Er was 7,9 uur zonneschijn (58%). Het was half bewolkt. De gemiddelde windsnelheid was 2 Bft (zwakke wind) en kwam overheersend uit het noord-noord-westen. Bron: KNMI
  • Koningin Beatrix (Huis van Oranje-Nassau) was van 30 april 1980 tot 30 april 2013 vorst van Nederland (ook wel Koninkrijk der Nederlanden genoemd)
  • Van donderdag 4 november 1982 tot maandag 14 juli 1986 was er in Nederland het kabinet Lubbers I met als eerste minister Drs. R.F.M. Lubbers (CDA).
  • In het jaar 1984: Bron: Wikipedia
    • Nederland had zo'n 14,4 miljoen inwoners.
    • 4 april » Een grote politiemacht ontruimt het vrouwenvredeskamp bij de Britse vliegbasis Greenham Common
    • 11 mei » De voorlopig laatste aardeovergang gezien vanaf Mars. De eerstvolgende vindt plaats op 10 november 2084
    • 29 juli » Zwemmer Michael Gross uit West-Duitsland brengt bij de Olympische Spelen in Los Angeles zijn eigen wereldrecord op de 200 meter vrije slag op 1.47,44.
    • 4 augustus » De Republiek Opper-Volta ondergaat een naamsverandering, het heet voortaan Burkina Faso.
    • 20 september » Lancering van de krant "24 uur" in Vlaanderen; een tabloïd volksdagblad dat al op 26 oktober van datzelfde jaar haar uitgave moet staken; "24 uur" werd zwaar geboycot door de dagbladverkopers die het niet namen dat het dagblad ook buiten hun circuit gedistribueerd werd.
    • 1 december » Bisschopswijding van Johannes ter Schure, hulpbisschop van Roermond, door bisschop Joannes Matthijs Gijsen.


Dezelfde geboorte/sterftedag

Bron: Wikipedia

  • 1900 » Netherwood Hughes, Brits oorlogsveteraan († 2009)
  • 1905 » Ray Barbuti, Amerikaans atleet en American Footballspeler († 1988)
  • 1908 » Otto Skorzeny, Oostenrijks SS-officier († 1975)
  • 1909 » Max Tailleur, Joods-Nederlands humorist († 1990)
  • 1910 » Antonio Poma, Italiaans kardinaal-aartsbisschop van Bologna († 1985)
  • 1913 » Lando van den Berg, Nederlands priester, beeldhouwer, glazenier, monumentaal kunstenaar, schilder en docent († 1969)

Bron: Wikipedia


Over de familienaam Boelrijk

  • Bekijk de informatie die Genealogie Online heeft over de familienaam Boelrijk.
  • Bekijk de informatie die Open Archieven heeft over Boelrijk.
  • Bekijk in het Wie (onder)zoekt wie? register wie de familienaam Boelrijk (onder)zoekt.

De publicatie Stamboom Ro(o)vers is opgesteld door .neem contact op
Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
W. Rovers, "Stamboom Ro(o)vers", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/stamboom_rovers/I1974.php : benaderd 27 april 2024), "Franciscus Petrus Boelrijk (1907-1984)".