Hij vaarde bij kaaprederij "De Bataafsche", onder directie van A.Teyler van Hall en E.van de Stadt.
bij de sedentaire Artellerie te Amsterdam
Amsterdam, Nederland
over het resort van de Zijpe, het eiland Texel en resideerende te den Helder, Nederland
Antwerpen, België
Hij kocht van Samuel Boas (secretaris der stad) een zeker stuk grond, voorheen onbebouwd geweest, doch thans door denzelven (=Boas) betimmerd met een huis en gecultiveerdtot bouw- en moesland, gelegen onder de jurisductie van Austerlitz, groot 192 roeden vierkant, benevens de boomen, de bepootte wallen, ten zuiden en ten westen van hetzelve opgezet, alsmede het pad voor het zelve loopende tot en met de lindebomen daarvoor geplaatst, alles geleegen aan de westelijke ingang dezer plaats, belendende ten oosten de Gemeene straat, ten zuiden den Groten weg, ten westen het ruime veld en ten noorden het gebouw toebehorende aan Theodorus Sluijter, hebbende aan laatstgemelde zijde gemeenschappelijk met den eigenaar van het gebouw aldaar staande, de vrije doorgang over de opneming en scheiding tusschen de beide gebouwen en stukken grond gelegen.
De koper moest de heeren met de tegenwoordige bewoners presteeren. De prijs: fl 140,-, waarvan fl 70,- contant en de rest tegen 4% rente een jaar na de koop te voldoen. Pieter woonde zonder beroep op de Oude Zijds Achterburgwal nr. 79 te Amsterdam.
Johannes Klomp, 38 jr., wonende te Zeist, deed aangifte dat op 3 november des voormiddags 9 uur ten huize van bovenstaande ouders in Austerlitz twee kinderen waren geboren, nl. Victor Louis Charles en Hortence Marie Virginie. De ouders woonden te Amsterdam. Getuigen: Theodorus Sluijter, oud 51 jaren, landsman, en Frans Hendrik van Heijs, oud plm. 50 jaren, timmermansknecht, beiden wonende te Austerlitz (akte 44)
Pieter de Liefde, ontvanger der directe belastingen te Zeist en Johannes Klomp, meesterkleermaker, eveneens uit Zeist, deden aangifte van het overlijden op 12 november van Victor Louis Charles, zoon van Pierre F.D. le Cocqd'Armandville, buiten beroepen van Anne F.Gravelle des Vallees, beiden te Amsterdam wonende. Het kind was overleden in een woninge zonder gelegen in Austerlitz, akte 34. nr.
In huisje nr. 12 woonde Marie Louise Gravelle des Vallees, geboren in Amsterdam en in 1790 gehuwd met Ursus J.Wiss. Vermoedelijk was dit een zuster van de vrouw van Pierre. Deze mededeling is onjuist: Ursus Josephus Wiss (ook Weiss, Weis) huwde pas in 1824 met Gertrude Marie Louise Gravelle des Vallees, wonende in Austerlitz, nadat zij al enkele kinderen hadden.
d'Armandville schreef aan de in Amsterdam verblijvende koning Willem I, dat hij in 1813/14 was ontslagen als commissaris van politie in Amsterdam, omdat men hem - in Frankrijk geboren - voor Fransman aanzag. Dat land was hij jaren gelegen 'om de revolutie' ontvlucht. In Nederland had hij 'ter zee gediend' en was hij met een fatsoenlijke Nederlandse vrouw getrouwd. Hij had vijf kinderen gekregen. Al eerder had hij een verzoek tot naturalisatie ingediend. d'Armandville durfde zijn opwachting bij de koning niet te maken en daarom vroeg hij schriftelijk om een gunstige beslissing op een rekest van 18 februari jl. Na de politieke omkeer had hij zich al gewend tot de commissaris-generaal van politie; daarna tot de burgemeesters van Amsterdam en tot de procureur generaal. Alles zonder resultaat. Hij verzocht de koning hem aan een betrekking te helpen: als het niet bij de politie kon, dan in een ander beroep waarin hij geacht werd te kunnen functioneren. Hij wees er op dat hij aanvankelijk in de handel had gezeten, en van de militaire dienst was hij nog niet vervreemd, al was hij dan 40 jaar oud. Ook kende hij Frans, Engels, Spaans, Portugees en Hollands.
Er is een rekest bewaard gebleven, gedateerd 28-2-18. 12, waarin gesproken wordt over de omwenteling van 1813-1814. Het is een afschrift van dit rekest, geschreven op 2-3-1816. Men stuit dus op een onmogelijkheid qua datering. Aangehouden is dat het rekest in 1816 is geschreven.
De koning had de minister van justitie gelast hem te adviseren over het rekest van d' Armandville, waarin deze om een dienstbetrekking bij het rijk verzocht. Op 24 Maart meldde deze aan de koning, dat d' Armandville 'voordelig bekend' stond en als commissaris van politie te Amsterdam 'met de meest vigilantie' werkzaam was geweest. Na de naturalisatie 'meen ik hem gerust te kunnen aanbeveelen om bij voorkomende gelegenheid geplaatst te worden in de eene of andere bediening'. Ook stelde hij voor tot naturalisatie over te gaan.
Hij schreef opnieuw aan de koning. 21 Jaar geleden (dus in 1795) had hij Frankrijk verlaten, woonde veertien jaar (dus sinds 1802) in Nederland en was elf jaar geleden getrouwd. Hij verzocht om naturalisatie zonder kosten, omdat hij al twee jaar geen inkomen meer had.
Hij mat volgens signalement 1 el, 72 d; en droeg als lidteken een kwetsuur aan de rechterarm (vermoedelijk een souvenir uit de tijd als kaper).
kapitein der artillerie
Pierre Francois Denis zou met zijn zoon Pierre Francois Athanase titel-usurpatie gepleegd hebben, (misbuik van titel). Zie hiervoor De Navorscher 83 blz. 24 e.v. en De Navorscher 83 blz. 287 e.v. Hierin staan uitgebreide briefwisselingen met betrekking tot de afkomst van de familie.
Hij doet beweringen over de afkomst van zijn familie, die zeer twijelachtig zijn. Hij kent in de beweringen zijn familie een afkomst toe, die als zeer twijfelachtig te noemen valt.
d'Armandville werd genaturaliseerd door Willem I.
Hij is getrouwd met Anne Francoise Gravelle des Vallees.
Zij zijn getrouwd op 20 maart 1805 te Amsterdam, hij was toen 31 jaar oud.Bron 4
Kind(eren):
Pierre Francois Denis le Cocq d' Armandville | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1805 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anne Francoise Gravelle des Vallees |