Hij had een relatie met Heijlwig.
Kind(eren):
Mogelijk Goijaert Gerart Ackerman of Goijaert Jan Ackerman
Goijaert Ackermans | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Heijlwig |
=================137====================
P 228-r)
Verschenen is Hadewijch weduwe van Goijaert Eckermans met
haar voogd en doet afstand van haar recht van vruchtgebruik ten
behoeve van haar 4 wettttige kinderen, inzake alle bezit dat ze na
de dood van haar man heeft verkregen. Datum 12 november 1468,
getuigen Andries, Vos en Hagelaer.
=================138====================
Verschenen is Goijaert Goijaert Eckermans en diens zuster
Elisabeth, verder Willem Willem Huijben als man van Heijlwich
en Jan Andries van de Laeck als man van Janne, beide dochters
van wijlen genomede Goijaert Eckermans, en stemmen erin toe om
hun moeder Hadewich haar leven lang in het huis te laten wonen,
samen met 2 kooien ( of is het 2 koeien?, JT). Verder krijgt
Hadewijch een tiende die ze in Best heffen, nog een stuk beemd
genoemd de Noutenbeemd, nog het 1/5e deel van het Sonderen,
nog anderhalf mud rog per jaar te heffen op de de kinderen van
Aert Corsten Oems (?), nog 14 lopen rogge per jaar van Jan Peter
Haecks, 6 lopen rogge per jaar van Mathijs Keijmps, 3 lopen rogge
per jaar van Lemmen (?) Thijs, 3 lopen rogge van Quireijn
Vreijssen, 8 lopen rogge per jaar van de kinderen van Denis van
Engeland. De 4 kinderen van haar beloven dit haar leven lang te
garanderen, maar niet langer. Actum als boven.
=================139====================
Verschenen is Goijaert Goijaert Eckermans en zijn zuster Lisbeth
met haar voogd, verder Willem Willem Huijben als man van
Heijliwich dochter van genoemde Goijaert Eckermans, nog Jan
Andries van de Laeck als man van Jannen eveneens dochter van
wijlen genoemde Goijaert Eckermans en hebben een deling
gemaakt van het bezit van wijlen hun vader Goijaert en hun
moeder Hadewijch.
Genoemde Goijaert krijgt een pavht van 33 lopen rogge per jaar
van Willem Aelbrechts, nog 2 mud rogge rte ontvangen van
Henrick van Hoeven, 3 mud en 2 lopen afkomstig van Wouter van
den Langeneep bestaande uit 14 lopen van Geerlick van den
Melcroth, 1 mud te ontvangen van Henrick van de Hoeven en nog
1 mud van Jan de Cuijper. Verder krijgt hij 10 lopen rog en 5
lopen gerst per jaar uit een pacht van 5 mud rogge te ontvangen
van Jan de Cremer. Nog krijgt hij de helft van de Brakenbeemd
gelegen in Oirschot onder Best, nog de helft van een stuk beemd
genoemd de Blakenbeemd, waarvan 3 delen in bezit zijn van
Willem Aelbrechts. Nog krijgt hij het vierde deel van een beemd
genoemd Tsonderen, ter zelfder plaatse als hiervoor gelegen. Uit
het bezit jaarlijks de grondchijns te betalen en uit het Sonderen
jaarlijks een Bosch mud rogge in Den Bosch ook te leveren.
P 228-v)
Genoemde Lisbeth krijgt een huis met tuin en een stuk land
genoemd de Braken, gelegen in Oirschot onder Best, b.p. de
waterlaat daar, Jutten en Henrick van der Capellen. Nog krijgt ze
een stuk land genoemd dat Cleijn Braecxken, ter zelfder plaatse als
hiervoor gelegen. Nog krijgt ze de helft van de Brakenbeemd en de
helft van de Blaken beemd en het 1/4e deel van het Tsonderen.
Hieruit jaarlijks te grondchijns te meoeten betalen en een Bosch
mud rogge in Den Bosch te leveren.
Genoemde Jan van de Laeck als echtgenoot krijgt een stuk land
genoemd de Braeken, groot ca. 20 lopenzaad, gelegen in Oirschot
onder Best, b.p. de waterlaat daar, verder rondom in de gemeijnte.
Nog krijgt hij de helft van de Braeckenbeemd, ter zelfder plaatse
als hiervoor gelegen, nog het 1/4e deel van het Sonderen. Hieruit
jaarlijks de grondchijns te betalen en een Bosch mud rogge in Den
Bosch ook te leveren.
Genoemde Willem krijgt een huis met tuin etc., en een stuk land
erbij genoemd de Tuijnen, gelegen in Oirschot onder Best, b.p.
Willem Aelbrechts, verder rondom aan de gemeenschappelijke
straat. Nog krijgt hij een stuk land genoemd
P 229-r)
de Langenekker, ter zelfder plaatse als hiervoor gelegen. Nog krijgt
hij een stuk land genoemd de Beemdakker, nog een stuk land
genoemd de Raephof, nog een stuk land genoemd de Loobosch, uit
deze beemd een mud rog per jaar te betalen aan het altaar van St.
Brigiden te Oirschot. Nog krijgt hij de helft van de Brakenbeemd,
nog het 1/4e deel van de beemd het Sonderen. Hieruit jaarlijks de
grondchijns te betalen en 2 oude groten aan de heer van Tongerloo,
nog een Bosch mud rogge in Den Bosch ook te leveren.
De delers doen over en weer afstand van aanspraken op elkaars
erfdeel en ieder zal de lasten op het eigen erfdeel zodanig betalen
dat de erfdelen van de anderen daarvoor gevrijwaard blijven.
Datum als boven ( er lijken twee beemden te zijn die elk de
Braekenbeemd worden genoemd. JT)
=================140====================
Verschenen is Willem Willem Huijben als man van Heijlwich
dochter van Goijaert Eckermans en belooft zijn zwager Goijaert
Goijaert Eckermans die een pacht van een half mud rogge per jaar,
Oirschotse maat, steeds vervallend op Maria Lichtmisdag op
onderpand van het huis, tuin en een stuk grond genoemd de
Tuijnen, gelegen in Oirschot onder Best, b.p. Willem Ae
=================094====================
P 143-v)
Komen is Goijaert Goijaert Eckermans en verkoopt met
schepenbrieven aan Heijlwig weduwe van Goijaert Eckermans,
zijnde zijn moeder een pacht van een half mud rogge per jaar, maat
van Oirschot, welke pacht Goijaert had gekocht van Henrick
Ricalts van der Stappen als man van Geertruijt wettige dochter van
wijlen Jan Hanscomakers, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag
op onderpand van de helft van de Berckenkamp (?) en uit het 1/3e
deel van een beemdje gelegen onder Best, b.p. voor de genoemde
helft, Henrick Francken, zijn schoonzuster Godstuwen waarvan is
afgedeeld, het erf van Weijten van Best. Het beemdje is b.p.
Geerlick Lucas en genoemde Godstuwen. Nog op onderpand van
het 1/3e deel van de Stadakker (?), b.p. Jan Beertkens. Nog op
onderpand van het 1/6e deel in de Lemkensakker, b.p. Jan
Mortsels, genoemde Godstuwen waarvan is afgedeeld. Nog op
onderpand van een streep land, b.p. Lambrecht Smeeds, genoemde
Godstuwen. Dat bezit was genoemde Henrick (van der Stappen,
JT) als echtgenoot van zijn vrouw eerder toebedeeld. De verkoper
belooft alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 2 juni 1472,
getuigen Frank en Huijskens.