Hij heeft/had een relatie met Barbara Aerts van de Laeck.
Kind(eren):
==================288=======================
Eerder is er aan Lenaert Jacops ( Keijmps, JT ) onze collega schepen
als man van Barbara dochter van wijlen Aerts van den Laeck in een
bepaalde boedelverdeling tussen hem en diens andere erfgenamen na
de dood van genoemde Aerden, wat betreft zijn erfdeel daarbij
melding gemaakt dat hij daaruit jaarlijks het derde deel van een pacht
van 14 lopen rogge zou moeten betalen, maat van St. Oedenrode en in
Den Bosch te leveren zoals hij verklaarde, conform schepenbrieven
daarover. Daarom is nu verschenen voor ons als schepenen Willem
zoon Dirk Bevers namens zichzelf en als echtgenoot
58-v)
van Dingen dochter van wijlen Henrick Aelbrechts en heeft hierbij
beloofd om voortaan dat derde deel van deze pacht op de tijd en plaats
zoals hiervoor is vermeld te zullen gaan betalen en wel zodanig dat
genoemde Lenaert daarvoor verder gevrijwaard blijft. Datum 11
augustus 1550, getuigen Crom en Lauwer.
=================074=======================
Lenart Jacop Kijmps als man van Barbara dochter van Aert van den
Laeck, heeft aan Henrick Willem Jacops het derde deel van een beemd
verkocht die wordt gewisseld met recht van overpad door de
Berssenstraat, of waar dat gebruikelijk is, in totaal genoemd het Rovers
Velt, gelegen in herdgang Verrenbest, b.p. de erfgenamen van Claes van
Delft, de fraters van Den Bosch, Peter Ardt Sichemans, Gerart Jan
Henricks. Hieruit 4 oude grote als grondchijns aan de hertog te betalen.
Actum als boven.
=================235====================
P-206-r)
Henrick Willem Aelbrechts als man van Heijlwich dochter van
wijlen Aert van de Laeck en verder Lenaert Jacop Keijmps als man
van Barbara, ook dochter van genoemde Aert van de Laeck,
verkopen aan Andries Aerts van de Laeck een deel van een weiland
genoemd de Zijdert (Zijtaart?), gelegen onder Gunterslaer
(Verrenbest, JT), b.p. Aert Henricks van der Hoeven en diens
kinderen, joffrouw Margriet Kuijst, Henrick van den Gasthuijs en
meer anderen, Claes van Delft, genoemde Henrick Willem
Aelbrechts. Actum als boven. (zelfde inktsoort als voorgaande akte,
mogelijk dus ook uit jaar 1523, JT )
=================236====================
Henrick Willem Aelbrechts als man van Heijlwich dochter van
wijlen Aert van den Laeck verkoopt aan Andries Aerts van de Laeck
de helft van een veld genoemd de Groten Camp van Erp, gelegen
onder Guntersalaer hier, b.p. de gemeijnte, joffrouw Margriet
Kuijsten, Peter Sichemans, een dijk daar genoemd de Laeck,
Henrick Willem Aelbrechts. Actum als boven. (zelfde opmerking als
akte van hiervoor, mogelijk het jaar 1523, JT)
=================237====================
Andries Aerts van de Laeck heeft beloofd om aan Henrick Willem
Aelbrechts die voortaan een jaarlijkse pacht van een mud rogge en
een rente van een rijnsgulden te gaan betalen, steeds op Maria
Lichtmisdag op onderpand van het veld uit de vorige akte. Actum als
boven. (zelfde opmerking als akte van hiervoor, mogelijk het jaar
1523, JT)
=================238====================
P-206-v)
De pacht en de renet zijn aflosbaar, de rogge tegen 35 gulden voor
een mud en een rijnsgulden als rente per jaar tegen 18 rijnsguldens.
Actum als boven. (zelfde opmerking als akte van hiervoor, mogelijk
het jaar 1523, JT)
=================134====================
22-r)
Jacop Willem Jacops (Keijmps, JT) als weduwnaar van Jenneken
dochter van wijlen Lambrecht Jan Aerts (uit de volgende akte blijkt
dat hij thans hertrouwd is, JT) en verder zijn zoon Willem, nog zijn
zoon Lenaert en dochter Adriaen met Cornelis Smeeds als haar
voogd hierin, hebben een deling gemaakt van het bezit dat ze van
hun moeder Jenneken hebben geerfd.
Bij deze deling krijgt Jacop Willem Jacops wat betreft het erfrecht
een huis, tuin etc., groot ca. 6 en een halve lopenzaad, gelegen in
herdgang Verrenbest, b.p. Gerart Geerlicks, Jacop Dirck Raijmakers,
Jan Dirck Goijaert Cuijpers, de straat. Hieruit moet hij jaarlijks aan
het kapittel van Beek (Hilvarenbeek, JT) 4 mud rogge betalen, maat
van Oirschot en nog 2 oude groten te Hapert aan de abt van
Tongerloo. Hij zal dit bezit houden, maar zijn kinderen hoeven daar
niets van te betalen en hij moet zelf alle lasten en pachten betalen
die op het bezit drukken. Nog krijgt hij 3 lopenzaad land genoemd
de Voest, gelegen in herdgang Verrenbest, b.p. de kinderen van Jan
Willems, Pauwels Henrick Pauwels, Jan Michiels en Peter Henricks.
Daaruit moet hij jaarlijks een mud rogge betalen aan Dirck de
Hoppenbrouwer. Nog krijgt hij de helft van een stuk beemd
genoemd de Geerlicksbeemd gelegen in herdgang Naastenbest, b.p.
Jacop Jacop Keijmps, zijn kinderen Willem, Lenaert en Adriaen,
Aelbrecht van de Maerselaer, de straat. Hieruit moet hij jaarlijks een
halve stuiver betalen. Nog krijgt hij de helft van een stuk land
genoemd de Raephof, gelegen in herdgang Verrenbest, b.p. Pauwels
Henrick Pauwels, Jacop Willem Jacops, het erf genoemd de
Beemdakker, de kinderen van Willem van Dormalen, zijn kinderen
Willem, Lenaert en Adriaen waarvan is afgedeeld. Zijn kinderen
moeten hem overpad verlenen over hun helft met de minste overlast
en schade. Uit het huis etc. zullen zijn kinderen geen enkele last
hoeven te betalen, maar dat komt alles voor rekening van hun vader.
22-v)
Genoemde Willem, Lenaert en Adriaen krijgen samen een stuk land
genoemd de Braecken groot ca. anderhalf lopenzaad, gelegen tussen
herdgang Aerle en Best, b.p. Jan Dirck Smeeds, Henrick Lambrecht
Aerts, Jacop Jacop Keijmps, de Hoelbrack daar. Nog krijgen ze een
lopenzaad land genoemd de Huijst, b.p. Lisbeth Simons, de
Prinkheester daar, Mathijs Jan Mathijssen. Hieruit moeten ze
jaarlijks een blank betalen te Boxtel. Nog krijgen ze een stuk land
genoemd de Broekakker, groot ca. 4 en een halve lopenzaad,
gelegen in herdgang Verrenbest, b.p. de kinderen van Jan Willems,
Henrick Willem Aelbrechts, de weg daar, Goijaert Jan Ketelbueters.
Hieruit moeten ze jaarlijks 3 en een halve plak te Boxtel betalen en
nog een zester rogge aan het St. Odulphusaltaar. Nog krijgen ze een
stuk land genoemd de Loebosch, gelegen in herdgang Verrenbest,
b.p. Gerart Geerlijcks, Mathijs Jan Mathijssen, de straat, de
Blakenbeemd daar eigendom vam Henrick Aelbrechts. Hieruit
moeten ze jaarlijks een mud rogge betalen aan het St. Brigidenaltaar
in de O.L. Vrouwekapel te Oirschot. Nog krijgen ze een beemd
genoemd de Braeckenbeemd gelegen in herdgang Verrenbest, b.p.
Jan Jan Cuijpers, de kinderen van Peter Keijsers en meer anderen, de
kinderen van Gijben Denis, Frank Vermeer. Hieruit moeten ze
jaarlijks de grondchijns betalen. Ze zullen de lasten op het eigen
erfdeel betalen, maar ze zullen geen lasten hoeven te betalen wat
betreft het huis etc. dat aan hun vader qua erfrecht is toebedeeld.
Verder krijgen ze na de dood van hun vader Jacop Willem Jacops en
niet eerder, een stuk land genoemd de Beemdakker, gelegen tegen de
kapel van St. Odulphus daar, b.p. het erf genoemd de Raephof,
Henrick Willem Aelbrechts. Ze zullen hun vader laten wegen over
hun eigen helft ervan. Nog krijgen ze na de dood van hun vader de
helft van een stuk land genoemd de Raephof, waarvan hun vader
Jacop de andere helft behoudt wat betreft erfrecht, b.p. de kinderen
van Jan Willems, de Beemdakker, de straat, het erf van hun vader
Jacop waarvan is afgedeeld. Daaruit moeten ze aan Margriet
Belaerts die een rente van 2 en een halve rijnsgulden per jaar betalen
en na de dood van hun vader zullen ze al diens schulden betalen
zodanig dat alle andere bezit dat ook onderpand is voor diens
schulden daarvoor gevrijwaard zal zijn. Nog krijgen ze na de dood
van hun vader een beemd genoemd de Oude Beemden, gelegen in
herdgang Verrenbest, b.p. Jan Dirck Goijaert Bruinen (soms ook
Seijkens genoemd, JT), de kinderen van Peter Keijsers, het Broek
daar. Hieruit zullen ze jaarlijks de grondchijns betalen.
23-r)
Nog krijgen ze na de dood van hun vader een stuk beemd genoemd
de Geerlicksbeemd, gelegen in herdgang Naastenbest, b.p. hun vader
Jacop, waarvan is afgedeeld, de kinderen van Jan Gerart Stijnen,
Aelbrecht van de Maerselaer, Herman de Rentmeester. Hieruit
moeten ze jaarlijks een halve stuiver betalen.
Verder krijgt hun vader wat betreft vruchtgebruik en na diens
=================193====================
P 178-r)
Andries zoon Aert van de laeck, Henrick Willem Aelbrechts als
man van Heijlwig en Leonaert Jacop Keijmps als man van
Barbara, alle wettige kinderen van genoemde Aert van de Laeck
verwekt bij Ida dochter van wijlen Henrick van der Vloten toen ze
nog leefde, verkopen aan hun vader Aert een stuk land, genoemd
de Heijcamp, waarvan het grootse deel tot land is gemaakt, groot
een bunder, b.p. Goijaert Raijmakers, de gemeijntes van Oirschot
en die van Zon. Lasten hieruit zijn een oude grote aan de hertog.
Datum 24 mei 1506, getuigen Stayakker en Jan Beeck.
==================273=======================
Jacop zoon wijlen Leenaert Jacopszoon, Eliaes zoon wijlen Meelis
Schilders als man van Heijlwich, verder Roelof zoon wijlen
70-v)
Jacop die Metser, als man van Aleijt, gezusters en dochters van
genoemde Leenaert Jacopszoon, verder Henrick Jan Boelaerts
weduwnaar van Margriet dochter van genoemde Leenaert Jacopszoon,
handelend op grond van het testament dat door deze Henrick en
Margriet eerder is gemaakt d.d. 11 september j.l., zoals ons schepenen
is gebleken, verder Jacop Leenaerts en Joorden de Metser als voogden
over de minderjarige kinderen van wijlen Jan Rutgers verwekt bij
Jenneken dochter van genoemde Leenaert Jacopsoon, hebben een
boedelverdeling gemaakt inzake de nalatenschap van wijlen deze
Leenaert Jacops en diens vrouw Barbara dochter van Aerts van de
Laeck.
Bij deze verdeling krijgt Jacop de helft van een akker genoemd de
Broekakker, gelegen in Oirschot herdgang Verrenbest, b.p. Mathijs
Crijns, de kinderen van Henrick Aelbrechts, de gemeenschappelijke
straat, Goijaert Maes. Verder krijgt hij de helft van een akker
genoemd de Oude Rullen, ter zelfder plaatse gelegen, b.p. Mathijs
Crijns, de weduwe van Antonis die Cort, Jans die Cremer, de kinderen
van Hap Jacops. Uit dit erfdeel moet jaarlijks de helft van 4 lopen
rogge worden betaald aan het kapittel te Oirschot. Verder krijgt hij de
helft van een beemd genoemd Doude Beemden, ter zelfder plaatse
gelegen, b.p. Mathijs Crijns, Marcelis Mortels, het
gemeenschappelijke broek. Uit deze perceleen moeten de jaarlijkse
lasten worden betaald die er op drukken.
Bij deze verdeling krijgt Eliaes Melissoen de andere helft van de
71)
genoemde Broekakker en de andere helft van de Rullen en de andere
helft van de Oude Beempden zoals in het voorgaande vermeld.
Bij deze verdeling krijgt Henrick Jan Boelaerts, waarbij hijzelf het
vruchtgebruik krijgt en zijn kinderen verwekt bij genoemde Margriet
het erfrecht, een akker genoemd den Beemdakker, gelegen in Oirschot
herdgang Verrenbest tegenover de kapel, b.p. de kinderen van Henrick
Aelbrechts, de kinderen van Jan Rutgers waarvan het is afgedeeld, de
gemeenschappelijke straat, de Blaeckenbeemd. Verder krijgt hij een
beemd genoemd de Kleine Diepsteede, ter zelfder plaatse gelegen,
b.p. Peter Haecks die jonge, Michiel Lucassen met meer anderen, de
straat, Odulphus Peter Haecks. Uit dit bezit moet de jaarlijkse
grondchijns worden betaald en moet er aan Roelof die Metser 10
gulden worden betaald.
Bij deze verdeling krijgt Roelof die Metsere een akker genoemd de
Vorstakker, gelegen in Oirschot herdgang Verrenbest, b.p. Mathijs
Crijns en meer anderen, de weduwe Antonis de Cort, de kinderen van
Henrick Bloecks. Verder krijgt hij een beemd gelegen aan de Hoge
Wetering ter zelfder plaatse, b.p. het gemeenschappelijke broek, Jan
Gerit Mercks, de kinderen van Odulphus Peter Haecks.
71-v)
Uit dit bezit moet jaarlijks de grondchijns worden betaald. Verder
ontvangt hij 20 gulden eens te ontvangen van de andere erfgenamen.
Bij deze verdeling krijgen Jacop Leenaerts en Joerdaen die Metser als
voogden over de kinderen van Jan Rutgers een akker genoemd de
Beemdakker, gelegen in Oirschot herdgang Verrenbest, b.p. een
gemeenschappelijke waterlaat, Henrick Boelaerts en diens kinderen
waarvan het is afgedeeld, de gemeenschappelijke waterlaat, de
gemeenschappelijke straat, de kinderen van Henrick Aelbrechts.
Verder krijgt hij een heiveld ter zelfder plaatse gelegen, b.p. de
kinderen van Peter Jans Corstens, de kinderen van Jan Hermans, de
gemeenschappelijke straat. Hieruit moet jaarlijks de grondchijns
worden betaald. Verder moet er 10 gulden eens worden betaald aan
Roelof die Metser.
Genoemde erfgenamen beloven elkaar deze boedelverdeling altijd
gestand te zullen doen. Datum 5 oktober 1558, getuigen Eekerschot
en Bogaert.
==================274=======================
Jacop zoon wijlen Leenaert Jacops verkoopt zijn erfdeel en
aanspraken die hem bij een boedelverdeling toebedeeld zijn geweest
en nog zullen toebedeeld worden, hetzij rentes, pachten vanwege de
dood van genoemde Lenaert uit de vorige akte, nu aan Elias Melis
Schilders en de verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te
handelen. Datum en getuigen als boven.