Hij had een relatie met Lijsbeth Hessel Gobels.
Kind(eren):
623. 23-11-1445 1216 / 17-1 t/m 3 17-1. Arnoldus Henrici Appels verkocht aan Gerardus Johannis Ghene van Ghorp een erfpacht [..afgesleten..], te leveren met lichtmis, gaande uit een huis, erf, tuin en stuk land, 8 lopen, in Haaren, ter plaatse Belver, tussen Hille Poijnenborchs en haar kinderen en tussen Arnoldus van Laerhoven, strekkend van een weg tot aan Margareta weduwe van Lambertus van Luijssel en haar kinderen. 17-2. En hij kan weder verkopen binnen 6 jaar met 60 peters. 17-3. De broers Arnoldus, Hessello en Henricus, kinderen van wijlen Henricus Appels en wijlen Elisabeth Hessellonis Goebels soen, droegen over aan Gerardus Johannis Ghene van Ghorp ten behoeve van zijn vrouw Heilwigis, dochter van voornoemde wijlen Henricus en Elisabeth, een erfcijns van 12 groten, welke Gerardus Sceijve betaalde (met sint Thomas) aan Johannes Coman, gaande uit een huis en tuin, waarin genoemde Gerardus Sceijve woonde, in Oisterwijk, naast wijlen Wolterus Veren Oeden soen, welke cijns Hessello Goebels soen verworven had van Jacobus Stevens.
1216/17-1/23-11-1445. Solvit. Arnoldus Appels filius quondam Henrici Appels hereditarie vendidit Gerardo filio Johannis #Ghene# de Ghorp hereditariam paccionem [..afgesleten..] siliginis mensure de Buscoducis solvendam hereditarie purificationis et pro primo solutionis termino a purificationis proxime futuro ultra annum [..afgesleten..] et ex domo, area et orto et pecia terre sibi coadiacente, octo lopinatas terre vel circiter continente, sita in [parrochia de Haaren,] ad locum dictum Belver, inter hereditatem Hille Poijnenborchs et eius liberorum ex uno et inter hereditatem Arnoldi filii [..afgesleten..] de Laerhoven ex alio, tendente a communi platea ad hereditatem Margarete relicte quondam Lamberti de Luijssel et eius liberorum, promittens super omnia et habenda warandiam et satisfacere. Testes Arnoldus de Vladeracken et Scilder. Datum XXIII novembris. 1216/17-2/23-11-1445. Solvit. Et poterit redimere ad spacium sex annorum festum purificationis proxime futurum sine medio sequentium semper dicto spacio durante [..vervaagd..] cum LX aureis peters vel valorem et cum paccione anni redempcionis et arrestadiis, promittens super omnia ratam servare [..vervaagd..] 1216/17-3/23-11-1445. Solvit. Arnoldus, Hessello et Henricus, fratres, liberi quondam Henrici Appels, ab eodem quondam Henrico et quondam Elisabeth sua uxore dum vixerat filia quondam Hessellonis Goebels soen pariter geniti, hereditarium censum duodecim grossorum turen denariorum [..vervaagd..] regis francie, quem Gerardus Sceijve solvere consuevit et tenebatur hereditarie in festo beati Thome apostoli Johanni dicto quondam [Coman], de et ex domo ac area ac orto in quibus
dictus Gerardus Sceijve morare consueverat, sitis in parrochia de Oesterwijc, iuxta [hereditatem] quondam Wolteri dicti Veren Oeden soen, quem censum predictum Hessello Goebels soen erga Jacobum Stevens acquisierat [prout] in litteris, hereditarie supportavit Gerardo filio Johannis #Ghene# de Ghorp ad opus Heilwigis sue uxoris filie quondam Henrici et Elisabeth predictorum cum litteris [et iure,] promittentes indivisi super omnia et habenda ratam servare et obligationem et impeticionem ex parte sui et ex parte quondam Hessellonis Goebels soen et ex parte quorumlibet heredum et successorum eiusdem quondam Hesellonis deponere. Testes, datum supra.
62. 11-04-1426 1197 / 97v-6 en 7 97v-6. Henricus Arnoldi Appel van Luijssel man van Elijsabeth Hessellonis Gobelens droeg over aan Godefridus Hessellonis Gobelens een erfpacht van 2 mud rogge, te leveren met lichtmis, gaande uit alle goederen die genoemde Henricus aangekomen zijn van Jacobus Gobelens danwel zullen aankomen van Willelmus Gobelens, welke goederen Godefridus Hessellonis Gobelens van voornoemde Henricus in pacht verkregen had, zoals in schepenbrieven van
Oisterwijk. 97v-7. Godefridus Hessellonis Gobelens (voor 2/3) en Henricus Arnoldi Appels van Luijssel (voor 1/3) droegen over aan Henricus Henrici Arnoldi Appels een erfpacht van 3 mud rogge, te leveren met lichtmis, gaande uit 1. 5 lopen land genaamd de Ravensboom ter plaatse Heukelom, 2. 3 lopen land genaamd de Kerkakker op de weg naar Heukelom nabij het Broek, 3. het Leenstukske, nabij de wijngaard van Wolterus van Goerle, 1 zesterzaad, 4. 2 lopen land nabij Hermans Vonder, strekkend van een weg tot aan de Rijt, 5. 1 bunder land, tegenover het Ven, 6. ½ van 2 stukken land in de Akkers van Oisterwijk achter de tuin van Johannes Kegelaers, 7. een beemd in de Dieze, genaamd Doverhoef, welke erfgoederen Wolterus Broc verworven had van Hessello Gobelens, zoals in schepenbrieven van Oisterwijk.
1446 januari 25 847.Sch.Otw,R.156,01v-01
[scan 2]
Hessel z. qd Henrics geh. Appels z. qd Aert Appels van Lusel pt etc. Gheryden z. Jans Gheryts soen van Gorop sinen zwager als man ende momboir Heylwige sijns wijfs dochter qd Henric Appels voirs. twee mudde rogs jaerlijcs ende erfelijcs pachts allen jaer erfelijc in pur. endeopten onderpande hieronder gescreven te gheven ende te leveren van ende vut der helft van
eenre hoeve totten voirs. Hesselen behorende ende vut ende vande toebehoerten der voirs. helft der ges. hoeve gelegen in Oesterwijck ter stede in Udenhout aent Sant < her. Gherijts van Kuyck z. Zeghers van Kuyck op allen sijden aenliggende
welc hoeve voirs. tot qd Hessellen geh. Gobelens te behoren plach ut dixit pt etc. allen anderen commer ende calangie in die voirs. helft der ges. hoeve wesende of toe te comen altemael af te doen den selven scab. Jo Wijt et Jo Poynenborch in die sancti Pauli conversio
11. 1446 januari 25 847.Sch.Otw,R.156,01v-02
Aert geh. Appels z. qd Henrics geh. Appels voirs. pt etc. Gheryden sinen zwager voirs. een half mud rogs erfpacht allen jaer erfelijc in pur. etc. ende inden huyse Aerts voirs. tot Haren te Belver te gheven ende te leveren van ende vut
[doorgehaald: enen derdende deel tptten voirs. Aerde behorende in enen beempt geh. die Sluysbeempt welc derdende deel des ges. beempts drie loopensaet of daeromtrent begrijpende is gelegen inder]
enen beempt geh. Oertbroeck een buender broecs of daeromtrent begrijpende totten voirs. Aerde behorende gelegen inder prochye van Haren ter stede geh. Belver < her. Henrics vander Nuwenhuys > ^ her. Peters geh. Venmans v aen die gemeyn leyde ut dixit
etc. allen anderen voercommer ende calangie inden voirs. onderpanden wesende of toecomende altemael af te doen den selven scab. predicti datum supra
12. 1446 januari 25 847.Sch.Otw,R.156,01v-03
Henrick geh. Appels soen wilner Henricks geh. Appels z. qd Aert Appels van Lusel pt etc Gheryden Jan Gheryts soen van Gorop sinen zwager een half mud rogs erfelijcs allen jaer in pur. ende tot Haren te Belver in den huyse Henrics voirs. dair hi nu woent te geven ende te leveren van ende vut der helft totten voirs. Henricke behorende in
eenre erfenisse geh. dat Bruglaer vijf buender of daer omtrent dat heel erve begrijpende gelegen in Haren ter stede geh. Belver < her. liberorum qd Henrici van Laerhoven >comm. plathea ^erfenis der kynder qd Henrics van Laerhoven voirs. geh. Dynderbroeck ut dixit
pt etc. scab. predictis datum supra
13. 1446 januari 25 847.Sch.Otw,R.156,01v-04
Henrick Appels Henrick z. voirs. een mudde rogs erfelijcs pachts totten voirs. Henrick behorende dwelc hi jeghen Gherijt geh. van Meyensvoert z. qd Wouter van Meyensvoert in wittigen cope gecregen hadde ende dat welc dese voers. Gheryt van Meyensvoert jeghen Gheryt geh. van Haren z. qd Willems van Haren ende dat wselc dese selve Gherijt van Haren jeghen Janne geh. Wytlock z. qd Heynen Wytlox in wittigen cope gecregen hadde alle jaer op sente Andries apostels te ghelden ende van
enen beempt gelegen inder prochye van Haren in een stede geh. Belver < erfenis Jan Peters soens > her. Luytgaerde vaner Teynde put in litt. div. scab. de Oesterwijc cont.
leg. et her. resignavit et suppt Gheryde Jan Ghenen soen van Gorop sinen zwager voirs. etc. scab. predicti datum supra
14. 1446 januari 25 847.Sch.Otw,R.156,01v-05
marge: solvit iiij plac
Aert geh. Appels ende Henrick Appels gebruederen zonen qd Henric Appels voirs. op vijftalf mudde rogs erfpacht op onser Vrouwendach alsmen kersen dreeght van Daneelen z. qd Jans van Oekel ende van sinen nacomelingen Henricke Aert Appels z. van Lucel ende sine nacomelingen te gelden van ende vutder helft van
eenre hoeve die wilner Hesselen Gobelens te wesen plach gelegen inder prochye van Oesterwijck in een stede geh. Udenhout
ende die welc helft der ges. hoeve met hoire toebehoirten Daneel zoen qd Jans van Oekel jeghen den
847. Archief van de Schepenbank in de Eninge van Oisterwijk, 1418-1811. Regestenlijst inv.nr. 156 (1445-1446)
4
voergh. Henricke Aert Appels soen van Lusel als wittige manne ende momboir Elizabetthen sijns wijfs omme dese coirs. vijftalf mudde rogs erfpacht ende voer den chijns onsen heer den Hertoge jaerlijcs daer vut voer van rechts te vergelden te erfpacht gecregen hadde put in litt. scab. de Oesterwijck cont. ende opten alingen rechte den voerg. Aerde ende Henricke gebruederen daer in enigerweijs toebehorende tot behoef Hessels z. qd Henrics Appels hoers brueders leg. et her. renunciavit effectucandum p-tes indivisi sup omnia et her. etc. scab. predictis datum supra
Nr. 315.
RA Tilburg, 847. Archief Schepenbank en Eninge van Oisterwijk, 1418-1811, inv.nr.144, microfiche 2-E12, f.87-5, aktenr. 315, onbekende datum, circa 1422.
Op onbekende datum (circa 1422) maakten 1. kinderen van wijlen Hessel Gobels, a. Godevert Gobels, b. Hessel Gobels, tevens voor c. heer Jan Hessel Gobels, 2. Hessel Henric Appels, neef van de kinderen Hessel Gobels, tevens voor zijn vader Henrick Appels en zijn moeder Elisabeth, vrouw van Henric Appels, maakten een erfdeling van goederen, gelegen in Udenhout, hen verstorven van wijlen hun zuster (denkelijk een dochter van Hessel Gobels) Kathelijn wv Daneel van Oekel en van haar kinderen.
Godevert kreeg
1. een huis en hof in Udenhout, waarin eertijds Daneel van Oekel en zijn vrouw Katelijn woonden, beiderzijds tussen Gherijt Brijevijncs, strekkend aan de straat in het noorden, en aan aan Engelen Hoefke in het zuiden, zoals afgepaald,
2. Een akker met een deel van een weide daaraan gelegen, genaamd de Mortel, zoals afgepaald tegen zijn broer Hessel, tussen de vrouwe van der Cameren in het westen en tussen Gherijt Brijevijncs in het oosten, strekkend op genoemde straat in het noorden en aan Hessel Gobels in het zuiden, die hiertegen deelt,
3. Een erfpacht van 2 zester rogge die Wouter van der Hoeven levert. Hiervan beuren kvw Jan van Oekel de andere zester rogge erfpacht.
4. Een beemd, zoals die aan genoemde Daneel als momber van Katelijn, bij erfdeling ten deel gevallen was, gelegen in Oisterwijk in de Dieze, tussen kvw Aert Hermans van der Hoeve in het oosten en tussen erfgoed horend bij het goed ten Bijgaarde dat eertijds van Elisabeth wv Peter Joden en haar kinderen was, in het westen.
Hessel Henric Appels kreeg (verder niets; dit folium is verder leeg; ook het volgend folium, dat als 70 genummerd is, is grotendeels leeg).