Schipper, Koopman, Oost-Indiër vaarder, werkzaam bij de VOC
Nationaliteit: Netherlands
Bontekoe werd 2 juni 1587 in Hoorn gedoopt. Hij was geboren in het huis aan de Veermanskade 15 met de gevelsteen De Bontekoe. Vermoedelijk was hij het oudste kind van IJsbrant Willemsz. Bontekoe en Geertje Jacobs, en het gezin bestond waarschijnlijk uit tien of meer kinderen.
Hij volgde op twintigjarige leeftijd zijn vader op als schipper van het schip De Bontekoe, waarvan hij zelf voor 1/32 deel
eigenaar was.[1] Bontekoe voer toen vooral in Europese wateren. In 1608 vervoerde hij zout tussen La Rochelle en Danzig, in 1611 goederen naar Archangelsk.
;
De schepen waar hij op voer werden in de loop der tijd steeds groter; in 1607 was zijn schip nog 90 last groot, in 1617 130 last. Zijn schepen noemde hij telkens De Bontekoe.[bron?] Op een
reis naar Sevilla werd zijn schip op 17 september 1617 door Barbarijse zeerovers geroofd. Bontekoe werd op 13 oktober van dat jaar door bemiddeling van de Hollandse renegaat ;Soliman Rais vrijgekocht.Bontekoe trad in 1618 op 31-jarige leeftijd in dienst bij de VOC.[3] Op 28 december van dat jaar begon hij met zes andere schepen aan een reis naar de stad Bantam op Java als schipper van de Nieuw Hoorn. Vanaf hier begint het Journaal van Bontekoe. Al op de Atlantische Oceaan raakte zijn schip van de zes overige verwijderd. De bemanning bracht door gezondheidsproblemen geveld lange tijd gedwongen door op de eilanden Réunion en Madagaskar. In de Straat Soenda vloog het schip, beladen met 350 vaten buskruit, bij een ongeluk in brand en ontplofte. In een sloep wisten Bontekoe en een deel van de bemanning zich te redden. Er was meteen al voedselgebrek en het scheelde
niet veel of de scheepsjongens waren opgegeten. De sloep bereikte echter tijdig de kust van een eiland vlakbij Sumatra. Op Sumatra zelf kregen ze het aan de stok met de plaatselijke bevolking, waarbij een aantal manschappen het leven liet. Toen ze later met een zeil van hemden zee kozen, werden ze opgepikt door een vloot onder leiding van Frederik de Houtman.In Batavia werd hij door gouverneur-generaal Jan Pieterszoon Coen ingezet om witte koraal naar het fort in Batavia te brengen en vervolgens werd hij naar de Zuid-Chinese Zee gestuurd om met geweld de handelsbetrekkingen met China aan te halen.[4] Toen diplomatie mislukte, had de reis met achthonderd soldaten meer weg van een rooftocht. Twee dorpen werden in brand gestoken en duizend Chinezen werden als gevangenen aan boord genomen, waarvan slechts enkele tientallen levend de eilandengroep Pescadores of Batavia bereikten.[5]
Een van de schippers die hem op deze tocht vergezelde was Jan Pieterszoon Reus. Ook Cornelis van Nijenrode maakte deel uit
van de bemanning en had weinig vertrouwen in een goede afloop. De Chinezen stuurden 150 jonken en branders met 10.000 soldaten en het in aanbouw zijnde fort op de Pescadores werd verlaten zonder dat een schot was afgevuurd. De Nederlanders vertrokken als dieven in de nacht. De Chinezen zegden toe enkel op Formosa met hen te willen handel drijven en daar porselein en zijde aan te voeren.
Op 25 november 1625 keerde Bontekoe als gezagvoerder van het schip Hollandia terug in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Waarschijnlijk heeft hij daarna niet meer gevaren en hield hij zich onder
andere bezig met de handel in hout. Op 1 maart 1626 trouwde de bijna veertigjarige Bontekoe met de 36-jarige Eeltje Bruijns.[3] Bontekoe had waarschijnlijk met zijn handel en zijn reis voor de VOC aanzienlijk verdiend. Hij was bijvoorbeeld met 200 gulden de belangrijkste donateur voor de verbouwing van de kerk voor de remonstrantsestyle="color: #222222; font-family: sans-serif; font-size: 14px;"> gemeente in Hoorn, en later leende hij 700 gulden aan de kerkgemeente. Zijn huwelijk bleef kinderloos en zijn vrouw stierf in 1646. Datzelfde jaar werd ook zijn journaal uitgegeven. Bontekoe overleed in 1657.
Willem Ijsbrantsz Bontekoe |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.