Stamboom Verhoef - van Veen » Willem Hendrik Verhoef (1912-1942)

Persoonlijke gegevens Willem Hendrik Verhoef 

Bron 1

Gezin van Willem Hendrik Verhoef


Notities over Willem Hendrik Verhoef

Dinsdag 10 sept. 1929

Vertrek
’s Morgens half negen met zak en koffer op lijn 9 gestapt, en naar Scheveningen. Bij de Mij. “Unie” aangemeld; kennis gemaakt met de schipper van de 186. Daarna met de schipper de logger Sch.186 bekeken en aanwijzingen gekregen waar ik mijn spullen moest bergen: nl. in mijn kooi. Schipper naar huis; met de waker van de 186 een poosje zitten praten. Daarna sigaretten en tabak gekocht, en naar Ruy’s Handelsmij opgebeld dat Verhoef niet op de zaak kon komen daar hij ziek was. Sigaretten en tabak aan boord gebracht en meteen een paar broodjes gegeten die ik gekocht had. Met lijn 8 naar de stad. Aan het Postkantoor Z.O. Beukensingel opgebeld naar de Heer Schagen, en gevraagd of hij thuis wilde zeggen, “Dat ik de nacht niet thuis kon komen daar ik een demonstratie in Dordrecht had”. Om de tijd te verdrijven, om half drie naar het Odeon Theater de film “The Flying Fly” gezien. Na het uitgaan van de bioscoop om 5 uur wederom met lijn 9 naar Scheveningen. Van half 7 gezellig in een cafe gezeten onder het genot van een potje bier. Naar de Scheveningen186. Mijn kooi in orde gemaakt en met enkele matrozen kennis gemaakt.
Kwart voor achten - Gewemel van vrouwen en kinderen op het dek. Het gezoen en de zegen wenschen waren niet van de lucht. Enkele minuten voor achten gingen de vrouwen van boord en moest het dek van de kwajongens schoon geveegd worden. Een gil van de fluit, de touwen los, en de reis had een aanvang genomen. Langzaam keerden wij, en stoomden naar de buitenhaven.
Daar lag hij, de zee, als een glinsterend onschuldig meertje, met haar lokkende kleine golfjes, brekende tegen de havenhoofden. Daar was zij de zon langzaam wegduikend achter de horizon, en een aantrekkelijke roode gloed achter haar latende, als wilde zij de juiste plaats aangeven waar zij verdwenen was. Langzaam gleden de havenpieren ons voorbij; nog enkele seconden en wij waren in zee.
Met de verdere matrozen kennis gemaakt. Langzaam onttrok de kust zich aan ons oog. Tot eindelijk alleen de flitsen licht van de Scheveningse vuurtoren nog voor ons zichtbaar waren.
Toen nog een uurtje met de schipper staan praten en ontdekt dat wij regelrecht koers zetten naar de Doggersbank. Daarna naar kooi.

Woensdag, 11 September

Mooi weer en klein briesje.
8 uur - Opgestaan, brood gegeten en thee gedronken want we hadden de man 2 broodjes van de Unie mee gekregen. Matrozen verwonderd dat ik geen suiker en melk mee had genomen, niet erg dat kon ik wel wat van hun krijgen. De thee lijkt wel slootwater. Verder de morgen door gebracht met praten rooken en in het stuurhuis zitten.
Half één - Eten. Bieten met aardappelen spekvet en een stuk vet gebakken spek. Met 4 man uit een schaal eten in het midden van de bak een kommetje spekvet. Pik een aardappel daarna hem in het vet. Steek hem in je mond, neem een hap van het spek, wat je in de andere hand hebt, en pit dan nog een paar broodjes, alles in één mond. Dan met zijn 14 voor in (zie tekening).
‘s-middags - Gepraat gerookt en een uurtje gestuurd. Door de matrozen voorzien van een kom om uit te drinken; een lepel en een vork.
Half zeven - Eten. Rijst in water gekookt. De rijst in een schaal, in een andere schaal water, in het water wordt een klokje melk gegoten, en dat word oevr de droge rijst heen gegooid. En dan maar lepelen.
’ s-avonds - Nog wat gepraat.
9 uur - Naar kooi. Ik slaap op los stroo. Achterin mijn kooi liggen mijn zak en mijn koffer.

Donderdag. 12 September.

Mooi weer, klein briesje. Vanmorgen vroeg op de Dogger aan gekomen. Ik sta om 8 uur op. Brood met thee gedronken. Naar het dek. Daar zie ik nog enkele loggers en een paar Fransche fretsen.
Een katwijksche logger gepraaid, deze heeft heden nacht 16 last haring gevangen; hij is ze nu aan het steuren, en stoomt naar huis. Op zijn beurt worden wij gepraaid door het palitio vaartuig “Juleanis”. Hij vroeg of wij al gevist hadden.
De motor stopgezet en de zeilen geheschen.. Eén uur gegeten. Aardappelen met roode kool en spek. Daarna wat zitten praten. Half vier, de vleet uit gezet. ‘s-Avonds rijst gegeten. 8 uur naar bed.

Vrijdag 13 September

Licht bewolkd, bries.
Vannacht om 2 uur - Opgestaan voor het inhalen der vleet;
5 uur - Klaar met halen. 1 Kantje gevangen. Gekaakt en gezouten; 1 makreel in de oven gelegd. Smaakt heerlijk.
1 uur – Eten, aardappelen met kaak en spek. Onder stoom naar het noorden.
’s-Middags - Nog enkele schepen gepraaid. Hebben over nog gevander.
6 uur - Gebakken haring met rijst. Vroeg naar kooi.

Zaterdag 14 September

Tamelijk mooi weer briesje.
Laat opgestaan. Laatste brood op gegeten. Een uurtje gestuurd.
Verder de morgen doorgebracht met lezen.
1 uur - Eten. Bruine bonen met spek.
’s-Middags - Havensblaadjes gelezen.
Half zeven - Eten. Pannenkoek met stroop en spek.
De wacht tot half twaalf gezelschap gehouden.

Zondag 15 September

Mooi weer, briesje.
8 uur - Opgestaan. Wij stoomen niet meer. We zitten ongeveer op 48 graden en 45 min.
’s-Morgens - Gelezen en gepraat.
1 uur - Eten. Groene erwten met aardappelen en spek.
’s-Middags - De netten uit gegooid of geschoten.
’s-Avonds - Rijst. Vroeg naar bed.

Maandag 16 September

Motregen, bries.
2 uur - Halen, we vangen goed wat.
6 uur - Klaar met halen. Wij hebben 4 last gevangen. Een paar zeekaken gegeten.
Haring kaken. Ik moet de manden met gekaakte haring naar de pekelaars brengen. En onder het leeggooien der manden moet ik roepen””Hillen of vallen in de bak”. Hillen zijn haringen zonder hom of kuit en vallen met hom. Het zijn haast allemaal Hillen.
Tot 2 uur zitten kaken. Toen wat erwten gegeten daarna geschoten en de tonnen haring dicht gemaakt.
7 uur - Haring en rijsteten.
8 uur - Naar kooi.

Dinsdag 17 Sept.

Rauw weer, bewolkte lucht.
2 uur – Halen
7 uur – Klaar met halen, wij vangen 5 last en 14 kantjes.
Tot half twee gekaakt. Bruine boonen met spek gegeten.
’s-Middags tonnen dicht maken. Het is te rauw weer om te schieten. De motor loopt zachtjes; om niet door de golven achteruit gedreven te worden.
1 uur 0- rijst met gebakken visch gegeten.
8 uur naar kooi. We zijn 1 week van huis.

Woensdag. 18 September

8 uur – op staan. Eten: zeekaak met thee. Het weer is iets beter.
9 uur – in mijn kooi gekropen.
tot 12 uur liggen lezen. Eten groene erwten met aardappelen met spek.
Wat gepraat tot half drie. Thee gedronken.
Half vier – schieten.
6 uur – rijst met gebakken visch.
8 uur – naar kooi.
10 tot 1 uur – wacht. Niets bijzonders en vele schepen passerend.

Donderdag. 19 September

Tamelijk weer. Bries.
2 uur – halen. Wij vangen een haai. De staart en rugvin afgesneden en aan de schijnbak te drogen gehangen.
6 uur – klaar met halen. Wij vangen 4 last en 2 kantjes.
Kaken tot 2 uur. Eten bonen met spek. Er steekt een flinke bries op. De lucht bewolkt, aan de horizon donkere onweerskoppen.
Half 3 – tonnen dicht maken.
Half vier – rauw weer, de wind komt uit het ZW.
Half vijf – Storm. De bliksem doorklieft het luchtruim; de zee bruist en de donder ratelt om het hardst. Oliegoed en laarzen aangetrokken; de gezichten zijn betrokken. De 62 tonnen staan nog aan het dek. Ineens een brul van de schipper: “Hou je vast”. Eén seconde waren wij over het dek om wat vast te pakken. Ik zie een touw hangen, ik pak het vast en kijk voor mij want daar zie ik een 15 tot 20 meter hooge golf met schuimende witte kop aan komen. Ik geef een gil: “De tonnen”. Een gil terug. Ik hoorde flauw de woorden trekje op. Ineens een knal van het water dat tegen de stalen wand van het schip op sloeg. De kop van het schip gaat een meter of 16 á 17 de hoogte in. En meteen komen alle 62 tonnen van voren naar achteren donderen. Ik trek mij op. De tonnen rollen onder mij door maar meteen voel ik mij mee gesleurd dooreen stortvloed van water. Maar ik hou mij goed vast zoo lang ik ongeveer 4 á 5 seconden onder water. Gelukkig ik krijg weer lucht. De golfis voorbij. Maar wat een bende aan het dek. Alle tonnen liggen op en door elkaar.
2 tonnen zout die nog niet dicht gemaakt waren liggen in zee te drijven. Maar de haringen en het zout bleven aan boord. Nu was er geen loopen aan - zoo glad.
Een brul van de schipper: “Zoo het gaat, zoo gaat het”. Maar de tonnen moeten de ruimen in. Nu wij naar achteren en wij met zijn allen een ton gegrepen en naar vooren gerold. Maar toen wij hem in het ruim wilde laten zakken, hoorde wij weer een gil: “Hou je vast”. Ze lieten de ton los, gooide het bezit op het ruim en rende uit elkaar om iets vast te pakken. Maar het tonnetje bleef niet liggen en in een oogwenk lag het weer achterop. En ik? Ik onderging weer hetzelfde lot als daarvoor. Ik was reeds kletsnat. Want onderwater zijnde liep al het water onder mijn oliejas in en het kwam er van boven weer uit.
Zoo zijn wij 10 uur – dus tot van 5 uur ’s-middags tot 3 uur in de nacht - bezig geweest.
Om 1 uur ’s-nachts klaarde het dek wat op.

Vrijdag 20 September

Storm.
3 uur ’s-middags - Klaar met tonnen in de ruimen hangen. Ik ben nu van Donderdag 2 uur van middag tot Vrijdag 3 uur van middag – dus 25 uur – aan het werk. De schipper wenkt mij. Ik kruip en loop zo gauw mogelijk naar hem toe. (hij staat ook reeds 13 uur aan het stuur), In het stuurhuis kunnen wij elkaar beter verstaan (al moeten wij nog schreeuwen). De schipper geeft bevel dat ik met de helft van de manschappen moet gaan eten en een uurtje gaan slapen. Ik kruip weer naar voren. Onderweg pik ik een paar mannen op.
Toen wij voorin waren was het eerste wat we deden een kaak pakken en ons oliegoed uit trekken; plus een sigaret op steken. Ik was blij dat ik even zat. Zoo zaten wij een kwartiertje.

We hadden juist twee uurtjes geslapen toen we een geweldige knal hoorden, daarna een knallend geklapper. Meteen het geroep: ”Alle hens aan dek”. In een oogwenk hadden wij onze laarzen en het oliegoed weer an en vlogen naar boven. En ja, daar had je het al: het achterzeil of gafzeil was aan stukken gescheurd. Ja het zeil moest kunning gehaald worden, anders dan zou de gaffel het touwwerk kapot slaan. Wij lieten de gaffel langzaam zakken en zoo ging het zeil naar binnen. Daar zijn wij 6 uur mee bezig geweest. Daarna het voorroer stuk dat moest binnen gehaald worden. Tegelijkertijd werd de sloep half buitenboord geslagen. Ik stond voorop en hielp het roer halen. Toen er weer werd geschreeuwd: “Hou je vast”. Wij sloegen vlug het touw waar het roer aan hing om een bolster, toen liepen we weer weg om ons vaat te pakken. Maar onder het weg loopen zag ik het touw langzaam los gaan. Ik twijfelde 1/10 seconde maar toen pakte ik het roertouw en en legde er een steek mee om de bolster. Toen liep ik weg, daar zag ik een touw hangen. Ik greep - maar mis. Ik voelde mij opheffen door een golf. Ik was verloren. Neen toch niet want ik stootte met mijn hoofd tegen het wand. Een greep in het wilde weg en ik voelde een touw in mijn handen en klemde mij uit alle macht hieraan vast. Elkaar daar dit een touw naar een roode katwal was haalde ik de trafrede de hoogte in. En mende ik te gaan het aduwens huis geslingerd.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Willem Hendrik Verhoef?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Willem Hendrik Verhoef

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Afbeelding(en) Willem Hendrik Verhoef

Voorouders (en nakomelingen) van Willem Hendrik Verhoef

Pieter Mol
1851-????

Willem Hendrik Verhoef
1912-1942

Willem Hendrik Verhoef


    Toon totale kwartierstaat

    Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

    • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
    • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
    • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).



    Visualiseer een andere verwantschap

    Bronnen

    1. Uit onderzoek Steven Verhoef, via http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/a..., 23 augustus 2012
      HEIDEMIJ
      LOUIS ZWEERS - 31/01/98, 00:00
      Het verhaal van de oorlogsjaren van de Heidemij hangt nauw samen met dat van ir. C. Staf. Hij wordt in april 1905 in Ede geboren in een familie van protestants-christelijken huize. Na zijn opleiding aan de Landbouwhoge-schooI in Wageningen komt de jonge Staf terecht bij de Nederlandse Heide-Maatschappij. Op zijn drieëndertigste werd hij daar adjunct-directeur, in april 1940 directeur en uiteindelijk een jaar later president-directeur.
      Tijdens de oorlog bekleedt Staf verschillende nevenfuncties; hij was directeur van het Bureau Ontruiming Geïnundeerde Gebieden en het Bureau Aardappelverbouw. In juli 1941 wordt hij voorzitter van Culano (Commissie Uitzending Landbouwers naar Oost-Europa) en in 1943 wordt hij benoemd tot 'Gematigde voor de oogst'. Staf werkt, zoals veel bestuurders van Nederlandse bedrijven, samen met de Duitse bezettingsautoriteiten. Hoewel hij geen NSB-lid, noch pro-Duits gezind is, bevindt hij zich in het schemergebied van accommodatie en collaboratie. Toch kan hij na de oorlog ongestoord zijn carrière voortzetten. Hij wordt belast met de uitvoering van het landbouwherstel en benoemd tot waarnemend directeur-generaal van het ministerie van landbouw. In 1947 volgt zijn benoeming tot directeur-generaal. In datzelfde jaar vormen klachten uit het voormalig verzet en ongunstige berichten in de pers over Stafs gedragingen tijdens de oorlog aanleiding voor een gerechtelijk onderzoek. Maar volgens Staf was hij hoofd van Culano geworden om de Nederlandse voedselvoorziening niet in gevaar te brengen en de Heidemij uit Duitse handen te houden. Uit het verweer van Staf en verklaringen van zijn personeel blijkt dat er veel jonge onderduikers op Heidemij-projecten werkten, waardoor zij werden gevrijwaard voor tewerkstelling in Duitsland. In 1948 wordt Staf onvoorwaardelijk buiten vervolging gesteld. De officier van Justitie toont begrip voor het dilemma waarin Staf was terechtgekomen. Maar de Culano-documenten zijn in dat onderzoek niet meegenomen. Toevallig werd dit archief, vier dozen met correspondentie, pas in juni 1959 geïnventariseerd, één maand nadat Stafs politieke carrière als minister van Oorlog definitief was beëindigd. Tijdens de hoogtijdagen van de Koude Oorlog wordt de CHU'er Staf minister van Oorlog en Marine van 1951 (het tweede, derde en vierde kabinet-Drees) tot medio 1959 (het interimkabinet-Beel)..

      Na de zomer van 1959 ambieerde Staf geen enkele politieke functie meer. Opnieuw wordt hij president-directeur bij de Heide-Maatschappij, tot aan zijn pensionering in 1970. Drie jaar later overleed hij op 68-jarige leeftijd..

      Volgens de historicus dr. L. de Jong wordt begin juli 1941 - twee weken na de succesvolle Duitse inval in de Sovjet-Unie - door dr. H. M. Hirschfeld, secretaris-generaal van het departement van Landbouw en Visserij, na overleg met ir. S. L. Louwes, directeur-generaal van de voedselvoorziening en de Duitse bezettingsautoriteiten, een Commissie tot Uitzending van Landbouwers naar het Oosten - ook wel Culano genoemd - opgericht. Louwes vroeg in het belang van de Nederlandse voedselvoorziening aan zijn vriend ir. Staf, directeur van de Heidemij, of hij voorzitter van deze commissie wilde worden. Staf ging akkoord en Hirschfeld keurde de gehele opzet goed. Het was de bedoeling dat een groot gebied in de Oekraïne aan de Nederlandse landbouwers zou worden toevertrouwd..

      A. G. Treuhand Ost, de Duitse beheerder van de bezette gebieden in Rusland, blijkt voor de Nederlandse boeren 500 000 hectare (10 keer de oppervlakte van de Noord-Oost polder) te hebben gereserveerd. De werkzaamheden van deze Nederlandse landbouwers zijn in het belang van 'de graanvoorziening van ons eigen land en volk'. Zij zullen vakkleding ontvangen 'in den geest van het uniform der Nederlandsche Heide Mij'. Ook de Gewestelijke Arbeidsbureaus worden ingezet om geschikte kandidaten te werven. Enige duizenden boeren, onder wie een behoorlijk aantal werklozen, hebben zich aangemeld. Ze moeten een uitgebreid vragenformulier invullen. Op basis van hun agrarische en technische kennis en ervaring worden ze geselecteerd. Tenslotte blijven er enige honderden kandidaten over. Na een lichamelijk onderzoek en het bewijs van goed gedrag zijn ze geschikt voor uitzending..

      Eind november 1941 - de snel oprukkende Duitse troepen zijn op dat moment slechts vijftig kilometer van Moskou verwijderd - is het afscheidsfeest van de eerste groep van honderd boeren in de met dennegroen versierde zaal van hotel Terstege in Oldenzaal. Het stafmuziekkorps van een Duits reservebataljon speelt vrolijke marsmuziek. Prominente Duitse ambtenaren, NSB-boerenleider Roskam en ir. Staf zijn aanwezig. Staf wees de boeren met nadruk op de opdracht om 'mede te werken aan de voedselvoorziening van Nederland'. Maar volgens een bericht van het door de Duitsers gelijkgeschakelde Algemeen Nederlandsch Persbureau (ANP), dat door de lokale kranten werd overgenomen, had hij nog meer gezegd: 'Zorgt er voor dat door de geest waarvan gij blijk geeft, ginds steeds groter gebieden aan Nederlanders worden toegewezen'..

      Begin december 1941 en eind maart 1942 werden nog drie groepen van elk honderd landbouwers (vooral NSB-boeren van het Nederlands Agrarisch Front) vanuit Oldenzaal per trein naar het doorgangskamp Litzmannstadt, bij het Poolse Lodz, getransporteerd. Na een korte opleiding, ook leren ze met wapens om te gaan, worden de (assistent-)bedrijfsleiders bij grote landbouwbedrijven in Litouwen en Roethenie (Wit-Rusland) gestationeerd. Dit zijn voormalige kolchozen, Russische collectieve landbouwbedrijven met enorme lappen vruchtbare grond. Het aanwezige personeel, meestal Polen, maar ook Russische krijgsgevangenen, is weerbarstig. De meeste boerenbedrijven liggen in een onrustig gebied, de partizanen bevinden zich in de omringende bossen. De Nederlandse kolonist, uitgerust met pistool en jachtgeweer, moet voor zijn eigen veiligheid zorgen..

      J. Scharringa, een ex-medewerker van de Heidemij, stuurt medio februari 1942 vanuit Riga lange brieven over zijn ervaringen aan Staf in Arnhem. Hij stelt met enig verdriet vast dat van de oorspronkelijk opzet een aaneengesloten 'Hollander-siedlung' te vormen, niets meer over is. De belofte door de Ostland (Berlijn) gedaan dat de Hollandse boeren de grondslag zouden leggen voor verdere kolonisatie en het verwerven van een eigen 'Lebensraum' is niet waargemaakt. 'Als werkelijk Hollandsche groep, als vertegenwoordigers van ons vaderland zijn wij niet meer hier. Op het ogenblik zijn wij te beschouwen als individuele in het Oosten tewerkgestelden'. Scharringa ervaart dit als een ontzettend fiasco. Verder klaagt hij over de slecht opgeleide landbouwers en de gebrekkige contacten met de verantwoordelijke Nederlandse en Duitse organisaties..

      Enige weken later vertrekt Scharringa naar Holland, het is niet duidelijk of hij is ontslagen. Maar ook G. Hekkert uit het dorp Smolewitschi, in de buurt van de plaats Minsk, stuurt een teleurstellend bericht aan de directeur van de Heide-Maatschappij, ir. C. Staf: 'Het bedrijf waar wij zijn, is 900 ha en is ontzettend verwaarloosd en vuil. De koeien zijn zoo mager als brandhout en geven nog geen liter melk per dag. De toestand van de gebouwen is erbarmelijk smerig en wanordelijk en de honderden arbeiders die op het landgoed wonen in hutten zijn lui, zooals ik het nog nooit heb meegemaakt (...) Mijn vrouw en kinderen kunnen nog in geen vijf jaar naar hier komen, omdat er nog steeds partizanen zijn en zullen blijven. Wij zijn hier behoorlijk gewapend, maar veel helpt dit ook niet'..

      Het filiaal van Ostland te Den Haag dringt er medio april 1942 bij Culano op aan nog zevenhonderd Hollandse arbeidskrachten - bedrijfsleiders, specialisten in de tuinbouw en boekhouders - te werven. Maar tot een nieuwe wervingscampagne is het niet gekomen. Inmiddels is een groot aantal Nederlandse kolonisten (ongeveer 250 man) naar Nederland teruggekeerd. Ze hebben wegens de slechte omstandigheden ontslag genomen of zijn als ongeschikt ontslagen. In mei 1942 zijn de 150 overgebleven boeren in vijf groepen verdeeld en naar landbouwbedrijven bij Minsk en Vilejka (Wit-Rusland) gestuurd. Eind mei 1942 worden vijf Nederlandse boeren op hun bedrijf door Russische partizanen overvallen en uitgekleed. Materiaal en gereedschap wordt meegenomen. 'Gott Sei dank nicht erschossen'..

      Ruim een maand later loopt het slechter af. In de buurt van Vilejka bij de stad Minsk worden begin juli 1942 de eerste drie Nederlandse bedrijfsleiders door Russische partizanen gedood. In datzelfde jaar zullen nog zeker twintig 'onuitgenodigde' Nederlandse kolonisten sneuvelen. Het enthousiasme onder de resterende 'Oostboeren' is sterk bekoeld. De Nederlandse kolonisatie is een fiasco geworden en het Culano-debâcle is compleet. Ook de Nederlandse voedselvoorziening heeft er helemaal geen baat bij gehad. Inmiddels is ir. Staf in de zomer van 1942 al stilletjes vertrokken. Secretaris J. A. A. Hartman behartigt verder de belangen van Culano. Op 30 september 1942 wordt Culano overgenomen door de Nederlandsche Oost-Compagnie (NOC), een NSB-organisatie onder leiding van mr. M. M. Rost van Tonningen.
    2. Gehoord van Rik Verhoef, 10 augustus 2011
      Rik komt met deze data: 1-10-1942, Glebokie, Wit Rusland in zijn eerste staamboom overzicht. Op mijn nadrukkelijke verzoek hoe hij aan die gegevens komt wilde hij geen antwoord geven. Hij wilde zijn kennis niet delen. Ik heb het sterke vermoeden dat hij tal van officiële papieren uit de erfenis van waarschijnlijk Kees Verhoef heeft.

    Historische gebeurtenissen

    • De temperatuur op 29 augustus 1912 lag tussen 10,7 °C en 20,0 °C en was gemiddeld 15,4 °C. Er was 6,9 mm neerslag. Er was 3,2 uur zonneschijn (23%). De gemiddelde windsnelheid was 4 Bft (matige wind) en kwam overheersend uit het zuid-zuid-westen. Bron: KNMI
    • Koningin Wilhelmina (Huis van Oranje-Nassau) was van 1890 tot 1948 vorst van Nederland (ook wel Koninkrijk der Nederlanden genoemd)
    • Van 12 februari 1908 tot 29 augustus 1913 was er in Nederland het kabinet Heemskerk met als eerste minister Mr. Th. Heemskerk (AR).
    • In het jaar 1912: Bron: Wikipedia
      • Nederland had zo'n 6,0 miljoen inwoners.
      • 12 februari » China gaat over op de gregoriaanse kalender.
      • 14 februari » Arizona wordt de achtenveertigste staat van de Verenigde Staten.
      • 28 februari » Boven de Amerikaanse staat Missouri maakt Albert Berry de eerste parachutesprong uit een vliegtuig
      • 28 februari » De Vereniging van Nederlandse Gemeenten wordt opgericht.
      • 12 juni » Oprichting van de Hondurese voetbal- en honkbalclub Club Deportivo Olimpia in de hoofdstad Tegucigalpa.
      • 6 december » De Duitse archeoloog Ludwig Borchardt ontdekt bij opgravingen in Egypte de buste van Nefertiti.
    • De temperatuur op 1 oktober 1942 lag tussen 6,7 °C en 17,6 °C en was gemiddeld 14,0 °C. Er was 1,3 mm neerslag gedurende 0.9 uur. Er was 2,6 uur zonneschijn (22%). De gemiddelde windsnelheid was 3 Bft (matige wind) en kwam overheersend uit het zuid-westen. Bron: KNMI
    • Koningin Wilhelmina (Huis van Oranje-Nassau) was van 1890 tot 1948 vorst van Nederland (ook wel Koninkrijk der Nederlanden genoemd)
    • Van 27 juli 1941 tot 23 februari 1945 was er in Nederland het kabinet Gerbrandy II met als eerste minister Prof. dr. P.S. Gerbrandy (ARP).
    • In het jaar 1942: Bron: Wikipedia
      • Nederland had zo'n 9,0 miljoen inwoners.
      • 2 januari » Manilla, de hoofdstad van de Filipijnen, wordt door Japan bezet.
      • 27 januari » Laagste minimumtemperatuur in Nederland ooit gemeten (-27,4 °C), te Winterswijk.
      • 9 maart » Het KNIL capituleert op Java. Japanse jaartelling; 17-3-9.
      • 21 maart » Element nummer 94 krijgt de naam plutonium.
      • 3 mei » In concentratiekamp Sachsenhausen worden 72 Nederlanders geëxecuteerd. Het merendeel was lid van de Ordedienst.
      • 4 december » De Verenigde Staten bombarderen voor het eerst het vasteland van Italië.
    

    Dezelfde geboorte/sterftedag

    Bron: Wikipedia

    Bron: Wikipedia


    Over de familienaam Verhoef

    • Bekijk de informatie die Genealogie Online heeft over de familienaam Verhoef.
    • Bekijk de informatie die Open Archieven heeft over Verhoef.
    • Bekijk in het Wie (onder)zoekt wie? register wie de familienaam Verhoef (onder)zoekt.

    Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
    Steven Verhoef, "Stamboom Verhoef - van Veen", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/stamboom-verhoef-van-veen/R8.php : benaderd 26 april 2024), "Willem Hendrik Verhoef (1912-1942)".