(1) Hij is getrouwd met Maria Anna Josepha Bertrand.
Zij zijn getrouwd
Kind(eren):
(2) Hij is getrouwd met Anna Catharina Leurs.
Zij zijn getrouwd op 28 oktober 1826 te Venlo , hij was toen 36 jaar oud.
Bron Burgerlijke stand - Huwelijk
Archieflocatie Regionaal Historisch Centrum Limburg
Algemeen Toegangnr: 12.120
Inventarisnr: 18
Gemeente: Venlo
Soort akte: Huwelijksakte
Aktenummer: 0
Datum: 28-10-1826
Bruidegom Sebastiaan Jozef Renkin
Geboortedatum: 10-10-1790
Geboorteplaats: Chokier Luik
Bruid Anna Catharina Leurs
Geboorteplaats: Venlo
Vader bruidegom Johan Jozef Renkin
Moeder bruidegom Margaretha Bustin
Vader bruid Jacob Leurs
Moeder bruid Maria Johanna Linssen
Nadere informatie >
Kind(eren):
Renkien of Voncken of Renkin
Deze Sebastianus Joseph Renkin heeft in het leger van Napoleon gediend, hierover zijn 2 vertellingen op schrift gesteld:
'Vader kôs in daen tied, toe ik nag klein waas, vertelle van Vader Renking – zien schoënvader – vader van zien ierste vrouw.
Renking waas eine Waal in Luuk gebaore en beej Napoleon opgerope vur soldaot en nao 18 maond dene – naodet Napoleon in Rusland gevalle waas – wir in Luuk truuk gekômme; zien elders vertrokke vônd nao lang zeuke in Blierick truuk.
Verbleed ôch det maar ens! Gans Europa doorkruuts met die legers. In Rusland waar e d’r per ôngelôk doorgerold. Dao heije ze um gevangegenaome, zien kleier aafgenaome en gepreugeld, op eine mishaup gegoeid en neet mier nao umgekeke. Ze meinde det e doëd waas maar hae kwaam wir beej en ging nao ein hoes in de buurt van de mishoup. De vrouw waas allein thoes, schrôk, maar ze goof um kleier en te aete en doe kôs e wir vaerder. In burgerkleier is e toen nao lang zwerve in Frankriek truuk gekômme. Van Luuk oet is e in Venlo gekômme en dao heie ut nag lastig gehad.
Hae verstông de minse heej neet; hae waas eine Waal en nogal wat opvlegend en dao ware in daen tied nogal wat vraemde soldaote in en um Venlo. Ouk Pruusse en det ware zien vijande die ziene Napoleon verslage en gevange genaome hadde.
Wie in zien kôshoes ein paar Pruusse eine kier de biës oethônge en zelfs de kosvrouw lastigvele, kwaam zien als soldaoteblood in opstand en rammelde hae die kaerels ôngenadig aaf. Doe mos e oet Blierick vluchte vur de pliessie en kwam e in Baolder terecht, woë hae ouk herrie kreeg. Det kwaam zoë. Hae waas hôlp op ut vaer euver de Maas en dao zôgte ze ouk al herrie met um; Op die dörpe woorts vreaemde dôk ouk neet gewins. Beej ut gevech det d’r eine kier oetbrook krege zien taegestanders gen bein aan de grônd. Hae mos toe beej de bûrgemeister kômme woë de herriezeukers stônge met eur kepotte kôp. Dao bôfde hae: bûrgemeister waas Barôn D’Olne, eine nag bekinde naam in Baolder. Dae spook Frans met um en doe meus e vertelle hoe dae ruzing ôntstaon waas. Heej ging vreejoet en de bûrgemeister woort ziene beste vrind later.
Hae trouwde met ein Venloosch maedje. Mien Vader is later met ein dochter van um getrouwd. Vader vertelde ôs dôk van um en toe Vader later det alde huuske van ôs in de Baovestraot – nôw Pôntanusstraot – koch, waas e zoë bliej as ein kind. Ein huuske aan de Maas woë hae zoë van heel!
Hae haet det ald kebuiske nag opgekalefaterd, nieje rame en deure ingemak en hae is in det huuske gebleve tot aan zienen doëd en woort in Blierick ouk begrave.
Woë now de Antoniuskerk steit haet ein holter kruuts gestaon met ziene naam op.
&
Ik trof Wiel z.g. eens en kwam met hem aan het praten over zijn overgrootvader, de stamvader van de tegenwoordige fam. Renkien in Blerick. daar wist hij niets van, maar ik toevallig wel. Want dat was de schoonvader van mijn vader, Aerts, die eerst getrouwd is geweest met een juffr. Christina of Hubertina Renkin, de voornaam weet ik niet meer precies. Vader vertelde vaak van Vader Renkin, zo noemde hij hem. Dat was een Waal, die was geboortig van Luik en die moest in dienst bij Napoleon. Sebastianus Josephus Renkin, er heeft nog een kruis van hem op het kerkhof gestaan. Geboren in Luik en gestorven en begraven in Blerick. Dat huisje waar ik ben geboren en dat omstreeks 1900 door de vader van Wiel, Sef Renkin is opgebouwd, staat nog in de Pontanusstraat, toen was dat Bovenstraat. Sebastien of Basteng, zoals ze hem hier noemde was scheepstimmerman, zoals zijn vader. Ze maakten in die tijd nog houten schepen, ook voor op de Maas voor kolenvervoer. Napoleon riep de jongens op voor in zijn legers. Hij was toen hier de baas. En zo heeft Basteng 18 jaar gediend en overal rondgezworven. Door heel Europa en in Rusland, daar raakte hij nooit over uitverteld en vader ook niet, dat herinner ik me nog.
Met de val van Napoleon werden de soldaten naar huis gestuurd en kwam hij weer in Luik aan, maar zijn ouders woonde daar niet meer en na lang zoeken heeft hij ze weer terug gevonden in Blerick. Napoleon was een soort afgod voor de soldaten leek wel, want toen Napoleon weer terug was meende hij echt dat hij hem weer moest helpen. Nu kunt U zich wel voorstellen dat het een hele toer was om weer normaal te leven, als men zo lang in het wild heeft gelopen en in het begin was zijn soldatenbloed nog snel aan het koken* en toen was er nog allerhand vreemd volk in Venlo en Blerick.
En toen op een keer in zijn kosthuis een paar vreemden, ook nog Pruisen, die hij als Waal toch al niet moest, de zaak op stelten zetten en de kostvrouw ook nog lastig vielen, heeft hij die een geweldig pak rammel gegeven, maar toen moest hij toch vluchten en toen is hij in Baarlo terecht gekomen waar hij het ook aan de stok kreeg en er geweldig op los timmerde. Toen moest hij bij de burgemeester komen, Baron D Olney, een fransman,en toen hij daar zijn geschiedenis vertelde en hoe de lui hem hadden getergd, heeft hij hem de hand boven het hoofd gehouden en vooruit geholpen.
Dat was toen een woelige tijd en hier in de stad waren dan de Hollanders en dan de Belgen de baas, zo heeft hij nog als tolk dienst moeten doen en toen is hij in de stad gebleven en met een Venloos meisje getrouwd. Leurs heette de familie.
Met een van zijn dochters was vader getrouwd. Die konden blijkbaar goed met elkaar opschieten want toen vader een oud huisje kocht met zicht op de Maas was hij de koning te rijk af en heeft hij er nog van alles aan verbeterd en gerepareerd deuren en ramen en zo van alles. Van En zo heeft hij de laatste jaren in Blerick door gebracht en vertelde van zijn soldatentijd bij Napoleon, die hij nog altijd vereerde tot aan zijn dood.'
Sebastiaan Jozef Renkien | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maria Anna Josepha Bertrand | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1826 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anna Catharina Leurs |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.