Tijdstip vertrek was eerder, doch op 25-10 ontdekt door gemeente Den Haag
Genoemd zijn diverse Paehlig'en, Gongrijp, en Akke Stam
Met dochter Cornelia Pauline Antoinette Barthelemy, komende uit Batavia
Huwelijkse voorwaarden
Heden, Donderdag, den derden Mei negentien honderd drie en twintig. verschenen voor my, George Herman Thomas, notaris te Batavia, in tegenwoordigheid van de na te noemen mij bekende getuigen:
de Heer Johannes van Veen, boekhouder by de Vennootschap onder de firma Erdmann en Sielcken te Batavia, wonende te Batavia, contractant ter Eenre, en
Mejuffrouw Diana,Louisa Wibbina Andina Paehlig, boekhoudster by 's Lands Baggerbedryf wonende te Batavia, Contractante ter andere zyde.
De comparanten zyn aan my, notaris bekend.
Welke contractanten, voornemens zynde een wettig huwelyk met elkander aan te gaan, verklaarden by deze gevolgen, die dat huwelyk op ieders vermogen zal hebben, te regelen door de navolgende Huwelyksvoorwaarden.
Artikel Een. De echtelieden zullen gehuwd zyn buiten gemeenschap van goederen, wordende zoowel de echtelyke gemeenschap van goederen, als de gemeenschap van van winst en verlies, de gemeenschap van vruchten van inkomsten en elke beperkte gemeenschap, hoe ook genaamd uitdrukkelyk uitgesloten.
Artikel Twee. De vrouw zal hebben het genot harer diensten en die der vruchten en andere inkomsten der prive-zaken.
Artikel Drie. De kosten der huishouding en van het onderhoud en de opvoeding der kinderen, die uit het huwelyk der contractanten mochten geboren worden, zullen dragen, met dien verstande, dat indien de helft van die kosten de inkomsten van een der echtelieden te boven gaat, de andere echtgenoot(e) het meerdere zal moeten dragen, voor zooverre zyne of hare verdiensten, vruchten en andere inkomsten daarvoor toereikend zyn.
Artikel Vier. Van de gedurende het huwelyk door ieder der echtelieden verkregen roerende zaken, moet door beschryving blyken. By gebreke van beschryving of bescheiden waaruit de verkryging blyken kan, is degene onbevoegd die zaken als de zyne terug te nemen, zynde de vrouw in dergelyke gevallen bevoegd zyn, om het bestaan en de waarde van zoodanige goederen te doen blyken door getuigen en desnoods door de algemene bekendheid. Zaken waarvan geen der echtelieden bewyzen kan, dat zy het byzonder eigendom zyn van een hunner, behooren aan de echtgenoten gezamenlyk, en aan ieder hunner voor de helft, behoudens te dien opzichte het bepaalde in de artikelen vyf en zes overeenkomst.
Artikel Vyf: Het meubilair te eeniger tyd gedurende het bestaan des huwelyks, en na ontbinding ervan op andere wyze dan door den dood, aanwezig, is het eigendom van den man en het meubilair by de ontbinding des huwelyks door den dood aanwezig is het eigendom van de of den langstlevende der echtgenooten. In elk geval zal het meubilair te eeniger tyd aanwezig worden geacht in de plaats te zyn getreden van dat by het sluiten des huwelyks aanwezig.
Artikel Zes. Het lyflinnen de kleederen en de lyfsieraden en verdere juweelen, goud- en zilverwerken, preciosa en de lyfstoebehoren van ieder der contractanten te eeniger tyd en dus ook by ontbindingdes huwelyks, aanwezig, zullen geacht worrden het byzonder eigendom te zyn van hem of haar, in wiens of wier bezit of gebruik zy zyn, of tot wiens of wier gebruik zy zyn bestemd en zullen worden beschouwd in de plaats te zyn gekomen van die, welk ten huwelyk werden aangebracht.
Ten slotte verklaarden partyen, dat de aanbreng ten huwelyk door de contractante ter andere zyde bestaat uit:
Zeven aandeelen aan toonder elk nominaal groot Een Honderd Gulden in de te Batavia gevestigde Naamlooze Vennootschap Mynbouw Maatschappij Simau;
Twee Obligatien, elk groot nominaal Vyf Honder Gulden in de Obligatieleening ten laste van de te Batavia gevestigde Naamlooze Vennootschap Grand Hotel Java;
Drie Obligatien elk groot nominaal Duizend Gulden in de Nederlandsch Indische leening van het jaar negentien honderd negentien;
Een depositobillet groot Duizend Gulden rentende vier procent 'sjaars ten laste van de Nederlandsche Handelsmaatschappy Nummer 9150;
Een spaarbankboekje Serie D folio 138 by de Algemeene Spaar- en Depositobank te Weltevreden, met een saldo per ultimo April dezes jaars groot Twaalf Honderd Zestig Gulden Vyftig Cent;
Kleeren en lyfssierraden ter waarde van Twee duizend Gulden;
Contanten Vyf Honderd Gulden.
terwyl de aanbreng ten huwelyk van den comparant ter Eenre bestaat in:
honderd zeventien aandeelen aan toonder elk groot nominaal Honderd Gulden in de Mynbouw Maatschappy Simau en vyftien aandeelen op naam in de naamlooze vennootschap Tegalsch Prauwenveer, elk groot nominaal Zes honderd Gulden;
vyftig aandeelen aan toonder elk nominaal groot Een Honderd Gulden in de Mynbouw Maatschappy Redjang Lebong en vyf aandeelen aan toonder elk groot nominaal Een honderd Gulden in de Naamlooze Vennootschap bekend onder de naam O.T.E.V.A.
een girorekening by de Nederlandsch Indische Escomp Maatschappy groot Een duizend Gulden;
diverse debiteuren volgens de aangehouden boeken ten bedrage van Vier duizend drie honderd Gulden;
Een automobiel, waard Drie duizend Gulden;
meubilair ter waarde van Duizend Gulden en bestaande onder anderen in zes tafels, vier en twintig stoelen, zes kasten, een buffet, twee waschtafels, twee ledikanten, zes hanglampen, een schryftafel met stoel, een boekenkast, twee divans, vier voetenbankjes, een naaimachine, een party eet- en theeservies, lepels, messen, en vorken, glaswerk en keukengerei, schilderyen en beelden, kleeren, lyfsierraden en boeken ter waarde gezamenlyk Twee Duizend Gulden.
Alles onder verband als naar rechten.
Gedaan in verleden te Batavia, op dag en datum voorgeschreven, in tegenwoordigheid van Anthony Mangela George Meertens, candidaat notaris en Abdul Halim, myn klerk, beide wonende te Batavia als getuigen.
Onmiddelyk na voorlezing hebben de comparanten de getuigen en ik, notaris, deze acte geteekend.
Verleeden met vier renvooien, eene doorhaling en twee bijvoegingen.
Joh. Van Veen
D. Paehlig
A.M.G. Meertens
Abd. Halim
G.H. Thomas
Uitgegeven voor afschrift
Ingeschreven in het daartoe bestemd register berustend ter griffie van den Raad van Justitie te Batavia, op heden Woensdag den negenden Mei 1923.
De griffier van den Raad vanb Justitie te Batavia.
Vertrek van Amsterdam naar Batavia met S.S. Prinses Juliana.
Vertrek van Amsterdam naar Batavia met S.S. Jan Pietrszoon Coen
Gezin en baboe Coba Patissima vertrekken uit Ned Indië naar Amsterdam met stoomschip Jan Pietersz Coen van Stoomvaartmaatschappij Nederland (SMN), gebouwd in 1915.
Van Batavia naar Rotterdam
(1) Zij had een relatie met S. Heijmans.
De relatie startte
(2) Zij is getrouwd met Frederik Anton Barthelemy.
Zij zijn getrouwd op 8 juni 1912 te Ned Indië, Batavia, zij was toen 17 jaar oud.Bron 8
Kind(eren):
Het echtpaar is gescheiden oktober 1916 te Ned Indë, Batavia.
(3) Zij is getrouwd met Johannes van Veen.
Toestemming voor het huwelijk is 23 april 1923 verkregen te Ned Indië, Batavia.Bron 9
Zij zijn getrouwd op 5 mei 1923 te Ned Indië, Batavia, zij was toen 28 jaar oud.Bron 10Bij Gang Passer Daroe 11
Kind(eren):
De stamreeks begint met Johann Georg Pählig (1675-1743), opperhoutvester en opperjagermeester in dienst der graven Simon Henrich en Simon August zur Lippe. Zijn kleinzoon, prof. mr. Carl Christian Levin Päehlig (1752-1814), werd in 1774 advocaat en in 1804 hoogleraar te Groningen en zo de stamvader van de Nederlandse tak. De familie werd in 1928 opgenomen in het genealogische naslagwerk Nederland's Patriciaat.
Diana Louisa Wibbina Adinda Paehlig | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1912 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Frederik Anton Barthelemy | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(3) 1923 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johannes van Veen |
Gelders Archief, Geb Akte nr 6
Brief J.W.F. van Veen
Gezinskaart Amsterdam, NL-SAA-2549428
Nederlands-Indische vereniging voor Handelsgeëmpoyeerden te Batavia
Notaris Hendrik Fennema, Sneek II, Inv nr 120132, Archief nr 26, Aktenr. 170
(1923) Akte nr 15, Notaris George Herman THOMAS, BATAVIA
Vaderland 1-10-1937, editie 2, blad 9
Reg almanak jg 1913 blz 8
Het nieuws van den dag voor Ned. Indië van 23-4-1923
Familiebericht in Bataviaansch Dagblad 5-5-1923, en boek 18-28 pag 160 Nederlands Patriciaat