impost 17-6-1791, in de 2e classe.
Zij is getrouwd met Jacob Willemsz Kuijs.
Zij zijn getrouwd op 9 mei 1734 te Castricum, Noord-Holland.
zoon van Willem Gerritsz Kuijs en Marijtje (Grietje?) Cornelis
dochter van Joannes Albertsz IJpelaan en Maretie Jacobs Castricum.
Huw.get. bij gerechtstrouw: Aalbert Janze IJpelaan, haar broer
Kind(eren):
Jacob Kuis en Willempje jansz IJpelaan, egtelieden, wonende Castricum, maken 26-5-1779 hun testament bij notaris J. Nuhout van der Veen te Castricum. Zij verklaarden geen ampt of bediening te hebben en beneden f 8000.-.- gegoed te zijn.
Zij wensten na te laten aan hun oudste zoon Gerrit, wonende Egmond op den Hoeve, een stukje weiland, genaamd Duiveven, gelegen op Noord-end. Aan hun zoon Jan, wonend alhier, een stukje weiland, genaamd Kleibroeker Weid, gelegen alhier bij de buurt. Verder zal Jan na de dood van de eerststervende 'in de volle professie blijven van het huis, erve, bakkerije en winkel, met alle gereedschappen en winkelgoederen, benevens alle winkelwaaren, welke na de dood van de eerststervende zullen bevonden worden en daar toe behooren en zo als dezelve bij
de overleedene in gebruik geweest zijn, mits daarvoor na overlijden van de langstlevende in den gemeenen boedel uytkeerende een summa van f 2000.-.-'.
Vervolgens verklaarde de langstlevende tot zijn of haar enige en universele erfgenamen aan te stellen Antje, Jannetje, Aagje en Willemijntje, kinderen van hun overleden dochter Maartje Kuis, in huwelijk verwekt met Pieter Meyne, of bij voor-overlijden hun wettige nakomelingen. Alsmede Gerrit, Jan, Antje en Aafje Kuis, hun kinderen, of bij hun voor-overlijden hun wettige nakomelingen, en dat in alle door hen na te laten goederen.
Het testament wordt door Jacob ondertekend als Jacob Kuys, terwijl Willempje een merk stelt, ofwel een kruisje zet.
Na het overlijden van Willempje IJpelaan, wordt 15-8-1791 een staat en
inventaris opgemaakt van de door haar nagelaten goederen en schulden.
Op de staat komt o.a. voor; een huis in de Oosterbuurt en een huis op Heemstee (in Castricum). Verder stukken land, totaal 36 morgen en 505 roeden groot. Contante penningen, in de cassa gevonden, ruim f 380,-,-.
Aan goud:1 oorijzer, 1 halsstreng met kruis, 2 haarnaalden, 2 ringen, 1 haak van een boot, 2 keuvel haken en 2 haarspelden.
Aan zilver: 1 snuifdoos, 1 melkpen, 1 naairing, 1 beugel en 1 boek met zilveren sloten. Verder nog een granaten ketting en vele andere eigendommen. Nog te goed van Jacob Krom aan achterstallige huur van het huis en land over 1790 van f 431.-.-. Van Jan Jacobsz Kuijs de resterende penningen wegens de door hem overgenomen goederen bij het aanvaarden van de bakkerij f 450.-.-. Bij de schulden o.a. een rekening van Jan Jacobsz Kuys en een rekening van Gerrit Jacobsz Kuys, voor geleverde waren.
Willempje Jans IJpelaan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1734 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jacob Willemsz Kuijs |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.