(1) Hij had een relatie met Annetje Huijbert van Adrichem.
Kind(eren):
(2) Hij is getrouwd met Annetge jans van Maenen.
Zij zijn getrouwd op 17 november 1658 te Rotterdam.Bron 2
(3) Hij is getrouwd met Maertje Hendricx.
Zij zijn getrouwd op 8 februari 1642 te Bleiswijk.
1658 wonend aan de delftse vaert Herbert Jansz, wonend in Katendrecht onder de jurisdictie van Chaerlois, 36 jaar, verklaart op verzoek van Jacob Wachtmans, coopman te Oosterhout, dat hij er vannacht, bij Huijbert Pietersz, herbergier van de herberg waar "Het speeljacht" uithangt, getuige van was dat de requirant in een kamer met geweld werd vastgehouden door ene Gerrit Arentsz Groll, voerman, die hem uitschold. Jasper Bertsz, schout op Katendrecht, verklaarde dat hij vanochtend vroeg 2 keer naar deze herberg is geroepen, waar hij hetzelfde zag. Groll vroeg hem de requirant gevangen te nemen. Hetzelfde verklaarde Louis Rijcken, mannenbode op Chaerlois, door Groll ontboden. Toen hij dat weigerde sloeg Groll hem, en zei dat hij niet in Rotterdam of Dort, maar in Geervliet in de gevangenis zou komen. Alle attestanten zagen geen schuld bij de requirant. Deze vroeg hem te laten gaan, omdat hij een brief aan de prins van Orangien bij zich had. Groll wilde die toen openen, maar dat werd hem belet. Grolls gedrag werd door Maertgen Ariens, de vrouw van de herbergier, bevestigd. Hij werd pas 's ochtends losgelaten. Gillisz 40 jaar en Tomas Pietersz 30 jaar, beiden stadscarreluyden en Maertge Willemsdr 57 jaar, weduwe van Rijck Rijckx, karreman, verklaren ten verzoeke van Maertge Fransdr, weduwe van Jeuriaen Rijcken, karreman, dat Jan Dircxsz, mede stadskarreman, een gedeelte van het Stadscingelgras van de Koolsepoort tot aan het hek van de Schiedamsepoort de afgelopen zomer heeft verhuurd aan een schuitvoerder en wagenaer, anders genaamd Grol. Maertge Willemsdr verklaart ook nog dat hij daarvoor 4 gld. Cingelhuur heeft bedongen. 08/02/1639 Jacob Dircxsz, 56 jaar, en Claes Jansz, 37 jaar, veerschipper en gesworen meesterknecht op Delft, verklaren op verzoek van Cornelis Leendersz Castelijn, veerschipper van Rotterdam op Delft, dat Gerrit Ariensz Grol, mede veerschipper, tegen Cornelis Leendertsz heeft gezegd dat als hij net zo handelt als de vorige hooftluyden hij ook een dief is. 16/03/1640 Gerrit Ariens Grol, jachtschuytvoerder op Delft, bekent een schuld van 116 gulden te hebben aan Dirck Dircx Romeyn ter zake van de koop van 3 paarden en een wagen. Leendert Ariens Grol, wonend in Charlois stelt zich borg.
Gerrit ariens Grol | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Annetje Huijbert van Adrichem | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1658 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(3) 1642 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maertje Hendricx |