Op 30 augustus 1760 is Huybrecht Crijne Hooghwerff schuldig aan zijn oom Arent Centen Doorduyn, Bouwman, wonende in de Oranjepolder, 5000 gulden wegens een geldlening tegen drie procent per jaar. Voor 10 jaar, onder verband van 15 morgen wei- en teelland, te weten 5 perzelen van 3 morgen in de zogenaamde Kerkepolder, buiten de Hoge Delftlandse Maasdijk in het ambacht van Maasland. Rookje Jorisdr Biesland, weduwe van Jacob Hendrikszn Spruyt neemt met consent van Arent op 5 januari 1762 deze schuld te hare laste. Op 21 april 1768 geroyeerd en gekwiteerd door Sent Doorduyn, namens zijn moeder. (ORA Maasland, inv. nr. 10, folio 56. R.A. Den Haag)
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.