Godfried met de Baard, hertog van Brabant, de heerlijkheid van Bouchout schonk aan Willem van Kraainem op voorwaarde dat hij er een burcht zou bouwen als dreiging, en meteen als verweer, tegen de eerzuchtige heren van Grimbergen. Willem van Kraainem had die voorwaarde van zijn leenheer al in 1129 vervuld.
Henri I Duke of Brabant confirmed that "Willelmus de Crayhenem et nepos eius Ægidius" had renounced rights in a mill âde Scintfortâ in favour of Lierre abbey by charters dated 1209 and 1211.
In 1211, werd in Brussel een oorkonde van Willem van Kraainem voor de premonstratenzer abdij van Ninove mede ondertekend door magister Aegidius. Tot de andere ondertekenaars behoorden de abt en de prior van Dielegem bij Jette, de abt en twee kanunniken van Grimbergen en magister Henricus, pastoor van Meise,
Hij is getrouwd met N. n..
Zij zijn getrouwd na 1182.Bron 4
Daniel de Craienhem, Renerus Ruschebusci, Willelmus frater eorum…" witnessed the marriage contract dated 1179 between "Comitem Flandriæ Philippumâ¦Mathildis neptis comitis" and "ducem Lovaniæ Godefridumâ¦Henrici filii ducis"[1170]. “Willelmus de Craienhem cum uxore sua” sold rights “in decima apud Menz et Ophem et Lendbosc et Rotden…” to Ninove, with the consent of “fratribus suis Daniele et Reinero atque sorore ipsorum Hildegarde”, by charter dated 1182
Willem (Willemo Willemus) van Kraainem | ||||||||||||||||||
> 1182 | ||||||||||||||||||