Hij was een aanzienlijk middenstander. Bezat oratorische talenten en waar hij kwam voerde hij het woord, of het nu collectanten-colleges waren of familiegezelschappen, de oude heer De Greeve was vanzelf de spreker. Hij zat vol geestigheden en guitigheden en overal, in de eerste plaats in zijn reusachtig gezin, wist hij de stemming erin te houden en door zijn originele denkbeelden zijn omgeving te bezielen. Zo had hij voor zijn kinderen een grote poppenkast gemaakt, waarvoor hij zelf de poppen sneed, die hij op zondagmiddag in de huiselijke kring vertoonde. Hij behoorde tot de zeldzame stervelingen die geen kloof aanbrengen tussen woord en daad. Hij was een helper van misdeelden. Een vriend der joden was hij en evenals de Joden was hij niet alleen van de Appelmarkt (Singel 363 bevindt zich op deel van het Singel waar van 1616 tot 1895 de Appelmarkt plaatsvond) maar van alle markten thuis. Deze koopman verstond ook de techniek der tandheelkunde in de perfectie en hij ontving behoeftige Joden die kiespijn hadden in zijn woning en trok hun gratis de pijnverwekker uit de mond. Een incident: De plaatselijke verdoving behoorde niet tot deze der markt ontsproten tandheelkunde, al moet erkend worden dat de patienten zich moedig gedroegen tijdens degenezende folteringen van hun weldoener. Een oud joods vrouwtje doorstond zelfs de operatie zonder een kreet te slaken. Maar toen de kies eruit was en de oude De Greeve (of Grevel, zoals zijn klanten hem noemden) zijn handen stond te wassen bij het fonteintje, zijn voeten onzeker op een vochtige vloer, toen kon het vrouwtje een uitroep niet terughouden: "Meneer Grevel, uwes het lekkasie!". Het water vloeide als een beekje onder haar rokken uit, het kranige oudje had het in haar broek gedaan.
De familie "Grevel" was bekend en bemind in de hele Amsterdamse Jodenbuurt. Toen alle lichten in de Amstelstad werden ontstoken op de kroningsavond van Koningin Wilhelmina (1898) werd de oude heer met al de zijnen (ook kleinzoon Henri) in de Jodenbreestraat uitgenodigd om het festijn daar te zien. Zij werden allen plots op een podium getild voor een openbare ovatie van duizenden kinderen Israels.
Dat de oude heer De Greeve een groot kenner van Dickens was spreekt bijna vanzelf. Want was hij zelf niet uit een verhaal van Dickens weggelopen en waren de omgevingen waarin hij vertoefde en de mensen met wie hij verkeerde niet verwant aan de plaatsen die Dickens beschreef en aan de mensen die Dickens vertellingen bevolken?
Hij is getrouwd met Juliana Anna Maria Kloppenburg.
Zij zijn getrouwd op 15 november 1854 te Amsterdam , hij was toen 25 jaar oud.
Kind(eren):
Helmig Jan de Greeve | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1854 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Juliana Anna Maria Kloppenburg |