Stamboom Stuivenberg » Rienck Pieters Camstra (1465-1522)

Persoonlijke gegevens Rienck Pieters Camstra 

Bron 1

Gezin van Rienck Pieters Camstra

Hij is getrouwd met Gerlant Aesgesdr. van Hoxwier.

Zij zijn getrouwd op 26 juni 1488 te Wirdum, Leeuwarden, Friesland, Netherlands, hij was toen 23 jaar oud.


Kind(eren):



Notities over Rienck Pieters Camstra

Hij was eigenaar van Camstrastate te Wirdum (later Dekemastate).

Hij was aanhanger van de Saksen en van Karel V.

OFO I-361 d.d.26-6-1488:met zijn vrouw Gerlant genoemd op Camstrastatete Wirdum.

OFO I-413 d.d.7-5-1495:hij verkoopt land te Jellum aan zijn oomFeicke.

OFO II-196/201 d.d.1501: hij en zijn broer Epe hebben geschillen metde stad Leeuwarden over aanspraken.

Op de lijst van Friese edelen d.d.5-1-1505 (T342-05,62).

R.v.A.1511:hij heeft vele bezittingen o.a.te Wirdum en Jelsum.

[Rienck Camstra]

CAMSTRA (Rienck), oudste zoon van Pieter Camstra en van Reynsk Tzygora van Holwerd, was een in de geschiedenis beroemd man. Hoogstwaarschijnlijk op zijn bevel, ofschoon dit niet uitdrukkelijk vermeld wordt, trok Rienek Sjaerdama, bastaard zoon van Douwe Sjaerdama, met omtrent dertig man uit Camstrahuis te Jelsum in het jaar 1498, om de Leeuwarders, die zich niet aan de Saksische regering wilden onderwerpen, te kwellen en te beschadigen. Zij staken dan ook een huis in de nabijheid der stad in brand, waarop de burgers met eenige krijgsknechten de poort uitsnellende, niet alleen Sjaerdama met zijn volk naar Camstrahuis terugdreven, maar ook dat huis aan de vlammen opofferden, en de bezetting gevangen namen. In het eerst werden de krijgslieden te Leeuwarden goed onthaald en met spijs en drank verkwikt, doch toen zij er den volgenden morgen het minst aan dachten en sommigen zelfs beschonken waren, werd hun door eenen Biechtvader en den Scherpregter aangezegd, dat zij zich tot sterven moesten bereiden, dewijl de Raad besloten had, dat men hen ter dood zoude brengen en op het rad zetten. Aan twee-en-twintig hunner, onder welken ook Rienck Sjaerdama was, werd dit wreede vonnis ten uitvoer gebragt.

Nog in het zelfde jaar werd Camstra, met eenige andere Saksischgezinden, zooals Hessel van Martena, Douwe Rodmersma en anderen, met tweehonderd man ruiterij naar Bergum gezonden, om de troepen der Groningers, die tot ontzet van Leeuwarden aanrukten, te overvallen, hetwelk zij met zulk een goed gevolg volvoerden, dat de vijand vele wagens met krijgs- en mondbehoeften verloor en genoodzaakt was, onverrigter zake weder naar huis te keeren.

Bedrogen in zijne meening omtrent het oogmerk van de Sak-

[p. 95]

sische regering en bemerkende, dat alle hare fraaije beloften op onderdrukking en afpersing uitliepen, werd Rienck hare heerschappij moede, vlugtte in 1500 met vele anderen naar Antwerpen en trachtte den Hertog van Bourgondië, onder belofte van trouw en gehoorzaamheid, over te halen, om Friesland van de magt der Saksischen te verlossen. Deze wilde hierin echter niet toestemmen, voor hem gebleken was, dat de ingezetenen van het gewest over het algemeen in hun gevoelen deelden. Eenige hunner werden dientengevolge naar Friesland gezonden, om de gemoederen te polsen, doch zij kwamen onverrigter zake terug. De toestand der ballingen te Antwerpen en elders was intusschen ellendig, daar niet alleen de Gezanten, van den Hertog van Saksen aan Filips van Bourgondië gezonden, hen op allerlei wijze belasterden en poogden zwart te maken, maar ook, in hun afzijn, hunne bezittingen in Friesland geplunderd, verbrand en verbeurd verklaard werden. Dit verdroot hun dan ook zoo zeer, dat velen zich weder op nieuw aan de Saksische regering onderwierpen, en zich in de gunst van deze poogden te dringen, om op die wijze hunne goederen terug te krijgen, doch het grootste gedeelte, onder welken ook Camstra zal behoord hebben, bleven vast besloten andere middelen bij de hand te nemen en door kracht van wapenen, geregtigheid te erlangen. Later is Rienck evenwel in het Vaderland teruggekeerd, want in 1504 treffen wij hem aan als lid der Commissie aan Hertog George gezonden, ten einde hem te doen afzien van zijn voornemen om de leenroerigheid in Friesland in te voeren, en hem daarentegen aan te bieden den een-en-twintigsten penning jaarlijks van de renten en inkomsten te heffen. De reversaalbrief, aan den Hertog van Saksen in het zelfde jaar afgegeven, werd niet alleen door hem geteekend, maar is, op verzoek van alle onderteekenaren, door hem en nog negen anderen daar en boven met hun zegel bekrachtigd. Ook op het register van 1505 is hij vermeld als Edelman in Leeuwarderadeel. Na de overdragt van Friesland door den Hertog van Saksen aan Karel V, legde hij den eed van huldiging en trouw aan den Keizer af, in handen van den Stadhouder Floris van Egmond, Heer van IJsselstein. De plegtigheid van het afleggen van dien eed had plaats op den 1sten Julij 1515 in de kerk van Oldehove te Leeuwarden.

Drie dagen later werd Camstra benoemd tot Raad in het Hof van Friesland, welken post hij reeds onder de Saksische Regering bekleed had en legde den eed op het blokhuis af. In het volgende jaar zond men hem met zijnen ambtgenoot Dr. Keimpe Martena, uit naam en van wege den Stadhouder, naar den Keizer, om dezen bekend te maken met den ellendigen staat van het gewest, veroorzaakt door de geweldenarijen der Gelderschen, en tevens om te verzoeken, dat er geld zou verschaft worden tot betaling der Bourgondische soldaten, daar men

[p. 96]

anders dacht dat deze aan het muiten zouden slaan. Camstra drong met Keimpe Martena en Gerrolt van Herema bij den Stadhouder door, dat er een verbod op den uitvoer van vee werd uitgevaardigd, ten einde het land niet te zeer van leeftogt te ontblooten, doch aan dit, in de toenmalige omstandigheden, zoo wijsselijk genomen besluit, werd de hand niet gehouden. Intusschen behaalden de Gelderschen en hunne aanhangers van tijd tot tijd meerdere voordeelen, zoo zelfs, dat een hunner bevelhebbers, ten einde Leeuwarden in bedwang te houden, bezig was een kamp, hetwelk hij dat van St. Jan noemde, in de nabijheid van het huis van onzen Camstra, te Jelsum aan te leggen. De nood en ellende stegen ten top, overal hoorde men niet dan van moord, plundering en brand, zoodat het geheele Friesche Hof (zich toen te Franeker bevindende), met uitzondering van Bernardus Bucho van Aytta en Rienck van Cammingha, besloot eene laatste poging aan te wenden, om de zaak in der minne te schikken, en aan de Gelderschgezinde Friezen eenen brief te schrijven, waarbij men dezen vermaanden zich aan de Bourgondische regering te onderwerpen, met belofte van volledige kwijtschelding voor hen bij Karel V te zullen bewerken, doch alles te vergeefs, zij kregen tot antwoord, dat men geenszins gezind was in eenige schikking te treden, en zich liever in hunne eigene deuren zouden laten ophangen, dan zich aan den Bourgondischen Vorst onderwerpen.

Hierop zond het hof Hessel van Martena en Rienck van Camstra in commissie naar den Keizer, met verzoek om hulp, welke dan ook beloofd werd, en wel behalve door brieven aan den Raad, de Heerschappen en Regeringen der steden van Friesland in het algemeen, nog in bijzondere geschriften aan Rienek van Camstra en Keimpe van Martena. Dat Camstra zeer bij den Stadhouder in gunst stond, blijkt onder anderen in de hem toegewezen verbeurdverklaarde goederen van eenen Wybe Sakles, bij besluit van den 7den Februarij 1517. In 1520 werd hij met zijne ambtgenooten in het Hof Goslick van Jongema en Tjalling van Botnia en de Burgemeesters van Leeuwarden Pieter Jans en Wybe Gerrits nogmaals naar den Keizer gezonden, om eenige misbruiken bij 's lands regering, Z.M. open te leggen, en daarin voorziening te vragen. In dat zelfde jaar is hij misschien van zijnen post verlaten, maar in 1522 weder aangesteld geworden. Dit was het laatste van zijn moeitevol, onrustig en werkzaam leven. Op den 9den April 1522, gaf hij den geest op zijne state te Jelsum. Zijne weduwe, Gerlant van Hoxwier overleefde hem wel twee-en-twintig jaren. Zij stierf namenlijk den 12den Junij 1544. Uit hun huwelijk waren geene zonen, slechts twee dochters geboren.

Zie Winsemius, Chron. bl. 355, 442, Chart. van Friesl. D. II, bl. 30, 90, 94, 318, 343, 344, 346, 402; Schotanus, Hist. van Friesl. bl.

[p. 97]

455; Stamb. van de Friesche Adel Camstra aant. 52. werken alwaar ook over geheel dit geslacht eenige bijzonderheden vermeld worden.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Rienck Pieters Camstra?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Rienck Pieters Camstra

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Voorouders (en nakomelingen) van Rienck Pieters Camstra


    Toon totale kwartierstaat

    Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

    • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
    • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
    • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).



    Visualiseer een andere verwantschap

    Bronnen

    1. Jellema Stamboom, Jan Jellema, Rienck Pieters Camstra, 22 april 2015
      Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
      Stamboom op MyHeritage.com
      Familiesite: Jellema Stamboom
      Stamboom: famjelle18i

    Aanknopingspunten in andere publicaties

    Deze persoon komt ook voor in de publicatie:

    Historische gebeurtenissen

    • Graaf Maximiliaan (Oostenrijks Huis) was van 1482 tot 1494 vorst van Nederland (ook wel Graafschap Holland genoemd)
    • In het jaar 1488: Bron: Wikipedia
      • 8 januari » Keizer Maximiliaan I van Oostenrijk, regent van de Bourgondische gewesten voor zijn minderjarige zoon, vaardigt de Ordonnantie op de Admiraliteit uit, waarin de afzonderlijke oorlogsvloten van de zeegewesten onder één admiraal worden gesteld (voorloper van de Koninklijke Marine).
    • Graaf Karel II (Oostenrijks Huis) was van 1515 tot 1555 vorst van Nederland (ook wel Graafschap Holland genoemd)
    • In het jaar 1522: Bron: Wikipedia
      • 8 september » De Spaanse zeevaarder Juan Sebastián Elcano keert terug in Spanje nadat hij als eerste de aarde rond is gevaren, een expeditie die gestart was door Ferdinand Magellaan.
    

    Dezelfde geboorte/sterftedag

    Bron: Wikipedia


    Over de familienaam Camstra

    • Bekijk de informatie die Genealogie Online heeft over de familienaam Camstra.
    • Bekijk de informatie die Open Archieven heeft over Camstra.
    • Bekijk in het Wie (onder)zoekt wie? register wie de familienaam Camstra (onder)zoekt.

    Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
    Enoch Stuivenberg, "Stamboom Stuivenberg", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/stamboom-stuivenberg/I4503.php : benaderd 7 mei 2024), "Rienck Pieters Camstra (1465-1522)".