(1691);
belijdenis 9 februari 1673, lidmaat 1682.
Hij is getrouwd met Bauw Ubles.
Ze zijn in de kerk getrouwd rond 1670 te Woudsend.
Kind(eren):
In 1680 had Jurjen Reiners, man van Beeuw Oebeles, 200 Carolusgulden schuld met als onderpand 9½ pondematen land in de Grote schar bij Woudsend.
In 1691 en 1692 voerde Jurrien Reyners uit Woudsend, handelaar van de uitvoer van rivier of meervis, een proces tegen een viskoper in Lemmer. Hij verliest het proces en moet een deel van de proceskosten betalen.
In 1700 woonde Jurjen Reiners ten zuiden van de Camp in Woudsend.
Jurjen Reiners was met zijn drie zonen Jelle, Gosse en Oebele Jurjens, in 1705 medeoprichter van het Compact in Woudsend, een schippersverbond om elkaar bij te staan bij schade. Ze leggen elk 1000 gulden in.
In 1708 bezat Jurjen Reyners 3 huizen in Woudsend. In 1711 en 1716 was hij eigenaar van de scheepswerf, die daarvoor in bezit was van zijn derde vrouw Itske Yntzes. Zij leverde boter aan de diaconie en verhuurde een kamer.
Op 27 juli 1681 werd Jurien Reijnes ' van wegen de Sonde van openbare toorn ende gevechte gepleegt te hebben voor driemaal des Heeren tafel ontsegd'. Op 26 januari 1693 werd Jurjen Reynders opnieuw voor de kerkenraad van Woudsend ontboden wegens een meningsverschil met een lidmaat van de kerk en werden beiden het Heilig Avondmaal ontzegd, maar daarvoor hadden ze zich verzoend.
In 1710 waren Jurjen Reiners en zijn zoon Jelle Jurjens betrokken bij een vechtpartij in Sneek.
In 1711 en 1712 was Jurjen Reiners als vader betrokken bij verschillende bijeenkomsten met de dominee en een rechtszaak voor het Hof van Friesland over een verbroken trouwbelofte van de verloofde van zijn zoon Oebele.
In 1715 steunden Jurjen Reiners en zijn zoons een boer, waarvan de veestapel door de runderpest werd getroffen.
In 1718 was Jurjen Jelles eigenaar van verscheidene woningen in Woudsend. In maart 1721 leverde hij nog ijzerwaren voor een nieuwe schuit.
Jurjen Reyners hertrouwde op 15 december 1695 te Woudsend met Aefke Aijses en op 20 december 1709 te Woudsend met Itske Yntzes.
Zijn zoon Gosse Jurjens was schipper en passeerde de Sont in 1729 op weg naar Koningsberg waar hij rogge en gerst innam.
Zijn zoon Ulbe (Oble) Jurians, geboren in 1685, was kapitein op een schip, dat tussen 1718 en 1732 verscheidenen malen de Sont passeerde. Hij voer op Dublin, Stockholm en Danzig. Zijn thuishaven was Woudsend. Hij woonde in 1744 in Woudsend en in 1749 werd hij daar vermeld als koopman.
Zie: NAUTAS VAN WOUDSEND ter zee en te land.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.