Gerard Brusselaars (links) toont het kinderkruis aan wethouder Maarten van Eekelen. Inzet rechts: zo was de situatie tot voor kort. Het kruis zat verstopt in de rechter taxusboom.foto Tonny Presser/het fotoburo HALSTEREN - Gerard Brusselaars, vrijwillig toezichthouder op de oude Algemene Begraafplaats in Halsteren, heeft een bijzondere ontdekking gedaan: een oud, totaal in vergetelheid geraakt graf van een kind met een roestig ijzeren kruis erop. Het graf is vele tientallen jaren – misschien wel meer dan honderd jaar – aan het zicht onttrokken geweest door een grote taxusboom die helemaal over het kruis was heengegroeid. Onlangs werd die boom – en zijn soortgenoot ernaast – gesnoeid en daarbij kwam het onbekende graf tevoorschijn. Brusselaars toonde zijn vondst gisteren aan wethouder Maarten van Eekelen. Die noemde het 'heel apart dat na zoveel jaren een graf wordt gevonden waarvan niemand het bestaan wist'. Gerard Brusselaars (70) woont al zijn leven lang in het huis naast het kerkhofje. Op verzoek van de gemeente houdt hij als 'buurman' een oogje in het zeil en verzorgt de openstelling op zaterdagmiddag van de allang niet meer gebruikte begraafplaats. Brusselaars weet 'met 90 procent zekerheid' wie begraven ligt onder het verroeste kruis: Hendrika Johanna Rubbens. Zij stierf op 4 augustus 1840, 9 jaar oud. Dat zij het moet zijn, maakt hij op uit de oude doop-, trouw- en begrafenisboeken die hij heeft doorgeworsteld. "Dat het een kindergraf is, kun je zien aan de engelenkopjes op het kruis. Dat staat pal naast het monumentale graf van Hendrik Rubbens, die in 1873 stierf. Hij moet hebben besloten dat hij bij zijn eerste kind begraven wilde worden." Vader Hendrik Rubbens was een prominente Halsterenaar. Hij was 37 jaar (van 1836 tot zijn dood) burgemeester van het dorp. Daarnaast was hij bierbrouwer. Dat hij rijk was, blijkt uit de plaats van zijn graf en dat van zijn dochter. "Dit was het duurste stukje van het hele kerkhof", zegt Brusselaars. Onder de taxusbomen zijn oude stenen bordjes ontdekt die daarnaar verwijzen. Aan de kant waar Rubbens en andere notabele families als de Testers begraven liggen, staat een '1': eerste klas. Daartegenover een bordje met een '2': de afdeling voor de armen. Daar zijn bijna alle grafkruisen verdwenen; ze waren meestal van hout en gingen verrot. Aan de 'rijke' kant zijn de stenen grafmonumenten nog intact, zij het sterk verweerd. Het kerkhofje zelf is ook uitzonderlijk. Brusselaars heeft de historie ervan uitgeplozen. Het werd aangelegd in 1829, toen begraven bij de kerk niet meer mocht. De laatste dode werd er begraven in 1943. In de jaren '80 was er een plan om er huizen op te bouwen, maar de familie Testers stak daar een stokje voor. Die is eigenaar van de grond waar haar doden liggen, wilde niet verkopen en onteigening bleek niet mogelijk. "Daarmee bleef een uniek cultuur- en natuurmonument behouden", zegt Gerard Brusselaars. "De heg, de taxussen en beukenbomen dateren allemaal van 1829. De meeste zijn nooit gesnoeid. Er groeien beschermde planten en er leven heel bijzondere vlinders." Hendrika wordt nooit meer vergeten, belooft hij. "We blijven de taxus snoeien, zodat haar kruis niet meer wordt overwoekerd." i
Henrica Johanna Rubbens |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.