In 1614 koopt stokviskoper en schepen Jan Pietersz de Witt de twee percelen in de nieuwe stadsuitbreiding waarvan anderhalf perceel gebruikt is voor de bouw van een zes assen tellend woonhuis van bijna dertien meter breed en van het dubbele-huis type dat meer is toegepast, twee drieassige huizen naast elkaar, ieder met een trapgeveltop.
-
Het woonhuis, gebouwd omstreeks 1615, heette oorspronkelijk ‘De Propheet Jonas’ en wordt gekenmerkt door twee trapgevels in renaissance-stijl van Hendrick de Keyser met brede trappen en vleugelstukken, zoals goed te zien is op de tekening van CasparPhilips. Het huis is rijkelijk versierd met ornamenten op de trappen en ontlastingsbogen boven de vensters. Vanwege de maximale lengte die de vloerbalken kunnen overspannen, is in het midden van het pand een dragende scheidingsmuur geplaatst.
-
In 1683 koopt Jacob de Flines, een zijdehandelaar, het grachtenhuis. In zijn opdracht is het huis in 1684-85 verbouwd en rijk versierd. De hal kreeg tegenover de ingang een eikenhouten portaal met Dorische pilasters (dat in 1910 met grenen betimmeringen aan beide zijden is uitgebreid). De gang voorbij dit portaal krijgt een stucgewelf. De zaal is door Johan Glauber beschilderd met landschappen, die door Gerard de Lairesse met figuren zijn gestoffeerd, terwijl een ander vertrek door Frederickde Moucheron is versierd met vier Italiaanse landschappen waarin De Lairesse op de voorgrond vrouwenfiguren aanbrengt. De beschilderingen zijn in de zaal opgenomen in een betimmering met Korinthische pilasters. Dit interieur is in 1910, als het kantoor en magazijnruimte voor de firma Vos & Co wordt, uit het pand gehaald. De behangsels van Glauber en De Lairesse zijn dan geschonken aan het Rijksmuseum, de betimmering bevindt zich in het depot van het Amsterdams Historisch Museum. Jacob de Flinesbezat daarnaast ook een grote collectie schilderijen, die na zijn dood zijn geveild.
-
De erven van Elisabeth hebben het pand in 1747 verkocht.
Jacob de Flines en zijn dochter Elisabeth de Flines vochten een langdurige vete uit, die begon toen Elisabeth, 19 jaar er in 1701 met Eduart Back 17 jaar, de knecht, van haar vader, er vandoor ging. En ze kreeg al snel een kind van Eduart. Inhet testament van de grootvader van Elisabeth aan moederszijde, de moeder van Elisabeth is gestorven toen ze twee was, is bepaald dat als Elisabeth trouwt, het grachtenpand aan Elisabeth toevalt, tenzij Jacob haar vijftigduizend gulden betaalt. Uiteraard weet Elisabeth hier niets van af.
Hierdoor en vanwege de schande, begint Jacob een lange strijd om eerst zijn knecht te laten veroordelen dat hij zijn dochter onrechtmatig heeft geschaakt. Dat mislukt na een aantal processen wordt hij, ondanks zijn afwezigheid, vrijgesproken omdat het personeel verklaart dat zij hem verleid heeft. Maar dat is niet het einde van de procedures, Jacob start de procedures opnieuw en verliest weer.
Het gaat door naar het Hof van Holland en zelfs voor de Hoge Raad, waar de partijen hun strijd tot het bittere eind voeren. Met de beste en duurste rechtsgeleerden. Vervolgens lukt het Jacob om zijn dochter te onterven.
Het hele verhaal is te boek gesteld in 2008 door Machiel Bosman in Elisabeth de Flines, Een onmogelijke liefde in de achttiende eeuw.
De erven van Elisabeth hebben het pand in 1747 verkocht.
-
Jacob DE FLINES Heeregragt bij de Lelygragt.
locatie graf: Huiszittenmeesterkapel nr. 1 Oude kerk
-
Begraven op 11-10-1683 Begraafplaats: Wester Kerk
Een kind van Jacob de Flines op de Herengragt
(1) Hij is getrouwd met Elisabeth van Gelder.
Toestemming voor het huwelijk is 9 februari 1680 verkregen te Amsterdam.Bron 4
-
hij: Jacob de Flines van A. out 25 jaren op de Heeregraft geass. met sijn moeder Rebecca Wolff &
zij: Elisabeth van gelder van A. out 18 jaren als voorn ouders doot geass. met haer voogden Gilbert de Flines & Jan van Gelder
beide tekenen
Kind(eren):
(2) Hij is getrouwd met Agatha van der Vult.
Toestemming voor het huwelijk is 13 maart 1694 verkregen te Amsterdam.Bron 4
-
& zijn op de akte van A Groenendijk secretaris van de Stad Goude ingetekent
hij: Jacob de Flines van A. wedn. van Elisabeth van Gelder op de Heeregracht &
zij: Agatha van der Vult J:D van de Goude en daar wonende
hij tekent
hij: weeskamer voldaan 17 maart 1694
Kind(eren):
Jacob de Flines | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Elisabeth van Gelder | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Agatha van der Vult |