Procuratie - om met David Martens te liquideren betreffende gemeenschappelyke negotie met + Niclaes Ruts en om David Martens te dechargeren van voogdy Datering: 29-04-1651
Aktenummer: 55 Datum: 29-04-1651
Soort akte: Procuratie
Samenvatting: om met David Martens te liquideren betreffende gemeenschappelyke negotie met + Niclaes Ruts en om David Martens te dechargeren van voogdy
Geconstitueerde: Johan de Latfuer, oom en broer
Constituant: Niclaes Ruts, onmondig
Constituant: Catharina de Latfuer, moeder, wonende te Utrecht, Nieuwegraft ontrent St. Jeronimusschoole, voogd: van beroep
Notaris: G. VASTERT
Toegangsnummer: 34-4 Notarissen in de stad Utrecht 1560-1905
Nicolaes Ruts Jr. was samen met Simon Ingels getuigen op 2 maart 1656 ten huize van Rembrandt met de Amsterdamse notaris Justus (Joost) van der Ven,
namens Pieter Dircksz., ‘timmerman op ‘t schip De Bever
over een geschil met Rembrandt en Geertje Dircks de zuster van Pieter Dircksz
Vervolgens had zich op 2 maart 1656 de Amsterdamse notaris Justus van der Ven namens Pieter Dircksz., ‘timmerman op ‘t schip De Bever’, in rechte bijgestaan door de katholieke advocaat-dichter Mr. Simon Ingels, naar het huis van Rembrandt begeven omdeze aan te zeggen, dat de schilder Pieter ‘hier ter stede’ had doen ‘arresteren’ zonder in het ‘biljet van arrestatie’ de reden van dit arrest te vermelden. Kort daarna had Pieter volgens de aanzegging begrepen, dat dit geschiedde opdat hij getuigenis der waarheid zou afleggen, evenwel zonder te vernemen waarover het ging. Hierdoor werd hij opgehouden tot zijn schade, want zijn schip De Bever lag zeilree en zou morgen vertrekken. Rembrandt moest dus, als hij iets van Pieter begeerde, zonderuitstel zijn vragen indienen, opdat laatstgenoemde daarop kon antwoorden. Pieter stelde ten slotte Rembrandt aansprakelijk voor alle schade die uit de maatregel van de schilder zou voortvloeien, die hij door Rembrandt’s ‘proceduren’ had geleden. Rembrandt gaf de notaris, die de aanzegging kwam doen, tot bescheid dat Pieter Dircksz. hem al gedagvaard had op de geprivilegeerde rol (ongeveer gelijkstaande met ons kort geding) en dat hij ter rolle de redenen zou opgeven van het arrest. Overigens ‘gestont’ Rembrandt ‘niet toe’, dat Pieter ‘soude gaen uijtte arrest’.
-
Beide getuigen waren zoons van opdrachtgevers van Rembrandt. Simon Ingels behoorde tot een groep dichters en toneelschrijvers die Rembrandt in hun kring hadden opgenomen. Een feit was dat beide hun vaders bankroet waren gegaan. Nicolaes Ruts Sr. in1637 en Johannes Ingels in 1654 en dat hun confrontatie met Rembrandt plaatsvond toen Rembrandt zelf voorbereidingen trof voor zijn eigen boedelafstand.
Hij is getrouwd met Catharina de Latteur (Latfeur).
Toestemming voor het huwelijk is 24 december 1637 verkregen te Amsterdam.Bron 2
-
hij: Nicolaes Rutts van Ceulen out 36 jaren geass. met sijn vader Nicolaes Ruts woond in de Warmoesstraet
zij: Catharina de Laetfeur out 24 jaar van Utrecht geass. met haar moeder Hester van de Meulen op de Heregragt
beide tekenen, hij met Ruths
-
Nicolaes (De Jonge) Ruts | ||||||||||||||||||
Catharina de Latteur (Latfeur) |