Zij is getrouwd met Dethmer Drenth.
Zij zijn getrouwd op 7 juni 1906 te Veendam , zij was toen 27 jaar oud.Bron 4
Kind(eren):
Katharina Maria Maathuis | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1906 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dethmer Drenth |
No. 225
In het jaar duizend achthonderd acht en zeventig, den zevenden der maand September, voor ons Burgemeeste, ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Veendam, arondissement Winschoten, provincie Groningen, is verschenen: Benjamin Maathuis, oud drieenveertig jaren, van beroep koopman, wonende te Veendam.
Dewelke heeft verklaard, dat op den zevenden der maand September des jaars duizend achthonderd acht en zeventig, des namiddags te vijf uur, te Westerdiep, binnen deze gemeente, een kind is geboren van het vrouwelijk geslacht, aan hetwelk de voornamen Katharina Maria gegeven zullen worden, van welk kind de comparant verklaarde vader te zijn en moeder zijne ehevrouw Wijchertje Lieffijn, zonder beroep.
En is deze aangifte en verklaring geschied in tegenwoordigheid van Jan Pieter Maathuis, oud zesenzeventig jaren, van beroep veldwachter wonende te Veendam, en van Nikolaas Kloppenbooy, oud dertig jaren van berope koopman wonende te Veendam, als daartoe door den belanghebbende gekozene getuigen.
En is deze akte na voorlezing, door comparant, getuigen en ons geteekend.
Nr. 50
Heden de negende November negentienhonderd een en vijftig, Ambtenaar van de Burgerlijke Stand der gemeente Nieuwe-Pekela: ingeschreven een ingevolge de tweede alinea van artikel vijftig van het Burgerlijk Wetboek ontvangen uitreksel uit een register van overlijden, der gemeente Groningen, waaruit blijkt dat, aldaar op zes November van dit jaar, te negentien uur, vijf en veertig minuten, in deze gemeente is overleden: Maathuis, Katharina maria, oud drie en zeventig jaren, zonder beroep, geboren te Veendam, wonende te Nieuwe Pekela, echtgenote van: Drenth, Dethmer, dochter van: Maathuis, Benjamin en van: Lieffijn, Wijchertje, beiden overleden. Waarvan akte.
Nr. 1429
Heden, zeven November negentienhonderd een en vijftig, verscheen voor mij, Ambtenaar van de Burgerlijke Stand der gemeente Groningen: Dusseljee, Dato oud vier en zestig jaren, bediende, wonende te Groningen, die verklaarde - daarvan uit eigen wetenschap kennis dragende - dat op zes November van dit jaar, te negentien uur, vijf en veertig minuten, in deze gemeente is overleden: Maathuis, Katharina maria, oud drie en zeventig jaren, zonder beroep, geboren te Veendam, wonende te Nieuwe Pekela, echtgenote van: Drenth, Dethmer, dochter van: Maathuis, Benjamin en van: Lieffijn, Wijchertje, beiden overleden. Waarvan akte, welke is voorgelezen.
No. 47
In het jaar duizend negenhonderd en zes, den zevenden Juni, verschenen voor ons ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Veendam, arrondissement Winschoten, provincie Groningen, in het gemeentehuis alhier:
Dethmer Drenth, oud vijf en twintig jaren, geboren te Veendam, van beroep Schoenmaker, wonende te Veendam, meerderjarige zoon van Geert Drenth, oud vijftig jaren, Schoenmaker en van Catharina Boiten, oud acht en veertig jaren, zonder beroep, beiden wonende te Veendam, ter eene; en Katharina Maria Maathuis, oud zeven en twintig jaren, geboren te Veendam, van beroep zonder, wonende te Veendam, meerderjarige dochter van Benjamin Maathuis, oud zeventig jaren, zonder beroep en van Wijchertje Lieffijn, overleden, de eerste wonende te Veendam, ter andere zijde.
Dewelke comparanten, onder overllegging van de bij de wet vereischte huwelijksstukken, aan ons verzochten te willen overgaan tot voltrekking van het huwelijk tusschen henlieden voorgenomen, waarvan de beide afkondigingen naar behooren, zonder stuiting hebben plaats gehad voor de hoofddeur van het huis der gemeente alhier, te weten op Zondagen den twintigsten en zeven en twintigsten Mei dezes jaars en tot welk huwelijk de ouders van den eersten comparant en de vader der tweede comparnate hierbij tegenwoordig, hebben verklaard hunne toestemming te geven.
Ter voldoening aan welk verzoek wij hun in het openbaar hebben afgevraagd of zij elkander aannemen tot echtgenooten, en getrouwelijk al de pligten zullen vervullen, welke door de wet aan de huwelijken stand verbonden zijn, hetwelk door hen uitdrukkelijk bevestigend beantwoord zijnde, hebben wij in naam der wet uitspraak gedaan, dat de comparant ter eene en de comparante ter andere zijde door den echt aan elkaar verbonden zijn.
In tegenwoordigheid van Reindert Jan Maathuis, oud een en veertig jaren, van beroep Koopman wonende te Veendam; van Philippus Maathuis, oud zes en dertig jaren, van beroep bakker, wonende te Nieuwe Pekela van Tonnis Drenth, oud drie en twintig jaren, van beroeponderwijzer, wonende te Eexta, en van Gregorius Johannes Jacob Pol, oud een en twintig jaren, van beroep ambternaar ter Secretarie, wonende te Veendam; de eerste en tweede broeders der bruid, de derde broeder van den bruidegom.
Waarvan deze acte is opgemaakt, en na voorlezing door comparanten en getuigen met ons ambtenaar van den burgerlijken stand geteekend, ten dage voorschreven.