Plaats: buurtschap Wengelo
Ten Bruggencatenummer 02624
De Brixmölle is van oorsprong een korenmolen (type stellingmolen) en is gebouwd in 1849, in opdracht van de Boskampse zakenman Pijnappel ten behoeve van de Olster molenaar Gerhardus. Deze molenaar was getrouwd met Johanna Eijssink uit Wijhe. Vanaf 1854 zette deze Johanna, als weduwe van Gerhardus, samen met haar twee zonen, het molenaarsbedrijf voort. De gedenksteen, met het jaartal en haar naam op de buitenzijde van de stelling (die tevoorschijn kwam na het schoonspuiten van de molen in 2002), getuigt hiervan.
Rond 1900, toen de molen het eigendom was van C.H. Galenkamp, behoorde bij de molen op de Boskamp eens een grote schuur en een ruim woonhuis met tuin en boomgaard. Dit geheel omvatte een totale grootte van 3.795 aren. Echter, in het najaar van 1916 werd het volledige eigendom, ten gunste van de heer Galenkamp, op een veiling verkocht.
De toenmalige nieuwe eigenaar werd Gerrit Mentink.
Tot het begin van de jaren dertig is de windkorenmolen, met de stenen stelling en de houten opbouw en rondgang, in bedrijf geweest.
Na die periode zijn de wieken en de houten opbouw verwijderd en kreeg de stenen stelling een stenen opbouw van donkere bakstenen. De 'toren' die toen ontstond (met slechts ramen rondom in het deel van de stelling), kreeg de functie van een motorisch aangedreven maalderij.
In de jaren 50 en 60 werden aan de 'molen' verschillende ruimtes en een loods gebouwd. De maalderij werd een zaaddrogerij. Vanaf die tijd tot 1989 deed de molen dienst als een silo voor zaden. En in het grootst aangebouwde gedeelte werd een winkel gevestigd, de zaadhandel van de firma Harmelink. De overige zolders werden 'droogzolders' of werkruimtes.
Vanaf 1989 tot augustus 2000 onderging het complex opnieuw grote veranderingen. De toenmalige eigenaars, de heer Polhuijs en mevrouw van den Ouweland, achtereenvolgens restaurateur en stoffeerder van antieke meubelen, hebben de molen laten verbouwen tot een woonhuis. Allereerst werd al het 'ijzerwerk' van het gebouw verwijderd. Dit betrof onder andere de stalen constructie rondom de toren. Deze constructie was nodig om de muren te steunen, opdat de grote hoeveelheid aan zaden niet naar buiten geperst zou worden. Verder werden alle machines, lange stortkokers en silo's (ook houten), die zich in en aan het pand bevonden, weggenomen.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.