Zij is getrouwd met Floris Florisz van de Doortoge.
Zij zijn getrouwd in het jaar 1302.
Kind(eren):
{geni:about_me} ===REPERTORIUM OP DE LENEN VAN HODENPIJL, 1299-1753===
* Inleiding
* De lenen 3, 29 en 45 zijn oorspronkelijk leenroerig aan Dirc van der Made, het leen 43 aan diens vrouw Lijsbeth van Almkerk en 33 en 36 aan hun kinderloos overleden zoon Henric van der Made. Al deze lenen zijn door het huwelijk van hun dochter Aleid met Jan van Hodenpijl aan de leenkamer toegevoegd. Op gelijke wijze zijn ook de lenen 34 en 35, leenroerig aan Beatrix van Rodenrijs Dircxdochter, echtgenote van Florens van der Doertoghe, wier dochter trouwt met heer Aernout van Hodenpijl, met die van Hodenpijl verenigd.
=Doortoge was geen Kasteel maar een zeer grote hoeve met veel land ?=
Jonkvrouw Beatrijs, dochter van Dirc van Rodenrijs bezat grond in den Schieveenpolder aan de Schie gelegen en gaf er, in 1299, 34 morgen bij de kerk gelegen in leen uit, als echtgenoote van heer Floris van Brederode, ambachtsheer van Zevenhuizen en Zegwaard en bezitter van het kasteel de Doortoghe onder Monster, waarnaar zijn tak zich noemde. In deze echtgenooten willen sommigen, met schijn van grond, de voorouders van het tegenwoordig nog bloeiende adellijke geslacht Van der Duijn zien. Bron: http://rjb.x-cago.com/GARJB/1913/12/19131231/GARJB-19131231-0055/GARJB-19131231-0055.pdf
LENEN VAN DE HOFSTAD DE HOGE WOERD TE NAALDWIJK, 1380-1649
* OVERSCHIE
136. De hofstede (1436: de woning) te Rodenrijs (1436: in het ambacht Overschie) met 18 morgen (1568: weiland met boomgaard en geboomte), (1436: strekkend west in de Schie), noord (1436: een weer, genaamd Rauwe weide; 1521: Pieter Dirksz.; 1544: Filips van der Spangen; 1568: Pieter Jansz. te Overschie), oost (1436: de landscheiding; 1521: de kerk in de Ketel; 1568: Reiner Arnoutsz.), zuid (1436: Jan en Pieter Heerman, Jan Danielsz. en de Heilige Geest van Overschie; 1521: Jan Albertsz. en Adriaan Aersen; 1568: Melis Cornelisz.), west (1568: de heerweg), (1474: jaarlijks 28 pond 10 s.; 1521: 38 pond 5 s.; 1568: 126 pond; waardig).
* ..-.-1293: (Heer) Nikolaas van Rodenrijs bij opdracht uit eigen, eventueel te komen op zijn oudste zuster, Grote Raad van Mechelen, Sententie, 844.61.
* ..-.-12..: Beatrijs, dochter van Dirk van Rodenrijs, 1302: gehuwd met Floris van der Doortoge, als leenheer vermeld 1299-1302, Leenregister Hodenpijl, 3 fol. 1.
* 2-8-1404: Heer Dirk van Hodenpijl, te komen op Arnout van Hodenpijl van Rodenrijs, zijn jongere zoon, Grote Raad, Sententie, 844.61.
* 12-4-1436: Dirk van Hodenpijl Arnoutsz. zoals heer Dirk, zijn grootvader, LRK 105 fol. 22v en fol. 23.
* ..-.-1474: Joris van Hodenpijl Arnoutsz. vermeld, LRK 283 fol. 35 en fol. 135.
===REPERTORIUM OP DE LENEN VAN HODENPIJL, 1299-1753===
* OVERSCHIE
35. De hofstad Rodenrijs met 90 morgen land. Het land gelegen tussen Bilresland en het Smaelweerland, strekkende van de halve Schie tot 8 voet over de landscheiding, (1384: de hofstad Rodenrijs met 90 morgen land (1466: 100 morgen land)), belend ten oosten: Claes van Veen, Phillips Steffensz. en Arent Gheerlofsz., ten zuiden: Dirck Katrinenz., Michiel Jansz. en Jan Vranckensz. (1466: de kade genaamd de Stugghe zijde), ten westen: de Scije, ten noorden: Arent Claes Arentszoonsz. En Phillips Steffensz. (1466: het Muyssenweer).
* 25-9-1302: Daniel van Roedrijse, neef van Beatrijs van Roedrijse, gehuwd met Floris van der Doertoge.
[Vermoedelijk had Daniel een zoon die ook Daniel heette. Recia]
Beatrix Dirksdr van Rodenrijs | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1302 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Floris Florisz van de Doortoge |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.