Hij is getrouwd met Dieuwke Andries van Riezen.
Zij zijn getrouwd op 25 maart 1787 te Grouw, Barnsterhim, hij was toen 20 jaar oud.Bron 1
Kind(eren):
Claas Piers heeft zich in de patriottische tijden niet onbetuigd gelaten; hij was eerste assessor en werd genoemd "de lytse grietman" (de grietman woonde te Idaard) en was tevens ouderling in de Hervormde Kerk te Grouw. Hij vluchte in de Franse tijd naar Engeland. Hij keerde echter terug en verborg zich in De Bird bij Grouw. Voor de Maire der gemeente Grouw nam hij op 23 december 1811 officieel de familinaam Sjollema aan. Hij was Scheepsbouwmeester, maar in het laatst verliepen de zaken geheel en al. (Bron:Nijmegen)
Was in 1813 ouderling Hervormde Kerk Grouw. Op 3 december 1847 werd de gerenomeerde werf verkocht. (G.P.de Vries).
Claas Piers Sjollema had een werf bij de "Tillezet" bij Grouw, waarschijnlijk dezelfde werf die zijn vader daar had. Claas was een aktief patriot, die wegens zijn aktiviteiten naar Engeland moest uitwijken. In de Franse tijd keerde hij terug. Hij werd assessor (wethouder) van de gemeente Idaarderadeel en is ook na vertrek van de Fransen gebleven. Claas Piers heeft als eerste een genealogie van de familie Sjollema samengesteld. (Bron: Leeuwarden). Hij was wellicht klein van gestalte. Cleas Piers Sjollema schreef over de naam Sjollema het volgende: " De naam Sjollema is ontleend aan het breiden, dat door deze familie is uitgevonden en hetgeen toen sjoljen werd genoemd en daardoor werd de familienaam Sjollema aangenomen. Zij werden toendertijd door de regering met een wapen vereerd, bestaand uit een gebreide handschoen, een ploeg breidspriemen en kluwen breidsgaren, daaronder een gebreide slaapmuts op een geel veld aan de rechterhand en aan de andere kant een halve arend op een blauw veld." Dit is waarschijnlijk een mooi verhaal, maar niet erg geloofwaardig. Waarschijnlijk is de naamafgeleid van de mansnaam Sjolle, doch deze naam komt geen enkele maal voor in het geslachtsregister, Wel staat vast, dat de naam Sjollema reeds zeer oud is. Uit het beneficiaalboek van Friesland, in 1850 door Ged.staten uitgegeven, blijkt dat in 1543betaald werd door Eyntje Sjollema aan de pastorie te Murmerwoude een floreenrente voor het Vrijdagsbrood (Goede Vrijdag), hetwelk uit zijn Sate moest worden betaald. In datzelfde boek is ook sprake van een Sjollema te Driezum, "waar nu ten tijde Garbert Saekes woont." (Bron: G.Walstra)
Claas Piers heeft zich in de patrriottische tij niet onbetuig gelaten. In het begin was hij een prominent patriot. Hij kreeg in 1795, toen de patriotten het weer voor het zeggen kregen, de functie van "Generale Ontvangst van het Reeel". Maar hij zag snel welke kant het uitging met de patriotten (de franse soldaten kwamen hier vaak berooid en slecht gevoed aan) en hij bedankte voor het patriottische genootschap. Zijn ambt werd hem toen direct afgenomen. Nog geen half jaar later werd hij een van de oprichters en het eerste lid van het "Nije Gild" van Grouw. Dit gilde werd opgericht door de "prinsgezinde", die zich afgescheiden hadden van het "Alde Gild", waar de patriotten de lakens uitdeelden. De eerste boekhouder van het Nieuwe Hilde was zijn zwager Klaas Andries, terwijl koopman Gabe van Asperen verschillende artikelen aan het Nije Gilde leverde. In de oudheidskamer te Grouw is nog het zilveren gildewapen van het Nije Gild met het jaartal 1796. Voor het Gild moest wekelijks twee stuivers betaald worden. Als een lid langer dan vijf dagen ziek was, kreeg hij wekelijks een goudgulden uitgekeerd: was een lid 70 jaar dan kreeg hij vijtien stuivers per week. De nabestaande van een lid kregen 15 caroligulden of aan de overledene werd een "doodvat" gegeven. De gildebroeders waren verplicht om de begrafenis bij te wonen.
Recht.Arch.Idaarderadeel 26 maart 1788, folio 221: Claas verkoopt aan Hoeke Robbrts te Noorderdragten een "nieuw schuite, hol met het ijzerwerk" voor 1650 car.glds. Idem 9 juni 1790, folio 311: "Monsieur" Claas verkoopt aan Oeds Jilkes, schuiteschipper en Hiske Rienks te Suiderhuisterveen een "Nieuw Schuiteschip met platte luiken, lang over de steven 64 voet, wijd 14 voet, hol 4 en een halve voet, met zeil en treil en touwen, staande en loopende want" voor 2200 car.glds. Zie verde nog rechterlijke archieven 2 april 1789 (folio 253), 26 juli 1787 (folio 271), IDA R 13 folio 229, 241, 264, 128, 272 voor meer van dergelijke verkopen.
Bij zijn huwelijk bracht hij f 11509, in, die hij had geërfd van zijn ouders. Op 1 mei 1826 heeft hij op het gemeentehuis van Idaarderadeel de geboorteakte van zijn kleinzoon Symen Andries, geboren 29 april 1826, als getuige medeondertekend. In 1831 voltrok hij het huwelijk van de ouders van de bruid van zijn kleinzoon, nl Jelle Arjens Hoekstra en Hinke Scheltes de Boer. Hij noemde zich toen assessor, gedelegeerd officier van den Burgelijken Stand der Grieternij Idaarderadeel. Op het laatst verliepen zijn zaken geheel en al. Op 3 december 1847 werden de onroerende goederen, waaronder de gerenommeerde werf, in het openbaar verkocht, onder meer om de hypotheek ad f 2300,- af te betalen aan de weduwe Martha Hempenius, weduwe van zijn neef Jacob Johannes Sipsma en hun 6 kinderen. Zie ook de boedelbeschrijving en het extrctuit de minuten van 1847. (Bron: G.P.de Vries)
Claas Sjollema | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1787 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dieuwke Andries van Riezen |