Rouwkaart
Hij is getrouwd met Johanna Maria (Anna) Mensink.
Zij zijn getrouwd op 16 mei 1917 te Coevorden , hij was toen 24 jaar oud.
akte 18
Kind(eren):
Falentinus (RK doopnaam) had als roepnamen Fokko (Fries), maar ook Volkert (Steenwijker dialect) en is vernoemd naar zijn grootvader en overgrootvader van moederszijde: Volkert en Valentijn Meijer van Putten. Zijn vader Steven bestemde hem voor als opvolger in de gereedschapszaak. De jonge Volkert zag echter meer in een nieuwe branche: rijwielen.
Toen de jonge Volkert niet de goedkeuring (en de lening) kreeg van zijn vader voor zijn nieuwe onderneming liep hij kwaad weg van huis en ging zwerven. "Zijn ouders hebben hem uiteindelijk teruggevonden in Duitsland. Hij kwam terug naar Steenwijk met een rugtas waarop in zwarte letters stond: Auf Glâºck ab', weet Steven Hoogma uit Hilversum zich in 2000 nog te herinneren van zijn oom.
Als Volkert 19 jaar is, komt hij wederom terug van een reis naar Duitsland. Op 3 febr 1912 wordt hij weer ingeschreven in de gemeente Steenwijk. Vorige woonplaats: Gladbach (Dld). (Bron: Steenwijk Bevolking 1900-1910)
Fokko is in dienst geweest van 1912 tot 2 februari 1916 in de rang van soldaat bij de compagnie Wielrijders. Op 10 februari 1919 levert hij in: "een karabijn, een karabijnriem, een bajonet, een bajonetscheede, een drager en een monddeksel."
Er is een kaart verstuurd 29 juli 1916 uit het Militair Hospitaal, zaal 6 Breda, aan zijn toekomstige vrouw mej. Johanna Mensink, Cafâ© de Loo te Coevorden.
Getuigen bij het huwelijk zijn: Hendrikus Gerhardus Wilhelmus Meijer, oud 31 jaar, bankwerker, zwager van de bruidegom, wonende te Zwolle en Johannes Sidonius Hoogma, oud 29 jaar, koopman, broeder van de bruidegom, wonende te Steenwijk.
Hij koopt in december 1922 van de erven Varrenhorst het perceel aan de Meppelerweg met tuingrond voor fl. 2908,- Tien jaar later laat hij daar een nieuw pand bouwen.
In 1939 werd aan de Meppelerweg de Johan van den Kornputkazerne gebouwd. De soldaten vonden vooral door kerkelijke verenigingen hun weg in de stad. In de kerken werd opgeroepen de jongens zo nu en dan eens op de koffie uit te nodigen. De roomskatholieke toneelclub hield uitvoeringen in het militair tehuis boven het cafâ© aan de Meppelerweg. Ook werden er daar dansavonden georganiseerd " (MH: waarschijnlijk het cafâ© Onder de Linden, naast het huis van Fokko Hoogma. Een aantal van
zijn dochters zoals Dinie heeft daar man leren kennen).
Na de dood van zijn vrouw trekt Falentinus in bij een nicht van zijn overleden vrouw de weduwe Hendrika Aleida (tante Riek) Mensink in Zwolle. Ze woonden aan de Willemsvaart nr. 14 in Zwolle. Riek was gehuwd met Egbertus Gregorius Krisman en weduwe. Riek overleed op 24 september 1979. Kort daarna vertrekt Falentinus naar een bejaardenhuis in Zwolle.
Over zijn leven schreef zijn kleindochter Marianne Hoogma in 2016 een artikel in ·ÄòOld Steenwiek·Äô, kwartaalblad van de Historische Vereniging Steenwijk en omstreken.
Falentinus Hermanus Hoogma | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1917 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johanna Maria (Anna) Mensink |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.