Hij is getrouwd met Margarita Johannis van Heesteren.Bron 5
Zie voor een verhaal over Isaak en Grietje https://sites.google.com/view/jacofaasse/overzicht-site/familiegeschiedenis/het-gezin-van-isaak-davids-faes-en-grietje-van-heesteren
Toestemming voor het huwelijk is 29 februari 1688 verkregen te Rotterdam.Bron 5
Zij zijn getrouwd op 18 maart 1688 te Rotterdam, hij was toen 32 jaar oud.Bron 5Kind(eren):
De volgende tekst beschrijft het leven van Isaak Faas:
Enkele (langdurige) gevallen van censuur (IJH: Censuur hier in de betekenis van "kerkelijk toezicht op zuiverheid in leer en levenswandel")
Censuur 1
Het eerste gaat over ene Isaak David Faes, hij was schepen rond 1690. Hij was gehuwd met Margaretha van Heesteren, zij lieten bij hun sterven 5 minderjarige wezen achter. (zie br 4. 1) Isaak David Faes overlijdt in maart 1704 en zijn vrouw in december 1706. Faes was waarschijnlijk boer en iemand die veel kocht, verkocht en of handelde. Verschillende keren lezen we van transacties die hij verrichtte. Zo lezen we dat hij op 16-12-1700 aan iemand uit Zierikzee 2.000 Carolusguldens schuldig is. Er is ook een afbetalingsregeling voorzien. (zie br 4. 2) Aan de weduwe van ds. Abram van Doreslaer is hij op 27-3-1702, 600 Carolusguldens schuldig. Het onderpand is zijn boomgaard, ook hier een afbetalingsregeling. (zie br 4. 3) Op 16-6-1703 lezen we dat hij aan Anthony van Alphen (?), uit Zierikzee 500 Carolusguldens schuldig is. Onderpand is grond en de boomgaard, en weer is sprake van een afbetalingsregeling. (zie br 4. 4).
Op 29-12-1705 de weduwe van Faes, Margaretha van Heesteren verkoop het huis in 's Heerenstrate (de Voorstraat). Het is gekocht door Leendert Marijnisse Goedegebuere, voor 600 Carolusguldens. (zie br 4. 5).
In januari 1707 lezen we dat Joos van der Linde, administrerend de goederen van de weduwe van Faes, een huis verkoopt in 's Heerenstrate voor 70 pond Vlaams. (zie br 4. 6).
In februari 1707 wordt er een regeling getroffen wat betreft de bezittingen en schulden van de overleden Isaak David Faes en Margaretha van Heesteren. Dit alles tot voordeel van hun vijf wezen. Dit werd gedaan door de crediteuren van deze boedel. Was opgesteld en ondertekend door de crediteuren: A, v, Alphen, Pieter Lubac (chirurgijn, van wie we nog meer zullen horen), L. Heron (waarschijnlijk de oud-diaken), Abraham Mallander, J. Schem (zeer waarschijnlijk de schoolmeester grafdelver en koster ), (zie br 4. 7) Abraham Dane en Mattheus van der Daf. En de voogd Adriaen Rossijn. Op 22 maart 1707 verkoopt Joos van der Linde, in dezelfde functie als boven, de hofstede, boomgaard en landen. Bij acte van de crediteuren. (zie br 4. 8)
Uit deze gegevens blijkt enigszins hoe het echtpaar Faes in het leven stond.
In de acta van de kerkenraad daarover het volgende. 31-7-1694 Isaak David Faes heeft wulpsig en overdadig gedronken.
2-4-1695 Hij staat onder censuur vanwege dronkenschap. 26-6-1695 Nog steeds hetzelfde probleem. 11-7-1695 Faes heeft waarschijnlijk iemand schriftelijk beledigd. Het papier wordt hem getoond. Het wordt vergeleken met de kwitantie van de betaalde "huysschattinge" die de predikant betaald heeft. De kwitantie is ondertekend door Faes (In zijn functie als schepen?) Woorden, letters en spelling komen sprekend overeen. Faes ontkent de beschuldiging. 1-9-1695 Zelfde zaak, Isaack verzoekt kopie (gerechtelijk schrijven) als de kerkenraad iets tegen hem wil inbrengen. 27-9-1695 Zelfde zaak. Bij huisbezoek was Isaack eerst woedend, dan wanhopig. Hij klaagde dat hij al zijn geld en goed kwijt was. En zei: het kan wel zijn dat ik zoiets geschreven heb en het in mijn zak gestoken heb. En het er zonder erg uitgetrokken heb en dat het door iemand op straat gevonden is, ik weet het niet. Men besluit hem te censureren, temeer daar hij zich nog deze week in het huis van Isaacq van de Luijster zo aan "morgenscoopjens" te buiten is gegaan dat hij door zijn metgezel en spitsbroeder in dat onvruchtbaar werk der duisternis, Claes de Faque naar de schuur van Willem den Engelsman geleid moest worden. Waar ze hem in 't stro hebben gelegd alwaar hij enige uren "als een beest heeft liggen roncken" zoals de vrouw van Willem den Engelsman heeft meegedeeld. 29-12-1695 Faes is nog niet bezocht omdat zijn vrouw in de kraam ligt. Men beraadt zich om hem nog te censureren, maar wil hem eerst horen.
19-1-1696 Faes wordt. gehoord en begint te schelden dat de kerkenraad misschien zelf het "fameus libell" of "pasquill" (de schriftelijke belediging) heeft geschreven. Men laat hem vertrekken en besluit hem openlijk te censureren. Behalve ouderling van de Moer (brouwer) (zie br 4. 9) die Faes nog verdedigt. Faes bezorgt een schriftelijk protest bij de predikant aan huis, in bijzijn van ouderling van Riel en mr. Jacobus Schem (hierboven genoemd). In dit protest maakt Faes bezwaar tegen al wat ds. Brievings als hoofd van de kerkenraad in 't kerkeboek geschreven heeft of tegen hem in gesproken heeft. Na enige discussies geeft Faes toe dat zijn zaak verloren is en bekent zijn misdaad die daarmee afgehandeld is!!
Bij de jaarlijkse verkiezing die nu volgt, verzoekt men br. van de Moer vrijwillig af te treden, vanwege zijn bemoeienis met deze zaak. Hij voldoet hieraan vanwege "drukke bezigheden" !!
29-3-1696 Faes is nog onder censuur, vanwege zijn eerloos geschrift. De zaak was in de vorige vergadering afgehandeld, nu blijkt Faes nog onder censuur te staan. (Blijkbaar is het in zoverre afgehandeld dat hij niet openlijk onder censuur komt.) 30-6-1696 Heeft met zijn vrouw Grietje van Heesteren ruzie gehad. Vaart ook weer tegen ouderlingen uit, blijft onder censuur. 28-12-1696 Oud-ouderling van de Moer blijkt in de zaak van Faes een kwaad gerucht tegen de predikant te hebben verspreid. Faes blijft bij zijn goddeloze gedrag en lastering van de predikant.
2-4-1697 Faes wordt toegelaten tot het Avondmaal om redenen. Margaretha, zijn vrouw komt niet meer in de kerk, vanwege de problemen van haar man met de kerkenraad. Zij weigerde op de kerkenraad te komen, omdat zij de kinderen op bed moest leggen. Zij komt nu onder censuur. 12-5-1697 Getuigenissen in de zaak Faes. (De zaak sleept blijkbaar nog steeds) De juist afgegaane schepenen Philip Cousijn en Floij Bartels, die Faes goed kenden o.a. omdat ze enkele jaren met. hem schepen zijn geweest, verklaren dat het "pasquill" van zijn hand was. En dat een ander gerecht dan de vierschaar (van Sint-Annaland), deze criminele zaak moest behandelen. Ook schoolmeester Jacobus Schem, die enige tijd de secretarie heeft waargenomen, verklaart dat het Isaacs (Faes) handschrift is. Philip Cousijn is als schepen bij het bewuste transport geweest. (Het gaat blijkbaar om de overdracht van een huis of ander goed, waarbij het flink is misgegaan). Pieter Vroegop, tegenwoordig schepen, getuigt dat Isaac toen hij met hem in het huis van Jannetje Aeriaens was, gepocht had dat de predikant de kwestie maar al te graag wilde bijleggen, en bemiddelaars zocht. En dat Isaac als hij wilde ouderling kon worden. Floij Bartels getuigt in dezelfde trant van hetgeen Isaac op 14 oktober 1696 in het huis van Geertje Meijers heeft gezegd. Philip Cousijn getuigt in gelijke trant van toen hij met de schout Abraham Cornelissen van Diest en de andere schepenen in de Herberg de Swaen was, waar Isaac ook was.
29-9-1697 Isaac Davidsen Faes dronkenschap, vechten met Claes de Facq en het pasquill. Hij noch zijn vrouw mogen aan het Avondmaal komen. 3-1698, allebei nog steeds onder censuur 27-12-1699 Faes betert zijn leven, maar heeft ruzie gehad met Lauwris Cornelisse. Blijft ditmaal nog onder censuur, zijn vrouw mag weer aan het Avondmaal komen.
1-1-1700 De situatie is onveranderd. 4-4-1700 Faes betuigt spijt, de censuur wordt opgeheven.
In maart 1704 overlijdt Isaac Davidsen Faes.
Bron: http://www.herv-gem-st-annaland.nl/infopages/Historie_bestanden/Historie%20NHG/KG4.htm
Zie ook "Het gezin van Isaak Davids Faes en Grietje van Heesteren": https://sites.google.com/view/jacofaasse/overzicht-site/familiegeschiedenis/het-gezin-van-isaak-davids-faes-en-grietje-van-heesteren en http://faes-faasse.blogspot.com/2012/11/isaak-davidse-faes.html
Isaak Davidsz Faas | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1688 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Margarita Johannis van Heesteren |
1704 03 Mrt Isaak Faas/ Transcripties - bronnen
1-02.67 Trouw gereformeerd/ Archieven - bronnen
Trouwinschrijving Isaac Davids Faas en Margrieta Jans van Heesteren
Datum ondertrouw:
29-02-1688
Trouwdatum:
18-03-1688
Inschrijvingsjaar:
1688
Bruidegom:
Isaac Davids Faas
Voornaam:
Isaac
Achternaam:
Faas
Patroniem:
Davids
Burgerlijke staat:
j.m.
Woonplaats:
St Annalandt
Bron of gezindte:
Trouw gereformeerd
Bruid:
Margrieta Jans van Heesteren
Voornaam:
Margrieta
Tussenvoegsel:
van
Achternaam:
Heesteren
Patroniem:
Jans
Burgerlijke staat:
j.d.
Woonplaats:
Delfshaven
Akteplaats:
Rotterdam
Toegangsnummer:
1-02 Doopregisters, Trouwregisters, Begraafregisters Rotterdam (DTB)
Inventarisnummer:
67