Zij is getrouwd met Johannes Jacobus van HUET.
Zij zijn getrouwd op 3 mei 1899 te 's Heerenberg, Bergh, Gelderland, Nederland , zij was toen 25 jaar oud.
Kind(eren):
Op 3 januari 1874 werd door Johannes Giezenaar, bij Burgemeester, tevens Ambtenaar Burgerlijke Stand Carolus Antonius Ludovicus Baron van Hugenpoth tot Aerdt aangifte gedaan van de geboorde van een dochter, genaamd Theodora Hendrina. Op 2 januari 1874 Zij was geboren ten huize van aangever, 's Heerenberg 118 des avonds om half zeven.
Bij de aangifte waren getuigen: Theodorus Gerardus Welman, oud 62 jaar, van beroep schoenmaker en Albertus Gunsing, oud 37 jaar van beroep dagloner. Zij verklaarden tevens, dat de aangever onkundag was in het schrijven.
Op 3 mei 1899 trouwde Theodora Hendrina Giezenaar met Johannes Jacobus van Huet, machinist en oud 21 jaar, geboren en wonende Ambt Doetinchem, zoon van Gerhardus Wilhelmus van Huet en Antonia ten Eikelder, overleden in de gemeente Ambt Doetinchem. Theodora Hendrina Giezenaar, was voor haar huwelijk (korter dan 6 maanden)woonachtig geweest in Emmerik Prui?`?????????en, en dochter van Johan Giezenaar, overleden, en Hendrina Welling. Getuigen bij dit wettelijk huwelijk waren: Jacobus Giezenaar, dagloner, oud 54 jaar, oom van de bruid. Peter Bernard Maas, dagloner, oud 68 jaar, Johannes Theodorus van Halteren, metselaar, oud 36 jaar en Bernardus Johannes Gunsing, gemeentebode, oud 35 jaar.
Uit het bevolkingsregister blijkt dat Johanna van 16 febr. 1887 tot 3 nov 1888 woonachtig is geweest in 's Bosch en vervolgens vanaf 19 juni 1889 verhuisd is naar Emmerik in Prui?`?????????en
In 1905 trouwt Maria Johanna Giezenaar, een nicht van Theodora Hendrina Giezenaar, met Bernardus van Huet, volgens de berekening moet dit een tweeling broer zijn van Johannes Jacobus van Huet. in ieder geval een broer.
Na het dodelijk ongeval van haar man bleef zij met 6 kinderen achter. Om toch wat bij haar karig weduwe pensioen, dat zij ontving vanuit Nederland kreeg bij te verdienen bracht zij kranten rond, aanvankelijk in de avonduren maar nadien in de ochtend uren. Toen haar schoonzus Johanna Giezenaar-Wolsink in 1914 eveneens weduwe werd zaten zij beiden in hetzelfde schuitje. Johanna verdiende wat bij door te gaan poetsen in o.a. de kerk. In de 1e wereldoorlog gingen Heinrich en Herman naar Nederland. In Vortum werden zij ondergebracht bij de familie Nelissen, terwijl de oudste zoon Gerard en de jongste dochter Johanna bij hun moeder bleven. Waar Johannes en Antonia verbleven is niet duidelijk. Wel bleek uit de briefwisseling dat hun neefjes Johann en Wilhelm Giezenaar, de kinderen van haar schoonzus ook in Vortum verbleven, echter bij een andere familie. Zij gingen in dit dorp naar de lagere school. Toen Theodora in de periode 1917-1919 herhaaldelijk schreef dat zij pijn in haar buik had, kon men niet vermoeden dat zij kort na haar laatste briefwisseling in nov. 1919 zou overlijden. Zij schreef deze pijn aanvankelijk toe aan het rondbrengen van kranten. Kort na het plotseling overlijden van haar oudste zoon Gerard overleed zij. Aan wat toen nog niet als zodanig bekend was (kanker). Een aantal van haar kinderen verbleef nog in Nederland terwijl de overige kinderen eveneens naar Nederland kwamen en gezamelijk in diverse weeshuizen werden ondergebracht.
Theodora Hendrina GIEZENAAR | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1899 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johannes Jacobus van HUET |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.