Hij had een relatie met Jutta Aert van der After.
De relatie startte
Kind(eren):
=================166====================
Happo, Aert en Dirck, broers, verder Dirck Jan Houbraken als man van Elisabeth, Lodewijk Henrick Lambrechts als man van Marie, en nog Aleijt met haar broer Happo als haar voogd, alle wettige kinderen van Lauweeijs Happen verwekt bij Jutta dochter van Aert van der After, hebben een boedeldeling gemaakt.
Genoemde Happo en diens broer Dirck krijgen samen het ¼ e deel van een stuk beemd genoemd de Varrenbeemd gelegen in de gemeente Liempde. Nog krijgen ze 2 lopen en 2 en een half vier de lopen rogge per jaar te ontvangen van Henrick Janssen van Best. Nog krijgen ze 19 gulden eens te ontvangen van Lodewijk en Aleijt die het huis toebedeeld hebben gekregen, over 2 jaar te betalen zonder rente. Lasten hieruit zijn de grondchijns.
Genoemde Dirck Jan Houbraken en Aert krijgen samen een stuk beemd genoemde dat Clammergaet, gelegen in herdgang Aerle, b.p. heer Thomas van den Snepschuet, Gielis Crijns. Nog krijgen ze een stuk beemd genoemd´t Cleijn Beemdeken, gelegen in het Clammergaet, b.p. heer Thomas van den Snepschuet, Herman de Rentmeester (= Cleijnael, JT), Rutger van den Stayakker. Nog krijgen ze een stuk land genoemd de Strepen gelegen in het Clammergaet, b.p. Jan van Beeck, genoemde heer Thomas, Gielis Crijns, de hoeve van heer Amelrijck Boots. Nog krijgen ze een akker genoemd de Langenakker, gelegen in de Aerlesche Akkers, b.p. Henrick de Volder, de kinderen van Dirck Legen, de kinderen van Joerden Happen waarvan is afgedeeld. Nog krijgen ze een stuk land genoemd den Wijtsant, b.p. Daniel de Brouwer, Henrick Goossens, de hoeve van heer Amelrijk Boots.
P 245-r)
Nog krijgen ze van Lodewijk en Aleijt, aan wie het huis is toebedeeld, een bedrag van 5 rijnsguldens eens over twee jaar zonder rente. Lasten hieruit zijn 14 lopen rogge aan Jan Willems en de grondchijns.
Genoemde Lodwijk en Aleijt krijgen samen het huis, tuin etc. gelegen in herdgang Aerle, b.p. Daniel de Brouwer, de kinderen van Jan Crommen, Henrick Janssen van Best, de gemeijnte. Lasten hieruit zijn aan Happo en Dirck, zijn broers, over 2 jaar 19 rijnsguldens eens zonder rente en aan Dirck Jan Houbraken en aan Aert Wreijssen een bedrag van 5 rijnsguldens over 2 jaar zonder rente. Nog uit dit erfdeel een half Bosch mud rogge te betalen en in Den Bosch te leveren, nog de grondchijns.
Datum 1 juni 1511, getuigen Jan Goossens en Esch.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.