Let op: Was ouder dan 65 jaar (69) toen kind (Elisabeth Geerlick de Hoppenbrouwers) werd geboren (??-??-1563).
(1) Hij is getrouwd met Lijsken vv Geerlick Dirck Hoppenbrouwers.
Ze zijn in de kerk getrouwd in het jaar 1540 te Oirschot, hij was toen 46 jaar oud.
Kind(eren):
(2) Hij is getrouwd met Cathalijn Dr Jan Ansem.
Ze zijn in de kerk getrouwd in het jaar 1562 te Oirschot, Noord-Brabant, hij was toen 68 jaar oud.
Kind(eren):
Woont herdgang Verrenbest. Krijgt dat bij de dood van broer Jan en zus Elisabeth (16-6-1552 (245)).
Sch. v. O. d.d.: 20-4-1570 ==================125=======================
Geerlick zoon wijlen Dirck die Hoppenbrouwer weduwnaar van Lijsken, wil met instemming van Cathelijn dochter van Jan Ansems, zijn huidige vrouw, op grond van het testament dat hij en Lijsken eerder gemaakt hebben voor heer Frans Paridaans vicecureijt te Best d.d. 28 juni 1558, zoals ons voldoende is gebleken, zijn bevoegdheid gebruiken als langstlevende. Hij maakt hierbij het volgende codicil voor zijn testament. Hij wil als hij is komen te overlijden dat zijn lichaam in gewijde grond wordt begraven. Voor eventueel begaan onrecht etc. vermaakt hij aan de St. Janskerk in Den Bosch voor het onderhoud daarvan en de 4 biddende ordes elk een stuiver eens, na zijn dood te betalen. Verder vermaakt hij al zijn bezittingen waarover hij beschikkingsmacht heeft voor een helft aan Jan zoon Jan Goossens en diens vrouw Jenneken, dochter van genoemde Geerlick de Hoppenbrouwer en voor de andere helft aan Catelijnen zijn dochter, echtgenote van Joost Sweers, waarbij Cathelijn het vruchtgebruik krijgt en haar wettige kinderen verwekt of nog te verwekken bij deze Joost, het erfrecht. Hij sluit hierbij deze Joost uit vanwege redenen die voldoende bekend zijn. Genoemde Cathelijn en haar kinderen zijn verplicht genoemde Jan Jan Goessens en Jenneken te vrijwaren voor de belofte die Jan voor de genoemde Joost heeft gedaan. Verder zullen Jan en Cathelijn uit alle bezittingen na het overlijden van Geerlijck, diens natuurlijke kind een bedrag van 16 gulden geven en zij moeten ook toestaan dat Cathelijn de echtgenote van de testateur zolang ze leeft mag blijven wonen in het huisje en het tuintje naast zijn huis staande te Best voor zover Cathelijn daar in wenst te wonen. De testateur verklaart dat dit zijn uiterste wil is waarbij hij handelt op grond van de macht die hem in zijn eerder testament was verleend en hij wenst dat dit zal worden nagekomen. Hij behoudt zich het recht voor om later te wijzigen en wil dat er schepenbrieven worden gemaakt voor diegenen die er belang bij hebben. Datum 20 april 1570, getuigen Joerden die Brouwer en Corsten.
Sch. v. O. d.d.: 28-2-1593 ==================085=======================
Elisabeth natuurlijke dochter van wijlen Geerling de Hoppenbrouwer, echtgenote van Jan Cornelissen, bakker in Den Bosch, geassisteerd door haar hierbij gekozen voogd en handelend op grond van een machtiging afgegeven door schepenen van Den Bosch d.d. 20 februari j.l., verklaart hierbij dat ze volledig is voldaan door Jenneke dochter van genoemde Geerling de Hoppenbrouwer, welke Jenneken weduwe was van Jan Jan Goessens en wel inzake een bedrag van 68 gulden afkomstig van een rente van 4 gulden per jaar welke rente etc. genoemde Geerling in zijn testament had vermaakt aan deze Elisabeth. Elisabeth geeft hierbij volledige kwijting. Maar omdat Daniel de Hoppenbrouwer genoemde Elisabeth ( of Jenneken?, JT) ook middels een testament haar ook nog een bedrag van 32 gulden had vermaakt, zodat het totaal nu uitkomt op 100 gulden, zal genoemde Jenneke ( of Elisabeth??, JT ) dit bedrag van 32 gulden ook nog betalen ( of ontvangen??, JT ) mits dat er door Elisabet de procuratie brieven uit Den Bosch vanwege haar man zullen worden getoond. Datum 28 februari 1593, getuigen Hoeven en Ekerschot.
Geerlick Dirck de Hoppenbrouwers | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1540 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1562 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Cathalijn Dr Jan Ansem |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.