Hij is getrouwd met Maria Antonia van Antwerpen.
Zij zijn getrouwd op 9 november 1914 te Goirle, hij was toen 38 jaar oud.
BRON: Gemeente Goirle, Brontype boek, Registernaam Huwelijksregister 1914, Code GLE_H_1914
Periode register 1914, Aktenummer 15, Plaats huwelijk Goirle, Datum huwelijk 09-11-1914
Bruidegom Johannes Vervlossen, Bruidegom leeftijd 38 jaar, Bruidegom plaats geboorte Geldrop
Vader bruidegom Joannes Vervlossen, Moeder bruidegom Johanna van Hoof
Bruid maria antonia van Antwerpen, Bruid leeftijd 30 jaar, Bruid plaats geboorte Goirle
Vader bruid Martinus van Antwerpen, Moeder bruid Antonia Maria Luijten
Kind(eren):
Johannes zijn avontuur begint op 4 maart 1896 wanneer hij als loteling wordt ingedeeld bij het 6e regiment infanterie uit de gemeente Goirle onder no. 10. Tot 14 augustus 1897 gebeurd er niet zoveel en wordt hij op die datum met groot verlof gestuurd.
Johannes had het kennelijk goed naar zijn zin in het leger en besloot in 1898 bij te tekenen voor 2 jaar, nu werd hij ingedeeld bij de landmacht in Nederlands Indië.
In rotterdam op 26 maart 1898 werd hij geëmbarkeerd aan boord van het stoomschip Soembing en gedebarkeerd op 03 mei 1898 te Batavia en geplaatst bij het 2e recrutenbataljon. De tijd die hij daar diende was relatief rustig en hij werd op 07 september 1900 met het stoomschip Oengaran terugestuurd naar Rotterdam . Op 18 october 1900 ging hij met groot verlof.
Zijn derde periode verloopt wat turbulenter. Hij tekent bij voor tien jaar en beland op 25 october 1901 in Padang.
In deze periode is het vechten voor Johannes op verschillende plaatsen:
1901 tot 1905 gevochten op Atjeh waarvoor hij een ereteken heeft ontvangen
1905 tot 1908 gevochten op Celebes waarvoor hij een ereteken heeft ontvangen
1908 gevochten op Bali
Voor zijn moed en trouwe dienst is hem op 09 juli 1904 toegekend de bronzen medaille met FL 12,- gratificatie en op 21 october 1910 de zilveren medaille.
Ondanks zijn mooie staat van dienst was Johannes geen model militair, daar hij op 06 september 1906 voor de krijgsraad te Soerabaia moest verschijnen wegens "insubordinatie door woorden" en op 20 october 1906 is veroordeeld tot drie maanden militair detentie ingaande op 04 januari 1907.
Hieronder een gedeelte van het verslag van het proces:
"Op zondag 01 juli 1906 des s'avonds ongeveer negen uur in beschonken toestand verkeerende en staande op den grooten weg voor de woning van den heer Schramm te Fembahan ter hoofdplaats Soerabaia den sergant-majoor Houhoff, alg stb. 46621, die bij genoemde heer te gast was en in de voorgalarij van bedoelde woning zat, opzetelijk en met het oogmerk genoemden sergant-majoor, aldus zijn meerdere in rang, in zijn eer en kieschheid aan te tasten heeft toegevoegd de woorden:
Zoo ploert, kom maar eens naar buiten, dan zal ik je eens den hals afbijten en je op je smoel slaan, dat je denkt je moer te naaien, ja kijk maar, ik bedoel den sergant-majoor der 1e compagnie van het 13e bataljon, met die groote strepen op zijn mouw.
Overwegend dat beklaagden voor officieren commissarrissen heeft ontkend schuldig te zijn aan het ten laste gelegde en overigens heeft opgegeven, dat hij na van Boni te zijn geëvacueerd in het hospitaal te Soerabaia is opgenomen, waar hij gedurende drie en halve maand is verpleegd; dat hij den laatsten juni uit het hospitaal is ontslagen en bij het subsistenkader ingedeeld werd; dat hij op zondag 1 juli uitgegaan is en zich in de loop van den dag in verschillende café's te Soerabaia aan sterken drank heeft buiten gegaan, zodat hij s'avonds beschonken was; dat hij dan ook niet weet wat er dien avond is voorgevallen en zich van het gebeurde, zoals hem die is ten laste gelegd, niets meer herinneren kan; dat hij den weg te Soerabaia niet kent en dat de sergant-majoor Houthoff hem totaal onbekend is; dat hij zich nog wel herinnert, dat hij tegen vijf uur s'avonds met twee hospitaalsoldaten van Bever en Brakeij rondgereden heeft; dat hij zich niet herinnert door deze of door andere soldaten te zijn opgestookt tot het plegen van de hem ten laste gelegde handelingen; dat hij weliswaar in het hospitaal op onaardige wijze door zijne medeverpleegden over den sergeant-majoor der 1e compagnie heeft hooren spreken, doch dat dit voor hrm geene aanleiding kon zijn om deze uit te schelden.
Overwegend dat beklaagde nu wel heeft opgegeven, dat hij op den bewusten avond dronken is geweest en niet meer weet wat hij gedaan heeft, zijnde hem den sergeant-majoor Houhoff geheel onbekend, doch dat deze verdediging hem niet kan baten, vermits hij te duidelijk bij de confrontatie is herkend, dan dat eenige twijfel aan de identiteit van beklaagde denkbaar is en bovendien vorengenoemde getuigen alleszins geloofwaardig zijn voorgekomen. Overwegende dat ui de door beklaagde gebruikte beledigende woorden reeds duidelijk blijkt, dat hij zich bewust was tot een meerder te spreken, weshalve beklaagde behoort te wroden schuldig verklaard aan het misdrijf:"insubordinatie door woorden", welk feit is voorzien en strafbaar gesteld bij artikel 99 van het crimineel wetboek met militaire detentie van twee maanden tot een jaar".
Rechtdoende
In naam en vanwege de Koningin Verklaart den in hoofde dezes genoemde beklaagde J.Vervlossen,alg stanb. no. 54267 schuldig aan het misdrijf "insubordinatie door woorden". Veroordeelt hem deswege tot de straf van militaire detentie voor den tijd van drie maanden. Verwijst hem nog in de kosten en misen der justitie, alsmede en die van den processe.
Zijn militaire loopbaan eindigd op 25 december 1911 en vestigd zich in Goirle . Op 35 jarige leeftijd ontvangt hij een levenslang militair pensioen van FL 223,- per jaar wat later verhoogd is naar FL 373,-
Bron boek: Vervlossen, meer dan je denkt.
auteur: Hr J.G.Meulendijks
grootouders
ouders
broers/zussen
kinderen
Johannes Vervlossen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1914 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maria Antonia van Antwerpen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.