[bron Mia Nijsten-Reumers]
Hij studeerde filosofie en theologie in Leuven en Atrecht. Hij onderscheidde zich door zijn kennis van de kerkgeschiedenis. Vanaf 1771 bekleedde hij pastoorsambten. In 1783 werd hij tot pastoor van de Jacobskerk in Maastricht benoemd, een benoeming die aangevochten werd door de vice-hoogschout, die Arnoldus Franciscus beschuldigde van bedrog en misleiding en die een eigen kandidaat had. Arnoldus Franciscus werd in de strijd die een jaar lang woedde bijgestaan door zijn broer, advocaat Charles Clemens Roemers. In 1784 werd hij kanunnik van de St. Servaas en in 1803 curé primaire van de St. Servaas.[bron Lezing over CC.Roemers]
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.