Stamboom Derks-Tai A Pin » Ary Ariensz Backer (1697-1742)

Persoonlijke gegevens Ary Ariensz Backer 

• Hij is geboren op 28 juni 1697 in Alblasserdam.
• Hij werd gedoopt op 30 juni 1697 in Alblasserdam.
• Hij is overleden op 3 augustus 1742 in Alblasserdam, hij was toen 45 jaar oud.
• Een kind van Arien Pietersz Backer
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 13 maart 2023.

Gezin van Ary Ariensz Backer

Hij is getrouwd met Ariaentje Hendriks Ouwerkerk.

Zij zijn getrouwd op 11 juli 1722 te Kralingen, hij was toen 25 jaar oud.

Kind(eren):

1. Hendrick Arijsz Backer  1722-1801 
2. Adriaan Backer  1723-1728
3. Anna Adriaans Backer  1725-1747
4. Cornelia Adriaans Backer  1727-1730
5. Adriaan Backer  1728-1730
6. Adriaan Adriaansz Backer  1730-1782 
7. Pieter Backer  1733-1733

Notities over Ary Ariensz Backer

Naar de oudste generaties Bakker heb ik de genealoog Léon van der Hoeven gevraagd onderzoek te doen. De gegevens van deze generatie en de drie volgende (dus van Arij, Hendrick, Willem en Hendrik, periode 1697 tot 1843) zijn voor het merendeel afkomstig uit zijn rapportage. Een andere bron was het Stamboomforum, waar in 2011 discussie werd gevoerd over de familie Bakker in Alblasserdam. In 2020 konden nog vijf oudere generaties worden toegevoegd; de stamvader is nu Adriaen Andriesz Backer, geboren 1544.

Op 09-07-1722 meldt de gaarder (belasting-inner) dat Arij arbeider is en Ariaentje naaister. Hij slaat ze aan voor `nihil`. In de periode 1695 tot 1805 werd in Holland belasting geheven op het huwelijk en op begraven.
Van der Hoeven trof in het Notarieel Archief Rotterdam verschillende aktes aan betreffende leningen en obligaties (inv.nrs. 2008 p.251 dd.22/05/1719, 1834 p.358 dd.11/07/1722, 2447 p.157 dd.19/02/1726, 2172 p.336 dd.26/05/1729, 2381 p.358 dd.21/10/1749). Ariaentje ondertekende die met haar eigen naam. Arij tekende met een kruisje.

Het Stamboomforum bevatte een samenvatting van hetgeen over het leven van Arij en Ariaentje bekend is. De schrijver is een zekere Ton. Het verhaal is in 2011 geplaatst en luidt als volgt.
"Arij Backer en Ariaentje Ouwerkerk trouwen in 1722 in Kralingen. Ariaentje woont daar aan de Oudendijk. Arij komt uit Alblasserdam. Ariaentje heeft als zij met Arij trouwt al een zoon, Hendrik Ouwerkerk. Waar en wanneer Hendrik geboren is, is niet bekend. Zoon Hendrik noemt zich later naar zijn stiefvader Bakker. Arij is beurtschipper op Middelburg en Rotterdam. Een beurtschipper vervoert om de beurt goederen tussen twee plaatsen. Hoe Arij en Ariaentje elkaar leerden kennen - zij komen immers niet uit dezelfde plaats - is niet bekend. Uit de behoefte je de omstandigheden van die tijd voor te stellen, zou je kunnen denken, dat Arij in een schipperscafé in Kralingen Ariaentje ontmoet, die daar werkt, omdat zij als niet getrouwde moeder van zoon Hendrik in de kost moet voorzien. Maar hoe het werkelijk gegaan is is niet bekend.

Arij en Ariaentje verschijnen op 31 augustus 1728 voor de notaris.Volgens de akte is Ariaentje op dat moment ziek. Deze opmerking wekt de indruk alsof zij met de dood voor ogen nog snel haar laatste wil kenbaar maakt. Ariaentje is echter ongeveer 6 maanden in verwachting van haar zoon Aren (Ariaan). Haar ziekte heeft daar mogelijk mee te maken. Arij en Ariaentje herroepen hun vorige testamenten én de huwelijkse voorwaarden, die op 11 juli 1722 (de dag nadat zij in ondertrouw zijn gegaan) in Rotterdam zijn opgesteld voor notaris Francois Waarts. Zij benoemen elkaar tot enige erfgenamen . Zij verklaren na de dood van de ander de kinderen op te voeden, hen naar school te laten gaan en hen een beroep te laten leren, totdat zij mondig (meerderjarig) zijn of in het huwelijk treden en aan hun dan een bedrag uit te keren. De hoogte van het bedrag is niet helemaal duidelijk. Het lijkt erop, dat het om 100 gulden gaat. In de akte wordt ook een bedrag van 1500 gulden genoemd, maar dat zou het bedrag kunnen zijn, dat Ariaentje aan haar "voorzoon" Hendrik Ouwerkerk uitkeert. Ariaentje benoemt Arij en hun gezamenlijke kinderen (dus niet Hendrik) tot erfgenaam van haar overige goederen (buiten het geld dus). De langstlevende wordt tot voogd benoemd en mocht Ariaentje dat zijn, dan wordt haar broer Leendert Ouwerkerk mede-voogd. Leendert woont in Kralingen aan de Oudendijk.

Op 21 maart 1730 valt er iets voor in het huis van Arij en Ariaentje in Alblasserdam. Op diezelfde dag is een zekere Ary Willemse Schit verdronken. Of dit feit iets te maken heeft met het volgende voorval, is onzeker.
Op verzoek van Arij, Ariaentje en Hendrik leggen Paulus Jansz, zijn vrouw Maggeltje Leenderts Boerman en Adriaen van den Andel (klapwaker) op 12-06-1730 een verklaring af bij de notaris. (Een klapwaker is een van een klepper voorziene nachtwaker. De funktie werd in 1883 afgeschaft). Uit die verklaring blijkt, dat Paulus Jansz op 21 maart door Hendrik Bakker is verzocht bij zijn ouders thuis te komen. Maggeltje gaat met haar man mee. In huize Bakker treffen zij Ary Cornelisz Keesmaet en zijn vrouw Cornelia Stout aan. Cornelia Stout staat "met groote boosheyt, vloeken en tieren" Arij en Ariaentje "seer schandigh en met nooyt gehoorde expressie [uit te ] schelden en injurieren". Arij Backer zegt daarop "met bescheydenheyt en zonder qualijk te spreken" tegen Cornelia: "Ik wil met sulk gewelt in mijn huys niet te doen hebben, maar wil je met fatsoen spreken, soo gaet sitten, ik sal je drinken tappen en om te toonen, dat ik of mijn volk nooyt iets quaets tot lasten van u dogter gesprooken hebben, so gaet op morgen met mij bij sulke menschen tot Rotterdam, die gij segt, [waartegen] mijn vrouw [dat] gesegt soude hebben, ik sal je twee ducatons tot een daggelt geven, maar indien je met je getier voort gaet, moet je aanstonts uyt mijn huys gaen." Ary Keesmaet reageert daarop "met groote quaetaerdigheyt , vloeken en tieren" dat als Arij Bakker wil, dat hij het huys verlaat hij hem er dan maar uit moet slepen. Het lijkt er op, dat in de akte staat, dat Ary Keesmaet vervolgens gaat dreigen met een glazen voorwerp, dat in de keuken staat. Paulus Jansz, die dus door zoon Hendrik bij de ruzie geroepen is, zegt daarop tegen Ary Keesmaet en Cornelia Stout: "gaet uyt den huys, je moet geen gewelt plegen in een anders huys, heb je iets tot laste van dees menschen daer sijn wel middelen om se met regt aen te spreken en sij doen u immers een goede presentatie." Ary Keesmaet en Cornelia Stout zijn echter niet van plan het huis te verlaten en bliiven vloeken en schelden. Arij Backer heeft Ary Keesmaet vervolgens "aangevat bij den arm" waarop hij hem "uyt de binnenkeuken in het agterhuys op den vloer ten neder getrocken [heeft]." Ariaentje heeft intussen het licht uit de keuken gehaald om te zorgen voor licht in het achterhuis, Cornelia Stout gaat op dat moment kennelijk door het lint. Zij vat Arij Backer " seer fel bij het haer" en loopt daarna naar Ariaentje Ouwerkerk "die hoogh swanger was", die zij "soodanigh aangevallen [heeft] dat het ligt uit haer hand quam te vallen." Ariaentje klaagt naderhand "haer te hebben beseert" doordat Cornelia haar "op een hooggaers mast ter neder gesmakt [heeft]." Paulus Jansz heeft na dit handgemeen het licht - dat kennelijk uitgegaan is - weer aangestoken en heeft Ary Keesmaet en Cornelia Stout verzocht het huis te verlaten, die dat ook hebben gedaan. Pieter Ariensz, de zoon van Ary en Cornelia, is vervolgens naar het huis van Arij en Ariaentje gegaan en heeft daar volgens de akte "met een mes tot verscheyde reysen op de deur gestooten en gesneden, roepende beyde met groot boosheyt en schrikkelijke vloeken, komter maer uyt, jou schelm, waer ben je nouw, ik sal je nouw wel beter stellen, stampende ondertusschen tot verscheyde reysen met voeten op de deur." Opvallend is nog, dat Ary Keesmaet en Cornelia Stout anderhalf jaar voor dit voorval nog getuigen zijn bij de doop van een zoon van Arij Backer en Ariaentje Ouwerkerk.

Op 17 september1748 maakt Ariaentje Ouwerkerk een nieuw testament op. Zij herroept haar vorige testamenten en verklaart geen 8000 gulden te hebben. Bedoelt zij, dat zij net geen 8000 gulden heeft, maar wel iets minder? Of is zij iemand 8000 gulden verschuldigd (haar kinderen bijvoorbeeld in verband met de erfenis van Arij Backer) en kan ze die niet betalen? Ariaentje benoemt tot enige en universele erfgenaam haar jongste zoon Adriaan Bakker en tot mede-erfgenaam haar voorzoon Hendrik Bakker. De schulden, die Hendrik bij zijn moeder heeft komen in mindering op zijn erfdeel. Ariaentje transporteert aan Hendrik het Middelburgse veerschip, waarop haar man gevaren heeft en waarop nu Hendrik vaart. De meubels van Ariaentje mogen niet verkocht worden maar moeten bewaard blijven tot Adriaan meerderjarig is. Ariaentje benoemt tot slot tot voogd over Adriaan ( naast voorzoon Hendrik is Adriaan Ariaentjes enige nog levende kind ) haar broer Leendert Ouwerkerk en een neef van haar man, Ary Cornelisz Stout.
Ariaentje overlijdt in 1755. Zij woont op dat moment "op den Grooten Hoek" aan de Kinderdijk.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Ary Ariensz Backer?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Ary Ariensz Backer

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen