Let op: Was ouder dan 65 jaar (73) toen kind (Arie Verstoep) werd geboren (??-??-1874).
Hij is getrouwd met Lijntje den Noorlander.
Zij zijn getrouwd op 7 juli 1836 te Nieuwerkerk aan den IJssel , hij was toen 34 jaar oud.
Kind(eren):
Paulus Verstoep is 30 jaar watermolenaar geweest. Hij trad toe op 3 mei 1820 tot het 3e battaillon artillerie nationale militie, alwaar hij als gewoon soldaat is gepasporteerd(=ontslagen) op 10 maart 1825. Zijn stamboeknummer was 1554 en stond geregistreerd in folionr. 424. Daarna is hij vermoedelijk tot de reserve schutters van Ouderkerk aan den IJssel toegetreden. Op 19 november 1830 treedt hij weer op in actieve dienst. Het waren woelige tijden rond de Belgische opstand. Hij heeft uiteindelijk gediend bij de Nationale Militie en bij de schutters van de gemeente Ouderkerk aan den IJssel. Tot 1841 blijft hiertoe behoren. Bij zijn indiensttreding in 1820 werd de volgende omschrijving van hem gemaakt: aagezigt normaal, voorhoofd: breed, oogen: blauw, neus: groot, mond: groot, kin: rond, haar: bruin, wenkbrauwen: bruin,. Zijn lenget was 5 voeten en 5 duimen (ongeveer 1,65 m.).
Volgens een schriftje van Barbara van Dam heeft ook tot de Zuid-Hollandse schutterijen behoord. In de familie circuleert een exemplaar van de bronzen medaille.
Tijdens de Belgische opstand heeft hij de 10-daagse veldtocht meegemaakt. Hiervoor heeft hij het bronzen kruis ontvangen. De Bronzen Medaille, ingesteld bij Koninklijk Besluit van 31 mei 1833, nr. 122, werd uitgereikt aan hn, die zich tijdens het beleg van de Citadel van Antwerpen in december 1832 en omliggende fordet op de schepen op de Schelde voor Antwerpen bevonden. Aan al deze personen werd die medaille als een bewijs van aandenken verleend.
Op de voorzijde werd de bovengenoemde sterkte in en vijfhoek afgebeeld, waarin de woorden Citadel van Antwerpen, terwijl op de keerzijde in een lauwerkrans van boven gesloten en gedekt door een gekroonde W de woorden ' December 1832' werden geplaatst.
Aan hen die deze medaille ontvingen werd een certificaat, houdemnde verklaring, dat men tot het dragen ervan was gerechtigd, uitgereikt.
Tot het bekomen van het kruis of de madaille werd door de commandant van het betreffende korps of korpsgedeelte een voordarcht opgenaakt van hen, die hierop aanspraak hadden. deze voordracht werd door tussenkomst van de chefs doorgezonden naar het Departement van Oorlog, dat zijn goedkeuring daarop moest verlenen.
Paulus Verstoep | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1836 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Lijntje den Noorlander |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.