Herman was de heerser van Heusden, een stad met een lange militaire geschiedenis. Ze was gebouwd op de oever van de Maas en daardoor gemakkelijk verdedigbaar. Het zal voor ongeveer 600 jaar een woelige geschidenis worden.
Het eerste "kasteel" in heusden was zoals al de kastelen uit die tijd. Er werd een cirkelvormige gracht gegraven met een binnenoppervlakte van 2000 m². de uitgegraven grond moest dienstdoen voor het opwerpen van een heuvel in het midden. Aan de binnenzijde van de gracht werd een houten "muur" opgetrokken, een ophaalbrug maakte het mogenlijk om de gracht over te steken en zo het kasteel binnen te komen. Een aantal gebouwen werden op die binnenplaats opgetrokken nl. de stallen, de keuken en opslagruimtes. In het midden stond dan de donjon of toren.
Deze donjon was een ronde of rechthoekkige toren die op de top van de heuvel stond. De ingang bevond zich op 2 m. hoogte. Een ladder of een ophaalbrug diende als ingang voor vrienden en een probleem voor vijanden.
Het gelijkvloers diende als grote zaal. Die diende voor de maaltijden, vergaderzaal, ondspannings ruimte, gerechtshof en administratief lokaal. De vloerbedekking bestond meestal uit aangestampte aarde.
Rijkere falilies hadden een houten vloer. de slaapvertrekken bevonden zich op de verdieping, en de zolder diende voor de verdediging.
Kind(eren):
grootouders
ouders
broers/zussen
kinderen