Bezat in zijn vaders leven de goederen en gerechten van Almkerk, Zandwijck, Huppen, Uythoven en van Muylwijck, waarvan zijne nakomelingen den toenaam aannamen, alle gelegen in 't land von Altena, uit welken huize zijn vrouw is geweest en heeft naar alle waarschijnlijkheid deze goederen daarmede ten houwelijk gehad. Voerde door trotsheid en euvelen moed vijandschap tegen zijn oudsten broeder Adriaan van de Merwede, die den naam van Clootwijck aannam. Hij nam den naam van Muylwijck aan zijnde een Ridderhofstede in den lande von Altena. Hij leefde in 1284.
Op 25-4-1277 verklaren Willem II van Hoorne, Heer von Altena en zijn oudste zoon Willem, de grote tiende van Uppel in erfpacht te hebben gegeven aan Lodewijk de kastelein von Altena. Diens echtgenote en zonen hebben deze tiende bestemd voor Lodewijks dochter Beatrix en haar man Jan van Merwede, Oorkondenboek Holland II p.754
Jan van Merwede wordt nog vermeld in 1307.
Hij is getrouwd met Beatrix Lodewijcksdr van Altena.
Zij zijn getrouwd in het jaar 1270, hij was toen 20 jaar oud.Bron 2
Kind(eren):
grootouders
ouders
broers/zussen
kinderen
Jan Godschalksz van der Merwede van Muijlwijk | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1270 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Beatrix Lodewijcksdr van Altena | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||