Zij heeft/had een relatie met Jan natuurlijke zoon heer Henrick van der Vlueten.
Kind(eren):
Gegevens betreffende Van der Vleuten ontleend aan:
http://www.geneaknowhow.net/script/dewit/oirschot-start.htm : F. Smulders, M. Spierings, J. Toirkens, G. van Adrichem, H. Vera, S. Ketelaars
http://www.genealogieonline.nl/stamboom-goossens-van-der-heijden/: M. Goossens
http://www.leoadriaenssen.nl/ L. Adriaenssen
Chr.H.A. van der Vleuten
R.A. Oirschot Jan Toirkens 1554
101) 375 Henrick zoon Goijaert Jacops verhuurt hierbij aan zijn zwager (=schoonzoon, RS) Jan van der Vlueten de helft van al zijn land en de schuur die daar op staat die nog geplaatst moet worden al naar keuze van deze Jan. De schuur is te aanvaarden per a.s. Pasen of Pinksteren en het land zelf in de oogsttijd daarna. De huur loopt 8 jaar lang en niet langer. Genoemde Henrick Goijaert Jacops belooft
101-v) tijdens deze periode alle lasten voor zijn rekening te nemen en Jan van der Vlueten zal daarvoor jaarlijks en bedrag van 6 gulden als huur betalen en nog eens 12 gulden eenmalig. Datum 12 november 1554, getuigen Esch en Jan van den Schoet die het aandroegen.
376 Henrick Goijaert Jacops verkoopt hierbij een schuur met de helft van het land daarbij gelegen in Oirschot herdgang Naastenbest, b.p. het erf van de verkoper waarvan het is afgedeeld, Deenis Goijaerts, Jenneken weduwe van Jan Aerts, de gemeenschappelijke straat. Hij verkoopt dit bezit nu aan zijn zwager Jan van der Vlueten en de verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen, behalve een jaarlijkse rente van 6 gulden aan Adam Weilaerts welke rente aflosbaar is. Datum en getuigen als boven die het aandroegen.
R.A. Oirschot Jan Toirkens 1598
14-v) 061 Lijsken weduwe van Jan Henricks van der Vleuten geassisteerd door Willem de Metser haar hierbij gekozen voogd, doet hierbij afstand van het recht van vruchtgebruik inzake haar volledige bezittingen behalve wat betreft een klein huisje waar ze nu in woont samen met een daarbij gelegen hofje tot aan de mispelboom, ook met uitzondering van twee perebomen, een noteboom en bepaalde knotwilligen die tegen de tuin staan. Zij doet nu afstand ten behoeve van haar wettige kinderen verwekt bij genoemde Jan. Datum 12 februari 1598, getuigen Eeckerschot, Stockelmans en Metser.
062 Joost zoon wijlen Jans van der Vleuten, Jan zoon Aelbrecht Janssn. van Heerbeeck als man van Henricksken, Arien Jan Nijclaessen als man van Jenneken en nog Jan zoon wijlen Aert Janssn. van den Dijck als man van Marijke, allen gezusters en dochters van Jans van der Vleuten, verkopen een huis met tuin etc., gelegen in Oirschot herdgang Naastenbest, b.p. de gemeenschappelijke straat, Jacob Jan Dircks, Niclaes Goossens. Dit bezit wordt nu verkocht aan Odulphus zoon wijlen Peter van de Maerselaer
15) met uitzondering van het kleine huisje, de tuin en wat fruitbomen, die pas zijn te aanvaarden als Lijske weduwe van Jan van der Vleuten is komen te overlijden. De verkopers beloven alle lasten van hun kant af te handelen, behalve een jaarlijkse rente van een mudde rogge, Oirschotse maat, aan Anneken Verhoeven in Den Bosch die hier te Oirschot geleverd worden, nog 3 gulden per jaar aan diverse personen. Datum en getuigen als boven.
063 Odulphus zoon wijlen Peter Janssn. van de Maerselaer heeft als schuldenaar beloofd om aan Lijsken weduwe van Jan van der Vleuten en haar kinderen een bedrag van 150 gulden te zullen betalen en nog een rente daarvan ad 6 guldens per jaar per a.s. St. Bartholomeusdag. Datum en getuigen als boven.
In marge :
Met instemming van Elisabeth, Adriaen Jan Claessen, Jan Aerts doorgehaald en door een andere belofte vervangen.
064 De genoemde verkopers verklaren terzake van deze verkoop een
bedrag van 170 gulden te hebben ontvangen boven de diverse
kosten die in de verkoopvoorwaarden zijn vernoemd. Datum en
getuigen als boven.
065 Ariaen Jan Claessen heeft verklaard, dat hij t.o.v. de andere kinderen een bedrag van 12 gulden en tien stuivers meer heeft ontvangen en hij beloofd om bij de latere boedelscheiding voor dat bedrag niet mee te zullen parten, totdat de andere erfgenamen ook dat bedrag hebben ontvangen.
066 Jan Aelbert Janssn. heeft hetzelfde verklaard zoals in de
voorgaande akte staat vermeld voor wat betreft een bedrag van
5 gulden en tien stuivers en zal ook niet eerder meeparten totdat de andere erfgenamen dat bedrag hebben ontvangen. Datum en getuigen als boven.
R 145 f 14v, 12 februari 1598: Lysken, weduwe van Jan Henrickss van der Vleuten, geassisteerd door Willem de Metser, geeft het cleyn huysken daer sy nu tegenwoerdich in woent, metten hoeffken daer aen gelegen ende totten mispelboom toe, ende twee peerbomen, eenen nootboom ende sekere gehooffde willigen2 tegen den hoff staende, aan haar en Jans kinderen.
f 14v, datum ut supra: de kinderen van Lysken, weduwe van Jan Henrickss van der Vleuten, met name Joost, Jan Aelbrecht Janss in Heerbeeck3 met zijn vrouw Henricksken, Ariaen Jan Nyclaess met zijn vrouw Jenneken en Jan zoon wijlen Aert Janss van den Dyck met zijn vrouw Maryken verkopen een huizing, hoving en daaraan gelegen akkerland te Naastenbest en overhandigen alle bijbehorende akten, schepenbrieven en testamenten (waaruit blijkt dat Odulphus zoon wijlen Peters van den Maerselaer het kleine huisje, hofje en de ooftbomen mag bezitten en aanvaarden na het overlijden van Lysken) aan genoemde Odulphus.
f 37v, 31 maart 1598: Jan zoon wijlen Aelbrechts in Heerbeeck en zijn vrouw Henricksken, Adriaen Jan Niclaess en zijn vrouw Jenneken, Jan Aerts van den Dycke en zijn vrouw Mariken, kinderen van Jan Henrickx van der Vleuten, zich mede sterk makend voor hun (schoon)broer Joost, verkopen een 4 te Naastenbest aan Adriaen Corneliss de Crom.
4.Door schade aan het papier is het object weggevallen. Het moet een perceel land betreffen
R.A. Oirschot Jan Toirkens 1601
234) 065 Goijaert zoon wijlen Mathijs Goijaerts draagt een stuk land over, groot 4 lopenzaad uit een groter stuk land, gelegen te Oirschot herdgang Aerle, b.p. Goijaert Janssn., het erf van de verkoper, Dirck Jan Haubraken, de gemeijnte. Het wordt nu tijdelijk overgedragen aan Elisabeth dochter van Henrick Goijaert Jacobs, weduwe van Jan van der Vleuten. De weduwe krijgt hier het vruchtgebruik van en haar kinderen het erfrecht. Goijaert belooft alle lasten van zijn kant af te handelen behalve de dorpslasten. Datum 28 februari 1601, getuigen Ven en H. Hoppenbrouwer.
066 Elisabeth weduwe van Jan van der Vleuten geassisteerd door Arien Jan de Hoppenbrouwer en Jan Aertssn. haar zwagers, als haar gekozen voogden die ook nog optreden voor Jan Aelberts ook hun zwager, hebben verklaard dat genoemde Goijaert deze 4 lopenzaad land weer zal mogen aflossen en terugkopen tegen betaling van 150 gulden. Dat dient dan wel op St. Bartholomeusdag te gebeuren maar niet per a.s. Bartholomeusdag, maar pas daarna per a.s. St. Bartholomeusdag over drie jaar of daartussen in. Als de aflossing nadien nog niet is gebeurd, dan zal de overdracht
In marge :
Met instemming van Elisabeth met haar voogd doorgehaald, datum 16 augustus 1604, getuige Nistelroij.
234-v) definitief zijn. Indien ondertussen genoemde Jan of Elisabeth zouden komen te overlijden voordat de drie jaar zijn verstreken, dan moet Goijaert deze akker op de eerste St. Bartholomeusdag nadien aflossen, en indien Elisabeth ongeveer 2 maanden voor St. Bartholomeusdag zou komen te overlijden dan mag Goijaert na deze St. Bartholomeusdag binnen een maand of 6 weken daarna aflossen. Datum en getuigen als boven.
067 Elisabeth geassisteerd als voor heeft genoemde Goijaert dit stuk land weer verhuurd tot St. Bartholomeusdag a.s. over drie jaar. Goijaert betaalt Elisabeth daarvoor 3 mudde goede rogge per jaar Oirschotse maat en betaalbaar op St. Bartholomeusdag en de eerste termijn is St. Bartholomeusdag over een jaar en in Oirschot in het woonhuis van genoemde Elisabeth te leveren, vrij van alle belastingen. Datum en getuigen als boven,
In marge :
Met instemming van genoemde Elisabeth doorgehaald, datum 16
augustus 1604, getuige Nistelroij.
f 202v, 28 februari 1601: Goijaert zoon wijlen Mathijs Goijaerts belooft aan Elisabeth Henrick Goyaert Jacops weduwe Jans van der Vleuten ter tocht en haar kinderen ter erfelijkheid een erfpacht te betalen van 4 mud rogge uit onderpanden in de herdgang Aarle. In een separate akte bekent voornoemde Elisabeth weduwe Jans van der Vleuten, geassisteerd met Adriaen Jans de Hoppenbrouwer en Jan Aertss, haar zwagers en voogden, die zich bovendien samen sterk maken voor Jan Aelberts, eveneens haar zwager, dat Goijaert de pacht zal mogen lossen op Sint-Bartholomeusdag over drie jaar met een hoofdsom van ? 150:0:0.
R.A. Oirschot Jan Toirkens 1604
177 440-v) Bernaert zoon wijlen Jan Joosten van Croonenburch draagt een huis, tuin etc. over, groot ca. 3 lopenzaad, gelegen in Oirschot, herdgang Aerle, b.p. Goijaert Willem Goerts, de kinderen van Corsten Danel Lanen, de straat. Het bezit wordt nu overgedragen aan Elisabeth dochter van wijlen Henrick Goijaert Jacops, weduwe van Jan van der Vleuten, waarbij zij het recht van vruchtgebruik krijgt en haar kinderen het erfrecht. Bernaert belooft alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 16 augustus 1604, getuigen H. Hoppenbrouwers en Nistelroij.
178 Elisabeth weduwe van Jan van der Vleuten geassisteerd door Jan Claes Henricks haar hierbij gekozen voogd, heeft verklaard dat genoemde Bernaert uit de vorige akte dit huis etc. weer zal mogen aflossen en terugkopen op St. Bartholomeusdag en wel precies op die dag, tegen betaling van 150 gulden, maar hij mag dit nog niet op a.s. St. Bartholomeusdag doen maar pas nadien en uiterlijk over drie jaar op St. Bartholomeusdag. Als hij dan niet heeft afgelost dan zal de overdracht van dit bezit definitief zijn. Indien Elisabeth onderwijl komt te overlijden voordat de drie jaar om zijn, dan zal Bernaert op de eerste St. Bartholomeusdag na haar overlijden moeten aflossen danwel zal het recht van aflossing komen te vervallen. Maar als Elisabeth een of twee maanden voor de termijn van drie jaar komt te sterven dan mag Bernaert zelf zijn aflossingstermijn bepalen tot een half jaar nadien. Datum en getuigen als boven.
In marge 1 :
Jan Alberts als man van Hendersken, genoemde Jan en Peter Jan Claessen als voogden over de minderjarige kinderen van Adriaen Jan Claessen verwekt bij Jenneken, verder Jan Aerts van den Dijck als man van Marijke, welke Jan Aelberts ook optreedt voor de minderjarige kinderen van wijlen Joost Jans van der Vleuten, zijnde allen zoons en dochters van wijlen Jan van de Vleuten verwekt bij Elisabeth, verklaren betaald te zijn door Bernaert Jan Joosten van Croonenburg voor 150 gulden. Datum 7 september 1613, quod attestor J. de Kelst, secretaris.
In marge 2 :
Deze huur is door Elisabeth verlengd voor twee jaar, ingaande St. Bartholomeusdag anno 1607 en loopt af in 1609 op St. Bartholomeusdag. Genoemde Bernaert belooft de huursom ten huize van genoemde Elisabeth te zullen voldoen met een bedrag van 150 gulden. Datum 23 augustus 1608, waarbij het voorgaande kontrakt zal blijven bestaan van de aflossing. Datum als boven, getuigen Verhoeven en Croonenburg.
179 Genoemde Elisabet daarbij als voor geassisteerd, heeft aan genoemde Bernaert het huis en de aanbouw verhuurd onder de navolgende voorwaarden tot a.s. St. Bartholomeusdag over drie jaar. De huurprijs is een mudde rogge per jaar Oirschotse maat steeds te betalen op St. Bartholomeusdag en de eerste termijn ( vervolg 442 )
180 441) Los klein velletje :
De verhuur die hier staat vermeld door Elisabeth is opnieuw verlengd voor twee jaar, ingaande St. Bartholomeusdag 1609 en eindigend op St. Bartholomeusdag anno 1611, de overige condities blijven gehandhaafd. Elisabeth verklaart voor deze periode van twee jaar huur te zijn voldaan. Datum 20 april 1610, getuigen D. Hoppenbrouwer en Nistelroij.
441-v)Blanco bladzijde
Vervolg179
442) per a.s. St. Bartholomeusdag over een jaar in het woonhuis van genoemde Elisabeth, vrij van alle belastingen etc. Datum en getuigen als boven.
f 440v, 16 augustus 1604: Bernart zoon wijlen Jan Joosten van Cronenburch verkoopt aan Elisabeth dochter wijlen Henrick Goyaert Jacops, weduwe van Jan van der Vleuten, geassisteerd door haar gekozen voogd Jan Claess Henrickss, koopt voor zichzelf ter tocht en voor haar kinderen ten erfrecht een huis, hof en erf van 3 lopenzaad in de herdgang Aarle. In een separate akte belooft zij ? 150:0:0 te betalen. I.m., 7 september 1613: Jan Aelberts met zijn vrouw Henricksken Jans van der Vleuten, Jan en Peeter Jans Claess, voogden van de onmondige kinderen van wijlen20 Adriaen Jans Claes bij haar zuster Jenneken, mede sterk voor de onmondige kinderen van hun broer Joost, worden gekweten van hun schuld.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.