Kwartierstaat R.J. (Rob) van den Berge » Frans Fransz. van Bodegom (< 1579-1638)

Persoonlijke gegevens Frans Fransz. van Bodegom 

• Hij is geboren voor 1579 in Delft, Zuid-Holland, Nederland.
• Hij is overleden in het jaar 1638 in Hekelingen, Zuid-Holland, Nederland.
• Een kind van Frans Jansse van Bodegom en Francoise Gerritsdr. van Roon
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 30 augustus 2020.

Gezin van Frans Fransz. van Bodegom

Hij had een relatie met Grietje Jorisdr..

Kind(eren):

1. Jan Fransz. van Bodegom  ± 1605-1649 
2. Cornelis Fransz. van Bodegom  ????-1683 
3. Jop Fransz. van Bodegom  ????-1650
4. Arijaantje van Bodegom  ????-< 1664
5. Angenietje van Bodegom  

Notities over Frans Fransz. van Bodegom

naam, geboorte, overlijden: http://members.chello.nl/l.barends2/genealogie%20van%20Bodegom.htm#V-a
Hij koopt 13 gemeten ,61 roeden ,teelland in de Uijtslag van Putten voor 1500 pond.(RA Hekelingen 979 ,101vs ,05-02-1631).
Vermeld te Spijkenisse sedert 1604, grondeigenaar ald. won. in de Oude Uijtslag van Putten onder Hekelingen.
In 1617 vermeld als eigenaar van grond in Spijkenisse en Simonshaven.
1-10-1618 vermeld in de Uijtslag van Putten werd in 1622 beschuldigd door zijn broer Pieter en zuster Anna. Zij stelden dat zij de enige wettige erfgenamen waren van hun vader Frans van Bodegom, die land bezat in het Hongerland bij Hekelingen, en dat hun "natuurlijke broer" Frans, terwijl zij zelf nog minderjarig waren, het land had toegeëigend. Ze eisten het land nu terug. Frans verdedigd zich voor de rechtbank en wordt in het gelijk gesteld.
16-5-1630 onder toezicht van Pieter van Bodegom, wie hij beleende in het Ambacht van Brabant.
Eiste 24-9-1608 18 pond van Pieter Jansz.
2-6-1617 acte van 'naasting' tegen Willem Willemsz Holy betreffende 4 'gemeten' land aan de Molenweg te Spijkenisse(= in Spijkenisserpolder).
20-10-1627 schuld van 7000 pond aan Anna van Bodegom voor de koop van haar woning en de landen in Putten, volgens de acte van 14-9-1627 opgesteld in het kasteel van Rhoon.
Kocht 13-6-1629 6 'gemeten' and 9 'roeden' 'teelland' in de Nieuwe Uytslag van Putten voor 12 00 pond.
Kocht 5-2-1631 13 'gemeten' 61 'roeden' 'teelland' in de Nieuwe Uytslag van Putten voor 150-0 pond. 16-5-1630 vermelding verband met een Houkmeetgen (landmeting ?) in het Ambagt of Brabant in opdracht van Pieter van Bodegom.
27-5-1637 verdeelde land met Borgert Beyens te Hekelingen.
24-10-1637 verdeelde land met zijn zoon Cornelis aangaande zijn moeders erfdeel.
Ondertekende 27-6-1637 een acte te Delft in duidelijk handschrift.
Overleed in 1638 te Hekelingen, in elk geval voor 9-1-1639.
29-10-1639 zijn kinderen verkochten de hofstede met meer dan 25 gemeten teel- en weiland aan Jeronimus Jacobs.
(http://members.chello.nl/l.barends2/genealogie%20van%20Bodegom.htm#V-a)
Frans overleed in 1638 te Hekelingen, in elk geval voor 9-1-1639.
Verlijdt Cornelis van Bodegem dode van Frans van Bodegem
zijn vader, 9 Januari 1639.
Op 29-10-1639 verkochten zijn kinderen de hofstede met meer dan 25 gemeten teel- en weiland aan Jeronimus Jacobs.
Waarschijnlijk oefende Frans het boerenbedrijf uit.
Frans wordt vermeld te Spijkenisse vanaf 1604, is grondeigenaar ald. won. in de Oude Uijtslag van Putten onder Hekelingen. In 1617 wordt hij vermeld als eigenaar van grond in Spijkenisse en Simonshaven.
Na het overlijden van zijn vader wordt Frans in 1605 samen met zijn [half]broer Gerrit vermeld.
Jacob Arensz Noortlander, won. in Spijkenisse, heeft voor 564 pond verkocht en transporteert aan Frans Fransz van Bodegem 2 gem. 2 lijnen 96 r. weiland in Brabant, belend: n. de Houwerse weg, o. Grietge Cattendijcx, z. de weg van Aelbrecht Willemsz van Proeyen en w. de Hekelingse weg.
In 1622 werd Frans beschuldigd door zijn broer Pieter en zuster Anna. Zij stelden dat zij de enige wettige erfgenamen waren van hun vader Frans van Bodegom, die land bezat in het Hongerland bij Hekelingen, en dat hun "natuurlijke broer" Frans, terwijl zij zelf nog minderjarig waren, het land had toegeëigend. Ze eisten het land nu terug.Frans verdedigd zich voor de rechtbank en wordt in het gelijk gesteld 16-5-1630 onder toezicht van Pieter van Bodegom, wie hij beleende in het Ambacht van Brabant.
Henrick Jansz Backer als principaal, Jan Jansz Bosch, Cornelis Fransz, Arien Jan Eelantsz en Cornelis Bouwensz als borgen, bekennen aan de erfgenamen van Frans van Bodeghem zal. een schuld van 430 pond boven nog 9 pond en 4 pond 10 st. per jaar volgens twee oude rentebrieven, die de erfgenamen zelf op het gekochte sprekende hebben en die hij comparant tot zijn last neemt, wegens koop van een huis en erf aan ’s heren straat in Spijkenisse buitendijks, belend: n.o. Griete Jans, z.w. Neeltge Cornelis Burrits. Hij belooft in termijnen te betalen onder verband van het gekochte en al zijn verdere goederen.
Henrick Jansz Backer als principaal, Jan Jansz Bosch, Cornelis Fransz, Arien Jan Eelantsz en Cornelis Bouwensz als borgen, bekennen aan de erfgenamen van Frans van Bodeghem zal. een schuld van 430 pond boven nog 9 pond en 4 pond 10 st. per jaar volgens twee oude rentebrieven, die de erfgenamen zelf op het gekochte sprekende hebben en die hij comparant tot zijn last neemt, wegens koop van een huis en erf aan ’s heren straat in Spijkenisse buitendijks, belend: n.o. Griete Jans, z.w. Neeltge Cornelis Burrits. Hij belooft in termijnen te betalen onder verband van het gekochte en al zijn verdere goederen.
Op 20-10-1627 had Frans een schuld van 7000 pond aan Anna van Bodegom voor de koop van haar woning en de landen in Putten, volgens de acte van 14-9-1627 opgesteld in het kasteel van Rhoon,
kocht 13-6-1629 6 ’gemeten’ and 9 ’roeden’ ’teelland’ in de Nieuwe Uytslag van Putten voor 12 00 pond, kocht 5-2-1631 13 ’gemeten’ 61 ’roeden’ ’teelland’ in de Nieuwe Uytslag van Putten voor 150 0 pond.
Bij de lenen van Putten is sprake van "Frans van Bodegem te Hekelingen bij overdracht door Pieter van Bodegem" op 16-5-1630 en op 18-1-1639: Cornelis van Bodegem te Spijkenisse bij dode van Frans, zijn vader, weduwnaar van Grietje Jorisd., wonend in de Oude Ui t s l ag v an Put t en, na kavel i ng.
Jan van Bodegem, baljuw van Delfland, bij overdracht door Willem François van Bodegem, zijn broer, wordt op 14-10-1556 genoemd.
Op 24-10-1637 verdeelde Frans land met zijn zoon Cornelis aangaande zijn moeders erfdeel, ondertekende 27-6-1637 een acte te Delft in duidelijk handschrift.
Pieter Willemsz Voorstadt, won. in ’s-Gravenhage, heeft verkocht en transporteert aan Frans Fransz van Bodegem de helft van 11 gem. 18 r. weiland aan de Hekelingse weg in Brabant gemeen met Jacob van der Goes, get. nr. 152 en 153, het geheel belend: w. en n. de weduwe of kinderen van Claes Arensz Goutswaert, o. de heer van Noordwijk en de Bronckhorsten en z. de Hekelingse weg, betaald met een
schuldbrief. Tot meerdere zekerheid geeft de verkoper over de transportbrief gepasseerd door Jan Jansz Bosch.
Frans Fransz van Bodegem, won. in de Oude Uitslag van Putten, bekent aan Pieter Willemsz Voorstadt een schuld van 1200 pond wegens bovenvermelde koop. Hij belooft in termijnen te betalen onder verband van het gekochte.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Frans Fransz. van Bodegom?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Frans Fransz. van Bodegom

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen