Aangever geboorte was zijn vader Christiaan Pieter Frietman, 32 jaar, verwer; getuigen waren Jan Roeland, 28 jaar, werkman en Antonie Meere, 53 jaar, kleermaker.
Tijdstip: 19:30
(Abstederdijk nr. 53c) Aangevers overlijden waren Johannes van Engelenburg, 49 jaar, bode en Johannes Pieter Mos, 51 jaar, portier.
Tijdstip: 04:00
Hij is getrouwd met Jacoba van den Berg.
Zij zijn getrouwd op 6 mei 1846 te Utrecht , hij was toen 26 jaar oud.
Huwelijksgetuigen waren Johannes van Embelen, 71 jaar, bediende, Jan Smit Tjabring, 35 jaar, stadsbode, Willem Hendrik Molijn, 43 jaar, stadsbode en Willem Martinus van Monssou, 56 jaar, stadsbode.
Kind(eren):
Het echtpaar is gescheiden 28 januari 1862 te Utrecht .
Pieter heeft een bewogen periode gekend.
In het inschrijvingsregisters van de strafkolonie Veenhuizen van veroordeelde bedelaars en vrijwilligers wordt Pieter Frietman samen met zijn zoon, Christiaan Cornelis Frietman ingeschreven 2-5-1854, met als herkomst Zwolle, en worden zij op 20-6-1857 weer uitgeschreven. Zijn zoon is dan pas 5 jaar !
[Inschrijvingsregisters van veroordeelde bedelaars en vrijwilligers 1822-1866 - deel T, archiefnummer 0137.01, inv.nr. 438, aktenr. 2125.]
Pieter doet daarom niet zelf de geboorte aangifte van zijn zoon Johannes in 1854. Twijfelachtig is de geboorte van zijn zoon Cornelis Theodorus op 26 juni 1857. Pieter zat toen in de strafkolonie en vermoedelijk heeft zijn vrouw hem daar wel bezocht met een gelegenheid om een kind te verwekken.
Helaas heben zij hier niets van geleerd. Op 4-12-1857 worden zij wederom ingeschreven, met als plaats van herkomst Zwolle, en worden zij 5-5-1859 weer uitgeschreven
[Inschrijvingsregisters van veroordeelde bedelaars en vrijwilligers 1822-1866 - deel U, archiefnummer 0137.01, inv.nr. 439, aktenr. 5023.]
Op 11-7-1859 worden zij wederom ingeschreven en op 13-8-1860 weer uitgeschreven.
[Inschrijvingsregisters van veroordeelde bedelaars en vrijwilligers 1822-1866 - deel T, archiefnummer 0137.01, inv.nr. 438, aktenr. 2764.]
In 1861 komt hij voor in het “Alfabetische naamlijsten van correctioneel veroordeelden; 1838-1893”.
Pieter woonde samen met zijn zoon, Christiaan Cornelis Frietman, te Amsterdam ten tijden van zijn echtscheiding in 1862.
[Bevolkingsregister 1853-1863, archiefnr. 5000, inv.nr. 550; Gemeente: Amsterdam; Periode: 1851-1863.]
Hij wordt te Culemborg ingeschreven op 11-10-1867 en weer uitgeschreven op 2-10-1868 naar Utrecht.
[Bevolkingsregister gemeente Culemborg 1860-1870, wijk A 2.]
Hij is dan in dienst bij kleermaker Cornelis Wilhelmus Deenik.
[Archief van het stadsbestuur en gemeentebestuur van Culemborg, 1813 – 1930; Bevolkingsregister gemeente Culemborg 1860-1870, wijk A 2, reg.nr. 4016.]
Op 27-7-1876 wordt hij vanuit het armenhuis te Amsterdam uitgeschreven naar Rosmalen.
[Bijzondere registers, archiefnummer 5000, inv.nr. 2537: Gemeente: Amsterdam: Periode: 1869-1896.]
In 1881 wordt hij te Assen veroordeeld voor een misdrijf (onbekend waarvoor).
[0107_507.8 Alfabetische namenlijst van correctioneel veroordeelden: vonnis 833 uit het jaar 1881 zie toegang 0107 inv.nr. 6.]
Te Koedijk wordt hij ingeschreven op 6-4-1881 komende te ’s-Gravenzande en wordt 16-7-1881 uitgeschreven naar Arnhem (?) met de aantekening “heeft zich daar niet aan gehouden”en wordt dan uitgeschreven op 13-9-1881 naar Norg, Veenhuizen, nr. 3.
[Dienstboderegister, archiefnummer 77.1.2.029, Bevolkingsregisters Regiogemeenten, inv.nr. 396, blad 10; Gemeente: Koedijk: Periode: 1863-1889.]
In 1883 wordt hij wederom te Assen veroordeeld voor een misdrijf (onbekend waarvoor).
[0107_507.9 Alfabetische namenlijst van correctioneel veroordeelden: vonnis 2732 uit het jaar 1883 zie toegang 0107 inv.nr. 8.]
Te Amsterdam vinden we hem in het patienten register opgenomen op 30 november 1889 en ontslagen op 21 januari 1890 “armenhuis”,
[Patiëntenregisters, archiefnummer 5268, inv.nr. 2496: Gemeente: Amsterdam, Periode: 1890.]
en op 24 juni 1896 en ontslagen op 31 juli 1896.
[Patiëntenregisters, archiefnummer 5268, inv.nr. 2502: Gemeente: Amsterdam, Periode: 1896.]
Opvallend is dat hij beide keren als weduwnaar van Jacoba van den Berg staat vermeld.
Pieter Frietman | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1846 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jacoba van den Berg |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.