tussen 3 juni 1719 en 1 januari 1723
(1) Hij is getrouwd met Evertje Warmolts.
Zij zijn getrouwd op 22 december 1699 te Beerta.
(2) Hij is getrouwd met Aeltjen Dercks.
Zij zijn getrouwd op 25 april 1704 te Midwolda, Groningen, Nl.
(3) Hij is getrouwd met Geeske.
Zij zijn getrouwd op 13 augustus 1708 te Nieuw Scheemda.
Kind(eren):
20 september 1679 - Midwolda - 731-7122 - fol.35 - Tiddo Luppes en Martjen Wijpkes] (ehel.), in Nieuw Beerta, zijn schuldig aan Coerdt Sijpkes, Peter Geerdts Torn en Peter Cornelis, voogden over Jacob Geerdts' nagelaten zoon, Jacob Geerdts , genoemd, 200 car.gld. à 5%. De schuld is afkomstig van een obligatie over wijlen Jan Roelofs en Tette (gew.ehel.). Getuigen: Ebo Taken en mr. Ebo Autjens.
De zoon blijkt dezelfde naam te dragen als de vader Jacob Geerdts, dit wordt echter niet als zodanig in deze akte vermeld
17 maart 1690 - Midwolda - 731-7122 - fol.274 - Egberdt Jacobs en Jan Geerdts, namens zijn broer Jacob Geerdts en Trijntjen Geerdts, zijn zuster, te Bedum, maken een afhandeling met Sijbelo Meeckens, te Midwolda, m.b.t. de nalatenschap van Aefke Jacobs, getrouwd geweest met Sijbelo Meeckens, en zuster van Egberdt Jacobs, moei van Jan Geerdts en zijn broer en zuster. Ze ontvangen van Sijbelo Meeckens de kleren van Aefke. Getuigen: Harcko Dercks en Ebo Autjens, schoolmeester.
22 december 1699 Beerta 731-7078 fol.492 - H.V. Jacob Geers en Evertje Warners. Jacob brengt in de helft van een behuizing, en de helft van 7 deimt land staande en gelegen in Oostwold, nog de helft van 9 deimt eveneens in Oostwold aan Golthooren gelegen, nog de helft van 2 deimt nieuwland gelegen tussen de oude en de nieuwe dijk in Oostwold; nog de helft van 12 deimt buitendijks onder Finsterwolde gelegen; sijnde moederlijk erfgoet te samen. Nog de helft van een tichelwerk gelegen bij Finsterwolde, buitendijks. Tevens een kapitaal van 400 gld. volgens obligatie ten laste van Jan Bennes over de erfgenamen van Pieter Geers Torringa. 400 gld. volgens verzegeling, 300 gld. kapitaal met een jaar rente van 700 gld. volgens handschrift ten laste van Mentko Wijpkens Brg.: Goert Laurens en Meenje Beerens (ehel.), neef van moederszijde; Tjacko Jans en Abelke Peters Torringa (ehel.), nicht van vaderszijde; Br.: Warmolt Harkes, vader; Jan Warmols, broer; Liefke Warmols, zuster; Getuigen: Roelf Roelfs en Roelf Hermans.
2 mei 1701 - Beerta - 731-7079 - fo1.40 - Candidatus Petrus Theodori en Catharijn ter Ham (ehel.) verkopen aan Jacob Geerdts en Evertie Warmelts (ehel.) de helft van de plaats of heerd land door de kopers gebruikt, de behuizing die op de heerd staat behoort de kopers. De andere helft van de heerd behoort de erfgenamen van Ewijna Tonckens, deze helft wordt niet mee verkocht. De gehele heerd heeft ten noorden de Ekamper of Oostereijnder swetten, ten oosten Hindrick Jans en consorten, ten zuiden de Heeresloot, ten westen de weduwe van de schrijver Buiningh. Prijs: 3000 car.gld.
25 april 1704 - Midwolda 731-7122 - fol.544 --H.V.
Jacob Geerts en Aeltjen Derks. Brg.: Bouke Harkes, nicht; Br.: Jantjen Cornelijs, moeder; Jacob Derks, broer; Zebe Oljes, zwager; Aeries Rieuwes en Hebbeltjen Derks (ehel.), zuster; Knelske Derks, zuster; Cornelijs Roelfs en Itjen Mennekes (ehel.), neef en nicht; Getuigen: Richte Cornelijs en Albert Simens.
2 mei 1701 - Beerta - 731-7079 - Fol.41 - Kandidaat Peter Theodori en Catharijna ter Ham (ehel.) verkopen aan Jacob Geerts en Evertjen Warmolts (ehel.), in de Beerta, de helft van de heerd land zoals kopers gebruiken, de behuizing op de heerd staande behoort aan de kopers. De andere helft behoort de erfgenamen van Ewijna Tonckens, deze helft wordt niet mee verkocht. De gehele heerd heeft ten noorden de Ekamper of oostereijnder scheijtswetten, ten oosten Hindrick Jans en consorten, ten zuiden de Heresloot, ten westen de weduwe van de schrijver Buiningh. Prijs: 3000 car.gld. En een gouden dukaton. Getuigen: Meinard Brauw en Roelf Roelfs.
8 augustus 1705 - Beerta - 731-7079 Fol.221 - Jacob Geers in de Beerta is schuldig aan Jacob Cornelius en Deuwer Pieters (ehel.), in de Beerta, 700 car.gld. à 42%. Getuigen: Jan Beerents en Beerent Jans
28 januari 1706 - Meeden - 731-7111 - Jacob Geerts, in de Beerta, leent van de twee zonen van Ammo Hickens, met name Hicke Ammes en Lubbert Ammes 900 car.gld. a 4%. Te weten van Hicke 600 car.gld. en van Lubbert 300 car.gld.
10 maart[?] 1711 - Midwolda - 731-7123 - fol.6 - Jacob Geerts ter ener en Homme Harkes en Cornelske Engelberts (ehel.) ter andere zijde. Ze maken een scheiding van mandelige landen in Oostwold en Finsterwolde. Jacob Geerts krijgt het land te Oostwold, genoemd de Goldhorender venne, ten noorden de Hereweg, ten oosten en zuiden de erfgenamen van burgemeester Julsinga, ten westen kapitein Tamminga. Nog 2 deimt ook te Oostwold, ten noorden de dijk, ten oosten de erfgenamen van burgemeester Julsinga, ten zuiden de gemene weg, ten westen Thomas Knars. Homme Harkes en zijn vrouw verkrijgen het land in Finsterwolde uit 't suden van de dijk sig uitstrekkende tot in de Dullart, ten oosten dijkgraaf Bek, ten westen de ontvanger Eeck en het huis hierop staande. Ze zullen aan Jacob Geerts als toehake geven 600 gld. Getuigen: Mentco Wijpkes en Albert Hindriks.
12 september 1711 - Midwolda - 731-7122 - fol.30 - Jacob Geerts, namens Geeske Hermans, zijn vrouw, Feije Hermans, en Nanno Hermans, erfgenamen van Herman Feijes en Edske Nannes (gew.ehel.) verkopen aan ds. Hermannus Meijer, pastor in de Scheemda, 4 deimt land in Scheemderhamrik, ten noorden, zuiden westen kopers, ten oosten de pastorie. Prijs: 720 gld. Getuigen: Nanno Elties en Peter Jans Smit.
28 april 1716 - Beerta - 731-7080 - fo1.444 - Jacob Geerts en Geeske Harmens (ehel.) verkopen aan Fiepko Harmens en Tettje Juikes (ehel.) hun halve behuizing met het vierde deel van de plaats in de Beerta gelegen zoals ze zelf bewonen en gebruiken. De andere 3/a deel van de plaats behoort de kopers evenals de halve behuizing. De heerd heeft ten noorden het Ekamper of Oostereinder swette, ten oosten Hindrik Jans en consorten, ten zuiden de Herensloot, ten westen Fenne Mennes, weduwe van Hindrik Ockens. Prijs: 3900 car.gld. Getuigen: schoolmeester Pieter Venema en Herman Herbarts.
4 mei 1716 - Beerta - 731-7080 - fo1.446 - Jacob Cornelius en Diewer Pijeters (ehel.) verkopen aan Jacob Geerts en Geeske Harmens (ehel.) hun behuizing met het beklemrecht of de overdracht van de plaats, zoals de gezworene Berghuis toebehoort, gelegen in de Beerta, zoals ze tot op heden hebben bewoond en gebruikt. Inwelke coop ook begrepen is een arbeidershuisje op dit land staande. Tevens de til over het diep en de hekken en wringen op het land. Prij s: 3000 gld. Getuigen: Pieter Venema, schoolmeester; Herman Harberts.
1721 Beerta -1-2145 - Staten Archief - verponding - ao - Jacob Geerdts - 63 deimt - 2 roeden - 65 voeten.
15 januari 1722 - fol.323 - Hindrik Jans, pr. vmd. over Hindrik Lutjens' zoontje bij Eemke Jans, genoemd Jan Hindriks], namens zijn medevoogden, Peter Jans en Peter Jans Smit, ter ener en Eemke Jans ter andere zijde. Ze maken een afhandeling van de nalatenschap van Hindrik Lutjens. Eemke Jans verkrijgt de gehele nalatenschap. Ze belooft haar zoon tot 16 jaar te onderhouden waarna hij van haar ontvangt 225 gld. Getuigen: Geuke Hermans en Jacob Geerts.
27 januari 1723 - Oldambt - 731-5590 - [V qq 3] - Jan Engelberts, Nanno Harms en Eltio Unekes, voogden over wijlen Jacob Geerdts' kinderen bij Geeske Harms in echte verwekt, ter ener en Geeske Harmens, als moeder, ter andere zijde. Afliandeling m.b.t. de vaderlijke goederen. De moeder, Geeske Harmens verkrijgt de gehele erfenis. Op hun zestiende krijgen de kinderen 13 deimt land in Oostwold. Wanneer de oudste pupil 16 wordt krijgt ze bovendien de halve beklemming van de plaats te Beerta welke de moeder gebruikt met 3500 car.gld.
27 januari 1723 - Oldambt - 731-1382 - [Voo 9] - Inventaris opgemaakt na het overlijden van Jacob Geerdts. De inventaris van 1723 geeft het volgende beeld: - Int binhuijs - 4 kasten groodt en klien, 5 tafels grodt en klien, 3 vuijren banken met een eeten spin, 1 eecken boeckast met de boecken, 15 stoelen groot en klien, 1 uyrwarck met een unster, 4 keesbreden met drie meeltinies, 2 stoebers een spielgel[!], 2 vuijrpannen twee halen grot en klien, 4 korven een gieter een does een klien backien, 33 tafel breden met een mantel stak, 1 weeg met die schamel, 1 schal met die wigt een hael, 2 weelen een haspel met kron en trilhek 1 vuijren slapbanck een mandelstock en bret, I hekel 1 ribvel een riebijser, 6 stooven een bestock, 1 loeuwagen een hackvat en mes,
2 kleerlinnen een paar krassen en 1 seijgorde, 1 brantijser een truijfel - In de schuijre - o.a. 3 wagens,
3 ploegen, drie eijden, 2 ketten, 1 schuep en kloet, 3 sieltuijgen een eenspan, 6 tommen, twe roscammen, 1 tets een leydzeel - Levendige have - 14 koeien jonck en olt, 6 huijckellins, 1 enterbol, 1 kalf, 9 peerden jonck en olt, 3 swijnen, 6 schapen, 21 hoender
13 deimt land te Oostwold - 10 deimt land te Scheemderhamrik
een brief over Feickke Harms 665-3-0
een handschrift over Knelliske Engelberts 600-0-0
een handschrift over Wendelke Hindericks wed. van Harm Bondekes 250-0-0
een handschrift over Aeltien Harms, weduwe van Roelf Sebes 50-0-0
een handschrift over Albert Roelfs 40-0-0
een handschrift over Pieter Harms 400-0-0
an Feyye Harms schuijldig 46-0-0
Geeske Harmens verklaart dat alles nae mennoniten maniere.
Jacob TORRINGA | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1699 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Evertje Warmolts | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1704 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aeltjen Dercks | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(3) 1708 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geeske | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.