Op heden den vijfentwintigsten Augustus Achttienhonderd Negen-en-Zestig, zijn voor ons ondergeteekende Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Stad Amsterdam, in het huis der Gemeente, verschenen, ten einde een Huwelijk aan te gaan:
Salomon Nabarro, diamantversteller (milicien), geboren en wonende alhier, oud drie en twintig jaren, meerderjarige zoon van Isaac Nabarro, koopman en Branca Isaac Korper (?), wonende alhier ter eenre en
Sara Roodveldt, naaister, geboren en wonende alhier, oud twee en twintig jaren, minderjarige dochter van Abraham Isaac Roodveldt, overleden en Hester Meijer Aldenberg, zonder beroep, wonende alhier, ter andere zijde. En verklaarden de ouders des bruidegoms en de moeder der bruid voor ons tegenwoordig toe te stemmen in dezen echt.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn blijkens het daarvan hiernevens gevoegd bewijs, onverhinderd geschied alhier den vijftienden en twee en twintigsten dezer. Voorts zijn aan ons overgelegd ten eerste de geboorteacten der verloofden, ten tweeden de doodacte van den vader der Bruid. En verklaarden de Verloofden bij deze te erkennen een Kind genaamd Branca Roodveldt, geboren alhier, den vijfentwintigsten December des jaars Achttienhonderd acht en zestig.
Waarna wij hun hebben afgevraagd of zij elkander aannemen tot eeeeechtgnooten, en getrouwelijk alle de pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den Huwelijken Staat verbonden zijn: hetwelk door hen, uitdrukkelijk met JA beantwoord zijn, hebben wij in naam der Wet uitspraak gedaan, dat zij door het Huwelijk aan elkander zijn verbonden.
In tegenwoordigheid van:
Jan Wouter Kruger, kruier, oud een en dertig, Simon ?, oud zes en vijftig, Jacob Samuel Koper, onderwijzer, oud een en veertig en Marius Levie Hond, diamantslijper, oud vijf en dertig jaren, wonende allen alhier.
En is hiervan door ons opgemaakt deze Akte, welke na voorlezing, door de Komparanten, de getuigen en ons is onderteekend, uitgezonderde Echtgenoote en de ouders die verklaarden niet te kunnen schrijven.