De doperse kringen in het kerspel 't Zandt zijn ontstaan in de eerste helft van de zestiende eeuw. De vroegste berichten over hun aanwezigheid in dit gebied stammen uit 1528 en 1534. En een Ommelander boer uit deze tijd schreef dat "de wederdopers den loop (hadden) in den Arek upt Sandt'. Hier woonde Eppe Peters, een welgestelde boer die zijn huis openstelde voor de volgelingen van de nieuwe leer. Mede daardoor werd 't Zandt al spoedig een centrum van de beweging van de wederdopers.
Een Mennisten-vermaning (een kerkgebouw van de doopsgezinde gemeente) werd vroeger Ark genoemd. In 1534 was 't Zandt een centrum van wederdopers. Er stond een grote boerderij 'de Arke' genoemd. Deze behoorde aan Eppe Peters, 'eyn rijck man' (boerderij De Arck, Korendijk 5, ’t Zandt, in 1535 de plek waar Eppe Peters woonde met het hierbij behorende verhaal over de Santdoperen).
De profeet Harmen Schoenmaker wilde een evangelisch wonder verrichten. De boer van "De Ark" (in 't Zandt), Eppe Peters, had een lamme voet, maar na het bevel "Sta op en wandel!" bleef genezing uit. Eppe Peters wilde Schoenmaker niet beschaamd maken en vluchtte naar zijn buurman.
"De doperse gemeente van 't Zandt bestond, naar de namen te oordelen, uit huislieden (= zelfstandige boeren) en ambachtslieden. Onder hen onderscheidden zich twee personen: Johan Peters, een paardenhandelaar en Eppe Peters, bezitter van de Ark, 'eynrijck man'. Hun geestelijke leider was de 'oudste' Obbe Philips, afkomstig uit Friesland."
In opdracht van de Edele Vrouwe van Ewsum werd, zoals boven reeds werd aangegeven, op 8 mei 1534 in de kerken van Middelstum, Leermens en ’t Zandt het Plakkaat van de Stadhouder en de Hoofdmannen afgekondigd (de ‘Hoofdmannen’ waren rechters die doorde stad Groningen waren aangewezen voor de rechtspleging in de Ommelanden). In dit plakkaat werd bepaald dat vreemde wederdopers en allen die hen herbergden het Gelders gebied vóór zonsondergang hadden te verlaten. Tevens werden die Ommelanders ‘diemit die voerscreven nie (= nieuwe) secte besmyt were’ voor een jaar uit het gewest verbannen, met verlies van het beheer over hun goederen. In de praktijk bleek dit alles nogal mee te vallen. Eppe Peters en Johan Peters werden beboet met 5 mark enRener Cremer met 4 mud rogge en een stuk spek. Aan de beide laatstgenoemden lukte het met de redger een aparte schikking te treffen. De vrouw van Tamme Cupers, die enige Hollandse ‘lutterse’ (= Lutherse) vrouwen en kinderen had geherbergd ‘ys affkomen voer 2 emd. gel.’ (= Emder Gulden).
________________________________________________________________
De ark van ’t Zandt
Waar is de ark, die genoemd wordt in verband met de (ge)beurtenissen in 1535, te localiseren? Bekend is dat het de boerderij van de huisman Eppe Peters was liggende ‘onder de klokslag’ van ’t Zandt. De locatie is een boerderij aan de Korendijk. Het spoor naar deze boerenplaats werd uitgezet door pater Mijleman die tijdens de illegale missiearbeid onder de katholieke minderheid in de Ommelanden een veilig rustpunt vond op de Omtedaborg bij ’t Zandt. Hij beschreef, na het lezen ‘in de olde schriften’ de gebeurtenissen die toen een eeuw geleden hadden plaatsgevonden ‘ter selver huusmansplaats nu noch De Arche Noe (= Noach) genaemt’. Deze lag ‘niet verre van de borg Ompteda noordwaerts vier ofte vijf rennen af’. Wetende dat ‘ven’ de oud-Groningse benaming is voor een perceel grasland, komt men uit bij de boerderij aan de Korendijk 5. Hiervan wordt geschreven: ‘in 1610 gebruikt Hayo Jochems in de Ark 56 grazen waarvan 28 grazen binnen en 28 grazen buitendijks voor f. 119,-. Ook een andere aanduiding van Mijleman ‘de arke, twee huysen van Jonkheer Omteda’ wijst in dezelfde richting. I. Hamming stelt ‘men gaf de naame Arke Noe (= Noach) aan plaatsen van samenkomst’.
In 1530 woonde de vermaner Eppe Pieters op de boerderij "De Arck" in 't Zandt.
Hij is getrouwd met Onbekende Vrouw.
Zij zijn getrouwd
Eppe Peters | ||||||||||
"De doopsgezinde vermaning van Zijldijk", van P. Coolman en Teun Juk; "Arkema", artikel van Mattie Bruining-Hoeksma in GroninGEN 2016, nr. 3; De ‘Santdoperen’ van Obbe Philips; 't Zandt 1889 - 1989. Boerderijenboek, uitgegeven in 1989, J. E. Huizinga; "Boerderijen op het Hoogeland", Mattie Bruining-Hoeksma