Spellingvariant: Henryck Kater, Henrica Cater, Hendrica Kater of Hendrick Kater.
Hendrick Cater was de eerste vrouw van Johan van Ewsum. Vóór halverwege de 16de eeuw was het in Stad en Lande gebruikelijk dat de vrouwelijke variant van een mannelijke voornaam dezelfde vorm had. Pas in de 17de eeuw verdween dat gebruik volledig. Bekend is het versje "Abel, Joost, Willem, Jan, wie is daar de dochter van?", waarmee de dochter en drie zonen van Abel Coenders bedoeld werden.
Haar zus Henrica Kater huwde rond die tijd met Johan van Ewsum van de havezate Mensinge te Roden. Deze Johan van Ewsum ging een maatschap aan met Reinold van Burmania (de drost van Coevorden) en zijn neef Reineke van Burmania uit Leeuwarden. Het doel van deze maatschap was het opzetten van een veenderij bij Veenhuizen, maar deze overeenkomst werd uiteindelijk met een ruzie opgebroken. Na de dood van Henrica Kater trouwde Johan van Ewsum met een dochter van Bawe en Joost; Anna van Burmania.
De mislukte veldtocht (naar Denemarken) van 1536 zou voor Johan van Ewsum de afsluiting van zijn jeugdjaren betekenen. In 't volgend jaar trouwde hij met Henryck Kater en vestigde zich voorloopig op den Nienoord. Zelf bediende hij het grietmanschap van Vredewold.
Het huwelijk (van Johan van Ewsum) met Henrick Kater bleef kinderloos en de gezondheid van zijn vrouw liet te wenschen. Zij werd door een slepende ziekte aangetast; zeer vroom en weldadig droeg ze haar lijden met een bewonderenswaardig geduld.
Henrick Kater was - na zes jaar bedlegerig te zijn geweest - in 't najaar van 1549 gestorven.
Johan (van Ewsum) was eerst getrouwd met de volgens Hartgerink-Koomans (1938) "bigotte (= overdreven vroom), hoogmoedige en buitengewoon schraapzuchtige" Hendrika Kater, die leed aan een "hopeloze ziekte".
Zij is getrouwd met Johan van Ewsum.
Ze zijn in de kerk getrouwd in het jaar 1537.Bron 4
Henrick Cater ![]() | ||||||||||||||||||
1537 | ||||||||||||||||||
Johan van Ewsum |