Hij is getrouwd met Vrouw Willem Leenslag.
Zij zijn getrouwd
Kind(eren):
In het buitengebied van het historische stadje Lochem ligt rondom een voormalig kasteel de buurtschap Nettelhorst. De nog aanwezige ruine, met de fraai gerenoveerde koetshuizen, ademen nog de sfeer van het verleden. In de buurtschap Nettelhorst ligt onze boerderij de Waltakke. De naam van de boerderij is afgeleid van het woord wald akker. Op onze boerderij werden vroeger de jaarlijkse houtverkopen gehouden.
De bouwehoven ende erven "Grote en de Kleine Beerhorst" alsmede "de Leenslagen" worden genoemd in de volgende leenakte als onderhorig aan het "Huys van Nettelhorst":
Idem draecht verscheyden allodiale goederen op aen de Ed. Mog. Heren Staten van Gelderlandt om met dit leen geconsolideert ende tot een leen gemaeckt te worden, volgens twee opdrachten ende extracten uyt de prothocollen van de stadt ende schultampt van Lochem van 26 ende 27 April 1688, ende is oversulckx beleent met de heerlijckheit, huys ende goet te Nettelhorst met manschappen, visserijen, holtgerichten ende andere toebehoren, in de graefschap Zutphen, karspel van Lochem, buyrschap Langen gelegen, daeronder gehoren de naevolgende goederen ende landerijen, den comparant doir dode sijnes vaders aengeerft, alsmede die deselve daerbij gecocht heeft ende naemaels daerbij copen mochte, naementlijck volgende bouwhoven ende erven Morgensteern, Bouhuys, Hoochstege, Blanckvoert, Volckerink, Kilholt, Wonninck, Sprockelhorst, Koeslach, Moysump, Swickelaer, Oevelgoer, Coop, Hagen, Brummel, Harckinck, Dam, Braecke, Groot Egelinck, Cleyn Egelinck off Mol, Nieuhoff off Dammer, waerin het Swieperbroeck; de halfscheit van de goederen Kempe ende Kistemaecker, sooals dieselve met Jacob Schimmelpenninck van der Oy tot de Clouse sullen gedeilt worden, alsoock dese naervolgende parcelen, die buiten die erven ende bouwhoven worden gebruyckt ende verpacht, als de Grote ende Cleyne Beerhorst, den Dol, Cleyn Harckinck off anders de Senninckhorst geheiten, het groote ende cleyne Langensbroek, het Reigersbroeck, het Hobbenschot, de Slootmathen, de Ponjaertsmathe , de Middachtens mathe, de Jaeltinckx mathe, de Voortmans mathe, de Bolmans mathe, de Seckmathe , de Heestermathe, de Hovermeeckes, het Duivelsgoorken, de Osseweide , de groote ende cleine Veeweiden, het Swartegoor, de Beversweert, het Harckincksslach, de grote Soetenhorst, het Heyinckslach, het Hemelrijck, de Leenslagen, het, Wissinckslach, het Huygenslach, Grevenslach, de weiden op het Osselaer ende het aenpart in de grote horst van het Hitlandt, en dan voorts alle sodaenige bouw-, hoey,weide- off groenlanden en andere oude off nieuwe rechten en toebehoren, niet daervan uytgesondert, van wat naetuyr die oock souden mogen sijn, sooals deselveden comparant tegenwoordich toecomen ende off deselve naemaels mach aencopen, en sooals deselve goederen in den schultampte en schependom van Lochem sijn gelegen, alhoewel haere naemen niet specialick sijn uytgedruckt, volgens resolutie vande Ed. Mog. Heren Staten deser Lantschap van den 9 April 1688 wederom te leen ontfangen ten Overijsselschen Stichtschen rechten, met een pont goets gelts te verheergewaeden, en is daermede beleent Walraven van Heeckeren, heer tot Nettelhorst, lantdrost der graefschap Zutphen, den 14 Mey 1690.
Bron: Register op de leenaktenboeken van het vorstendom Gelre en graafschap Zutphen - Het kwartier van Zutphen. Lochem - Dat huys te Netelhorst.
Er is elders nog sprake van een gelijknamige boerderij:
Beerhorst, Broeckhuisen,
7 Kleijne koeijen weidens, voor 70 gl. en tot pontschattinge 24 gl. Hier bij eenige roeden Dijcks end 24 roeden weterings.
Bron: Verpondingskohier Richterambt Doesburg - Afschrift Kreijnck. Kerspel ANGERLO 1648.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.