GenLias vermeldt Geboorteakte no 256 d.d. 6 december 1877
GenLias vermeldt Overlijdensakte no 4 d.d. 19 januari 1942
Hij is getrouwd met Hendrika GOLDSTEEN.
Zij zijn getrouwd op 24 december 1904 te Meppel, Drenthe, Nederland , hij was toen 27 jaar oud.
GenLias vermeldt Huwelijksakte no 1s met de opmerking "Huwelijk niet voltrokken". In eerste
instantie was er enige verwarring over dit feit. De huwelijksakte was geheel uitgeschreven en
daarna met een groot kruis doorgehaald en in de kantlijn staat een aantekening "De doorhaling van
het gedrukte en het geschrevene op deze bladzijde is goedgekeurd. B. Schuurman." Later bleek dat
in de Meppeler Courant 62e jaargang 104; 28 december 1904 het volgende artikel was verschenen:
"Een geval van handige oplichting heeft zich hier ter stede voorgedaan. Een jonge man, Joël
genaamd, was reeds jaren verloofd met een meisje, dochter eener weduwe alhier. Hij was handelaar
in vee. Volgens zijn zeggen floreerde zijn zaak uitnemend. Joël was de man, met wien de boeren
gaarne te doen hadden; Joël sloot de voordeeligste koopcontracten af enz. enz. Veel geld was voor
dit laatste noodig, meer dan Joël op sommige oogenblikken wel bezat. Om kort te gaan, de moeder
van het meisje bezat een klein kapitaaltje, naar men ons meedeelt f 1500,=. Successievelijk werd
dit sommetje gestoken in de ondernemingen van den aanstaanden schoonzoon. En ook weer goede
bekenden der moeder staken gaarne een honderd gulden in de solide speculatiën van den jongen
koopman, die nu weer met deze en dan weer met die gezamenlijk zijn contracten sloot. Dezer dagen
zou het jonge paar in het huwelijk treden. Bruid en bruidegom hadden een woninkje gehuurd en dit
heel mooi gemeubileerd. De inkoopen voor de bruiloft waren reeds gedaan; de gasten reeds
genoodigd. En ziet, juist voor de voltrekking van het huwelijk wordt de moeder van het meisje
beter ingelicht over de soliditeit van Joël, en spoedig viel deze door de mand. Al de voordelige
contracten, de mooie inkoopen en nog mooiere verkoopen hadden slechts in zijn verbeelding
bestaan. Van het huwelijk kwam niets. Joël liet zijn hielen zien en is vertrokken, waarheen weet
men niet. De toestand van het bruidje, van hare moeder en van allen, die hun spaarpenningen aan
Joël toevertrouwden laat zich denken."
Joël van de RHOER | ||||||||||||||||||
1904 | ||||||||||||||||||
Hendrika GOLDSTEEN |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.