In het boek "DE JOODSE GEMEENSCHAP in het Groninger Westerkwartier, Peize en Roden" uitgegeven
door de Stichting Vrienden van het Rijksarchief in Groningen (ISBN 90-800057-2-X) komen de
volgende passages voor:
Bladzijde 31:
In 1807 verschenen in Leek de manufacturenhandelaar Godschalk Marcus en de koopman Wolf
Levi. Er is een rekening bewaard gebleven van twee kleden, "3 1/8 el peers bond à 14 st" en "3½
el turkse calmienk à 15 st" die op 1 januari 1807 door Godschalk Marcus geleverd werden
aan Willem Raven in Nietap. 89 (Noot 89 verwijst naar: RAG ORA LXXII o, beneficiaire beschrijving
v.d. goederen v. W.H. Raven 26-8-1807)
(RAG ORA = Rijks Archief Groningen - Oud-rechterlijke archieven)
Verder onder 2. Stichting van een synagoge:
Eén van de oudere documenten waarin sprake is van een "Joodse gemeente op de Leek" dateert van
26 december 1808. Op die datum sloten Victor Philippus, diens zwager Jacob Israëls, Izak Izaks,
Salomon Daniëls en Godschalk Marcus uit hoofde van hun functie als "opzieners der Joodsche
gemeente op de Leek" een contract met Isaac Norden, waarbij deze werd aangesteld als voorganger
in de "kerk", koster en ritueel slachter. Dan volgen zes punten uit dit contract.
Bladzijde 32:
De synagoge was gelegen aan het Boveneind in Leek en zag uit op het water van het Hoofddiep. Het
huis van Marcus Godschalk (hier wordt de naam dus omgedraaid - vergissing van de auteur of
drukker?) stond ten noorden van de synagoge.
Bladzijde 35:
Onder 4. Kosten van het godsdienst-onderwijs
Op 28 juni 1809 schreef een aantal leden van de jonge kille (joodse gemeente) in Leek een brief
aan het Opperconsistorie in Amsterdam. Izak Izaks, Godschalk Marcus, Daniël Mozes, Hijman
Aron, Heiman Mozes en Salomon Daniëls waren de ondertekenaars.
Bladzijde 36:
Onder 5. Leek 1809-1814
Een indruk van de economische positie van de joden in Leek wordt gegeven door de repartitie
(gemeentelijke omslag) over de burgers van Leek over de jaren 1809 en 1810.
Godschalk Marcus koopman moet in 1809 2,50 betalen. In 1810 wordt hij niet vermeld.
Bladzijde 37:
De inlijving in het Franse keizerrijk leidde voor de joodse kehilloth (joodse gemeente) tot een
nieuwe vorm van organisatie. Op 1 januari 1813 werd Leek geplaatst onder het gezag van de
Leeuwarder consistorie. Eén van de taken van dit consistorie was de omslag van een éénmalige
belasting van 9.850 francs over de joodse gemeenten die tot haar gebied behoorden. De belasting
was ten bate van de staat. Van de joden in Leek werd verwacht dat ze het betrekkelijk hoge bedrag
van 220 francs zouden opbrengen.125 (Noot 125 verwijst naar: ARA ACL inv.nr. 37, notulen
25-8-1813 nr 1. (ARA ACL = Algemeen Rijks Archief - Archief Consistorie der Israëliten in de
circumscriptie Leeuwarden 1813)
Aanvankelijk was het de bedoeling dat het bedrag werd opgebracht door de joden van Leek, Eelde,
Donderen, Nietap en Roden.)
De lijst van "contribuables" die in Leek de som van fr. 220 dienden op te brengen geeft ook aan
welke achternamen de belastingplichtigen hadden aangenomen in 1811.
De omslag over de joodse gemeente Leek zag er als volgt uit:
7. Godschalk Marcus van der Veen 14 fr.
(Hieruit kunnen wij dus concluderen dat Godschalk Marcus de naam "van der Veen" in Leek moet
hebben aangenomen en niet in Enkhuizen! Navraag bij de gemeente Leek en de Groninger Archieven
levert niets op. De naamsaannameregisters van Leek zijn niet bewaard gebleven.)
Bladzijden 41 en 42:
Onder 8. Roden en Peize
Binnen de gemeente Roden (een Drentse gemeente enige kilometers ten zuidoosten van Leek) werd
geregeld handel gedreven door joodse kooplieden die van elders afkomstig waren. We weten wie deze
mensen waren omdat in Roden van de periode tussen 1806 en 1814 de patentregisters bewaard zijn
gebleven. Een patent was een vergunning om binnen de gemeente een bepaald beroep uit te oefenen.
Godschalk Marcus van der Veen kwam om er handel te drijven. Hij bood de mensen loten te
koop aan.
Bladzijde 51:
Hier wordt vermeld dat Godschalk Marcus van der Veen korttevoren (vóór 17 januari 1820)
benoemd was tot ouderling van de kille in Leek.
Bladzijde 58:
Onder 2. Beroepsuitoefening
Godschalk Marcus van der Veen verdiende in 1816 de kost als koopman.
Het was niet ongewoon dat iemand op meer dan één manier voorzag in het levensonderhoud van een
gezin. Daniël Elberg en Godschalk van der Veen hadden in de laatste jaren van de Franse
tijd bijverdiend door bedden te verhuren aan de in Leek ingekwartierde gendarmes. De vreugde over
de aftocht van deze gendarmes in 1814 werd dan ook getemperd door de ontdekking dat de Fransen in
de haast van de terugtocht vergeten waren om de rekening voor de bedden te betalen. De vraag was
nu of de Nederlandse overheid de schulden zou erkennen die door de Fransen waren aangegaan. Tot
grote opluchting van Elberg en Van der Veen bleek dit het geval te zijn. In 1816 sloot de
schout van Leek de correspondentie over de Franse bedden af, door te beloven dat de rekening
betaald zou worden zodra er "genoegsame penningen" in de gemeentekas aanwezig zouden zijn.247
(Noot 247 verwijst naar: GAL inv.nr. 779, en Sijbolts, p. 102)
(GAL = Gemeente Archief Leek.)
Bladzijde 59:
Bewaard gebleven gegevens over joodse families in Leek laten zien dat ook zij moeilijke tijden
doormaakten. Godschalk Marcus van der Veen besloot met zijn gezin naar Enkhuizen te
vertrekken. Zijn huis ten noorden van de synagoge aan het Boveneind liet hij achter als onderpand
voor de betaling van een schuld van 300. 252
(Noot 252 verwijst naar: RAG, NA standpl. 19, inv.nr.7, 1828 nr. 19.)
(RAG NA = Rijks Archief Groningen - Notariële Archieven)
Hieruit kunnen wij afleiden dat Godschalk Marcus van der Veen, samen met Henderina Nathan
Gans en de kinderen in 1828 naar Enkhuizen zijn vertrokken .
Bladzijde 163:
Hierop staat als BIJLAGE I een overzicht van
BESTUURDERS DER ISRAËLITISCHE GEMEENTE LEEK
Kerkbestuurders 1808-1867
Periode 1808 opzichter Godschalk Markus' van der Veen leeftijd c1778- .
1816 opzichter Godschalk Markus' van der Veen leeftijd c1778- .
1817 idem
1819 idem
1821 ouderling Godschalk Markus' van der Veen leeftijd c1778- .
1822 idem
1823 idem
1824 idem
Bladzijde 256:
De beroepen van Godschalk Marcus van der Veen worden aangegeven als koopman, debitant van
loten en kerkbestuurder.
Tevens staan hier vermeld:
Hinderina Nathans Gans, geb. c1780, Rebecca geb. Leek 30-11 -1816, Beeltje
geb. Leek 5-10-1819.
In de laatste kolom wordt aangegeven dat zij vertrekken naar Enkhuizen zonder datum of
jaar-aanduiding.
In het boek "van Koopmansstraat tot Nieuwmarktspijp" van Suus Messchaert -Heering (ISBN
90-74642.07.1) een geschiedenis over huizen in de Oude Westerstraat in Enkhuizen staat op pagina
245 vermeld:
De Westerstraat Noordzijde Westerstraat 100
02-04-1828: [Nieuw-notarieel Archief Enkhuizen 1580]
Harmpje Loots, weduwe van Lammert ter Zweege, verkoopt het winkelhuis met een pakhuis erachter en
uitkomende aan een gemene sloot, aan de winkelier Dirk Stotman voor 1.000,-
16-04-1828: [Nieuw-notarieel Archief Enkhuizen 1580]
Vindt er op verzoek van Harmpje Loots een openbare verkoop plaats van de winkelgoederen met onder
andere meel en rijstbakken, olievaatjes, gierst, uitstalbakjes, potasch, stokvis, blauwsel,
krijt, rozijnen, lakmoes, Franse krenten, chicorei, salie, koffie, peper, nagelbollen, thee en
bierazijn, waarvan de opbrengst bedraagt 334,95.
Bij deze openbare verkoop zijn winkeliers uit de Oude Westerstraat aanwezig
Piet van de Velden, winkelier,nu huisnummer 25
Carel Francken, spekslager,nu huisnummer 87
Evert van Heerde, koekbakker,nu huisnummer 95
Gotschalk van der Veen,koopman,nu huisnummer 149
Jan Loots, grutter,nu huisnummer 32
Elias van de Berg, vleeshouwer,nu huisnummer 89
Jan Smit, meesterkoekebakker,nu huisnummer 39
Hendrik Heering,winkelier,nu huisnummer 93
De nieuwe eigenaar neemt uit de inboedel voor 4,05 over: zes dozen, botersteker, kaasmes en
troffel.
Op pagina 165 staat vermeld:
De Westerstraat Zuidzijde Westerstraat 149-151
17-12-1835 [Nieuw-notarieel Archief Enkhuizen 1591]
Wilhelmina van de Velde draagt het huis over aan de koopman Godschalk Marcus van der Veen
voor 250,-.
09-11-1854 [Nieuw-notarieel Archief Hoorn I.30] wordt dit huis met een pakhuis in de
Prinsenstraat verkocht door de eigenaar aan Mozes Abraham du Mosch voor 800,-.
Nadien is het pand in tweeën verdeeld.
Na de verkoop van hun huis in november 1854 zijn Godschalk Marcus van der Veen en zijn vrouw
Henderina Nathan Gans op 27 augustus 1855 verhuisd van Enkhuizen naar Meppel.
Hij is getrouwd met Henderina Nathans GANS.
Zij zijn getrouwd op 22 oktober 1808 te Enkhuizen, Noord-Holland, Nederland.
Kind(eren):
Godschalk Marcus van der VEEN | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1808 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Henderina Nathans GANS |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.