C17500101JO
Hij is getrouwd met Maria Willemsen.
Zij zijn getrouwd op 24 april 1785 te Ramele, Overijssel, Nederland, hij was toen 32 jaar oud.
24-04-1785 Joannes Joannis
Maria Wilhelmi aan de Viscaal
Testibus Getrude Nijenhof et Elisabeth Beumers - Ramele
Kind(eren):
Geboren 07-01-1753 [1]
Geslacht Mannelijk
Overleden na 1811 [1]
Persoon-ID I57906 Sumpel
Laatst gewijzigd op 29 dec 2008
Vader J. Smit
Moeder T. Willemsen
Gezins-ID F36385 Gezinsblad
Gezin Maria Willems, geb. 04-02-1758, ovl. na 1811
Kinderen
1. Hermannus Johannessen Viscaal, geb. 29-06-1796, Ramele (Raalte, Ov)
2. Willem Jansen Viscaal, geb. ong 1799, Raalte (Ov)
Gezins-ID F24547 Gezinsblad
Aantekeningen
Joannes Jansen Viscaal ook Jannes Jansen Smit
Bronnen
[S685] Raalte: Volkstelling (1811)..
De naam Raalte is voor het eerst te vinden in een oorkonde van 2 augustus 1123. Hierin wordt de 'kerk van Raelt' genoemd. De betreffende oorkonde is echter een in het begin van de 13e eeuw vervalst document. Het zegel erop is wel echt. Van het 'kersp el Raalte' is voor het eerst sprake in 1265. Het kerspel 'Ter Heyne' is voor het eerst in documenten vastgelegd in 1236. In dat jaar gaf Bisschop Otto III van Utrecht het kerspel de opdracht de 'tienden' af te staan aan een nonnenklooster bij Hasselt .
Het begin van een vroegmiddeleeuws dorp wordt gesitueerd rond waar nu de Plaskerk staat. Hier was op een open plek of 'raan' een kleine verzameling hofsteden rond een plaats, een zogenaamde 'tije' of gerechtsplaats. De bewoners van het omliggende geb ied dat 'rotlo' (gerooid loo of bos; dit veranderde in roalt, raalte) werd genoemd, kwamen samen op deze tije. Geleidelijk aan ging het oude tijenraan genoemd worden naar het omliggende gebied: Raalte.
De kerspels (kerkdorpen) Raalte en Ter Heyne hebben samen met de omliggende buurtschappen de grondslag gelegd voor de gemeente Raalte en Heino. Van oudsher is Raalte een belangrijk centrum geweest, gelegen aan het inmiddels voor scheepvaart gesloten Overijssels kanaal. Heino groeide langzaam en bleef een rustig en nijver agrarisch dorp. Rond Heino en Raalte zijn meerdere prachtige landgoederen met havezaten te vinden.
Rijk archeologisch verleden
De gemeente kent een rijk archeologisch verleden en wordt gezien als een van de archeologische kerngebieden in Nederland. Het nadenken over de toekomst van een gemeente begint met het heden. Je kunt het heden echter niet goed begrijpen zonder het ver leden te kennen. Daarom is archeologische en historische kennis nodig. Oog hebben voor ons fraaie landschap met haar enken en bouwkampen is in dit geval dus ook oog hebben voor het fraaie verleden. Enken of essen zijn namelijk oude gemeenschappelijk e landbouwgronden en per definitie archeologisch zeer waardevol. Hierin zit ons verleden verpakt. Dit geldt ook voor de bouwkampen - een soort éénmans-es - die hier veel te vinden zijn.
De gemeente Raalte is toevalligerwijs rijk aan grote enken en bouwkampen. Deze hoge gronden zijn in het landschap goed te herkennen en er liggen oude buurtschappen naast. Buurtschappen met een zeer hoge ouderdom binnen de gemeente zijn o.a. Linderte, Boetele, Ramele en Pleegste. De oorsprong van deze buurtschappen gaat veel verder terug dan de vroegste oorkonden in de gemeente aangeven. Vanuit archeologisch onderzoek is inmiddels gebleken dat binnen het grondgebied van de gemeente bewoning is g eweest gedurende alle perioden. Kenmerkend voor de archeologie in de gemeente is de uitspraak van voormalig provinciaal archeoloog dr. A.D. Verlinde:"Raalte lijkt met haar archeologische vondsten een duidelijk patent te hebben op groot en zeldzaam".
Doesburg, J. van (2007-08-07), Verkennend booronderzoek naar een omgracht complex uit de Middeleeuwen te Ramele, gemeente Raalte (prov. Overijssel)
Persistent Identifier: urn:nbn:nl:ui:13-s18-4u4
In augustus 2007 heeft aan de Haansweg te Ramele (gemeente Raalte) een verkennend booronderzoek plaatsgevonden op de locatie waar volgens historisch kaartmateriaal een door drie concentrische grachten omgeven rond terrein moet hebben gelegen. Het ter rein staat in de volksmond bekend als de Spiekerbelt.
Eerder geo-magnetisch onderzoek in de periode tussen 1993 en 2002 had slechts in beperkte mate inzicht in de mogelijk in het terrein aanwezige archeologische resten gebracht. Het booronderzoek had tot doel de aanwezigheid en begrenzingen van de grach ten en een eventuele ophoging van het middenterrein te bepalen en de opbouw hiervan te bestuderen. Tevens hadden de boringen tot doel de fysieke kwaliteit van het terrein te onderzoeken. Tenslotte dienden boringen rondom het terrein om de landschappe lijke ligging van het complex in kaart te brengen. Het booronderzoek vormt de eerste fase van een waardestelling, die mogelijk kan leiden tot wettelijke bescherming van het terrein. De tweede fase bestaat uit het graven van proefsleuven. Deze fase i s uitgesteld vanwege de problematische hydrologische situatie ter plaatse.
Johannes Jansen Viscaal | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
1785 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maria Willemsen |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.