Genealogie Rijerkerk - Bronner » Doen De Jonge BEIJENSZ (± 1434-< 1515)

Persoonlijke gegevens Doen De Jonge BEIJENSZ 


Gezin van Doen De Jonge BEIJENSZ

(1) Hij is getrouwd met Aeskin.

Zij zijn getrouwd rond 1459 te Poortugaal.


Kind(eren):

  1. Aert Doen BEIJENSZ  > 1459-< 1543 
  2. Neeltje Doen BEIJENSD  > 1459-???? 
  3. Lijsbeth Doen BEIJENSD  > 1459-???? 
  4. Beije DOENSZ  ± 1460-1556 
  5. Cornelis DOENSZ  ± 1475-1542 


(2) Hij is getrouwd met Neeltje Wollebrant Jansd BOOT.

Zij zijn getrouwd rond 1480.


Kind(eren):

  1. Lidewij DOENSD  ± 1480-< 1550 


Notities over Doen De Jonge BEIJENSZ

Leenman van Putten(1484), schepen van Poortugaal(1491,1507), stichter van de grote memorielanden te Poortugaal.

Doen Beijensz werd op 28-1-1485 beleend door de Hofstad van Putten met de goederen van zijn vader. Hij testeerde op 6-1-1513. Doen Beijensz: “Disponeerende van syne goederen heeft gewild, dat op den oudsten en naasten van syne Descendenten tot een eeuwige memorie soude succederen seeckere omtrent een en twintig gemeten lants, geleegen in Poortugaal; Mitsgaarders nog seeckere omtrent veertien gemeten lants, geleegen als vooren, omme bij denselven als patroon of patronesse geconfereert te worden, aan yemand van de descendenten, van den voorgeschreven fondateur omme den zelven uit het innekomen viccary te laten stuydeeren, bequam te maken en onderhouden tot priester”. Op de secretarie van Poortugaal werd in de 17e en 18e eeuw en parenteelstaat (afstammingslijst) bijgehouden van bovengenoemde landerijen, de zogenaamde “Grote Memorielanden”. Aeskin stichtte voor zichzelf een memorie op een huis en erf, staande beneden het dorp Poortugaal, destijds bewoond door haar zoon Cornelis. Beijen zegelt op 1 Mei 1465 voor zijn neef Olaert Hendricksz. Hij vestigt samen met zijn oudste zoon Aert Beijensz een memorie op 2 gemet land in Vernellenhouck, te versterven op zijn zoon Doen. Hij vestigde zijn memorie op de helft van 3,5 lijn land.

Gorkum ORA 537/210, 13 Jun 1544: Roelof PLEUNEN beloofde Francois DOEIJENSZ te vrijen met een halve boomgaard te Arkel, zoals Francois in Poortugaal Willem DOEIJENSZ en zijn broer Beije DOEIJENSZ heeft moeten vrijen in de Baljuwschap van Putten en aan Adriaan WILLEMSZ. In 1504 genoemd als belender.

De heerlijkheid Albrandswaard was een polder en de meeste inwoners zullen boeren geweest zijn. De omvang werd in 1732 gerekend groot te zijn 434 gemeten en 285 roeden lands. Er stonden 26 huizen (een eeuw eerder in 1632 nog 34) en men telde erin 1795 ongeveer 160 inwoners. In 1848 woonden er tweehonderd mensen in 28 huizen. Toch beschikte deze kleine gemeenschap over een baljuw voor de criminele zaken en een schout voor de civiele zaken. Ook een dijkgraaf kon in deze polder uiteraard niet gemist worden. Als we de namen van deze functionarissen in de stukken tegenkomen, krijgen we de indruk dat in die kleine gemeenschap de taken tussen een paar families werden verdeeld. In een beschouwing over een bepaalde boerenfamilie in de contreien van Poortugaal, kwamen we de volgende woorden tegen: ‘Met het voortschrijden der jaren geraakte de familie geparenteerd aan de meeste plaatselijke landbouwers families die omstreeks het midden van de achttiende eeuw als het ware één grote familiekring waren gaan vormen, in wier handen het dorps-, polder- en kerkbestuur lag. Wat inde steden plaatsvond onder de patriciërs vond op het platteland plaats onder de gezeten boerenfamilies in de omgeving van Poortugaal: hoogst gecompliceerde familieverhoudingen en ambten die in die kring bleven circuleren.’ (Ned. Leeuw 1983 – 351). Er is één man die door vrijwel alle boerenfamilies in deze streek als hun stamvader wordt aangewezen en bij hem zal ik dus ook maar beginnen. Zijn naam was “Doen Beyenszoon” en hij leefde in het begin van de vijftiende eeuw. Toen in 1421 de beruchte Sint Elisabethsvloed een groot deel van Brabant en Zuid-Holland in een watervlakte had herschapen, waren de tijden blijkbaar dusdanig veranderd dat voor het herstel geen beroep werd gedaan op cisterciënzer monniken, maar op de poorters en boeren uit de omgeving. In 1436 werd een consortium gevormd met het doel zoveel mogelijk land te heroveren door bedijking en inpoldering. Tot de deelnemers behoorden ‘Pieter Renger Willems soon, “Doedijn Beijen soon” ende Heinric Olerts soon mit horen medegesellen uit Poortegael’. “Doen Beijensz” onderhield blijkbaar een goede relatie met zijn leenheer, want in een aantal oorkonden wordt hem land in leen gegeven, zoals in 1455: ‘eenen dijck gelegen an die Moelen binnen onsen lande ende herlicheit van Portegael mitten Zweerdijkcksen dijkck streckende totten ouden Rodensen Dijck’. Wie het huidige Albrandswaard kent, zal het beschreven leen herkennen als de noordgrens van de polder Albrandswaard. Dat was niet zo onbegrijpelijk want het is in deze polder dat we ook een deel van “Doen Beyensz” bezit moeten zoeken. Ik leid dat af uit het feit dat we in de volgende eeuwen zijn nakomelingen de bestuurlijke functies van Albrandswaard zien vervullen. Zijn Leenheer was waarschijnlijk de zoon Arent of 1 v.d. kleinzonen van Willem van Egmond, : In de veertiende en vijftiende eeuw wisselt de heerlijkheid voortdurend van eigenaar. In de Hollandse leenregisters komen we hun namen tegen in korte mededelingen zoals de volgende: ‘Heer Geryt van der Heyden wordt geconsenteert in sijnen ambacht van Harantswairrle eenen gewairden rechter te hebben, 1352’ (gewaard = gevolmachtigd). Korte tijd daarna blijkt Jacob van Rijsoort het goed te hebben verworven via zijn vrouw Maria Hendriksdochter van Montfoort. Na zijn dood erft Adriana van den Berge het goed, maar zij ziet er van af en geeft het over aan Gerrit van Zijl, heer van Purmerend. Maar deze vindt er al een paar jaar later een koper voor en die koper blijkt dan weer een telg uit het geslacht van Egmond te zijn. Het is Willem van Egmond, heer van IJsselstein, die de heerlijkheid Albrandswaard in 1437 koopt (3 – 74). Deze Willem van Egmond (1387 – 1451) was een broer van de beroemde Jan van Egmond, die ook wel Jan met de Bellen werd genoemd omdat hij altijd met bellen aan zijn gordel ten strijde trok. Jan was een der hoofden van de Kabeljauwse partij in die woelige dagen. Hij stond zijn bezit in IJsselstein af aan zijn broer Willem. Je vraagt je af, waarom deze er dan nog een heerlijkheid bij wilde kopen? Het antwoord op die vraag moeten we zoeken in zijn liefde voor Hillegonde, een dochter van de schout. Bij haar had heer Willem, die het grootste deel van zijn leven ongetrouwd is gebleven, twee kinderen, een zoon Arent en een dochter Yolente. Het is voor zijn bastaardzoon Arent dat hij de heerlijkheid Albrandswaard koopt. Mocht Arent kinderloos sterven, dan moest zijn zuster Yolente het goed erven, terwijl moeder Hillegonde voor de duur van haar leven het vruchtgebruik zou hebben. De heerlijkheid blijft dan enige tijd in dat geslacht, want Arent krijgt drie zonen, Willem, Cornelis en Christoffel. Die volgen de een na de ander elkaar op als heer van Albrandswaard. Uiteindelijk doet Christoffel er afstand van en in 1506 wordt de heerlijkheid eigendom van Willem van Wijngaarden. Daarmee begint een nieuw hoofdstuk in een nieuwe eeuw en dat voert ons naar de stad Breda. Bron: De vergeten geschiedenis van de hoge heerlijkheid Albrandswaard. door Ton Oosterhuis.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Doen De Jonge BEIJENSZ?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Doen De Jonge BEIJENSZ

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Voorouders (en nakomelingen) van Doen De Jonge BEIJENSZ

Doen BEIJENSZ
± 1382-< 1452
Beije DOENSZ
± 1408-1485
Lijsbeth
± 1412-1485

Doen De Jonge BEIJENSZ
± 1434-< 1515

(1) ± 1459

Aeskin
± 1439-????

Aert Doen BEIJENSZ
> 1459-< 1543
Beije DOENSZ
± 1460-1556
Cornelis DOENSZ
± 1475-1542
(2) ± 1480
Lidewij DOENSD
± 1480-< 1550

Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

  • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
  • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
  • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).

De getoonde gegevens hebben geen bronnen.

Aanknopingspunten in andere publicaties

Deze persoon komt ook voor in de publicatie:

Over de familienaam BEIJENSZ

  • Bekijk de informatie die Genealogie Online heeft over de familienaam BEIJENSZ.
  • Bekijk de informatie die Open Archieven heeft over BEIJENSZ.
  • Bekijk in het Wie (onder)zoekt wie? register wie de familienaam BEIJENSZ (onder)zoekt.

Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
Cock Rijerkerk, "Genealogie Rijerkerk - Bronner", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/genealogie-rijerkerk-bronner/I7158.php : benaderd 5 mei 2024), "Doen De Jonge BEIJENSZ (± 1434-< 1515)".