(1) Hij is getrouwd met Margareta van Schroyenstein.
Zij zijn getrouwd
(2) Hij is getrouwd met Sara [Culemborch] van Rijssenburch.
Zij zijn getrouwd
Kind(eren):
Van Ledenberg was in 1588 benoemd tot secretaris van de Staten van Utrecht. Tijdens de religieuze en politieke onrusten in het Twaalfjarig Bestand, koos hij de zijde van de landsadvocaat Johan van Oldenbarnevelt . Die keuze werd hem fataal: in augustus 1618 werd hij net als de bejaarde Oldenbarnevelt, Hugo de Groot en Hoogerbeets gearresteerd en gevangen gezet. Reeds na drie strenge verhoren zag het hopeloze van zijn situatie in: wat hem wachtte was vernedering, verbeurdverklaring van zijn goederen, de dood aan de galg of in het gunstigste geval levenslange gevangenschap. Hij nam het besluit zijn leven zelf te beëindigen. Toen zijn zoon die de cel met hem deelde, was gaan slapen haalde hij een pennemes tevoorschijn '..ende heeft hemselven daermede omtrent zijne navel (..) in zijnen buyck ghesteken.' Omdat daarmee het doel niet was bereikt 'heeft hy het broot - mes ghenomen ende hemselven daer mede den strott affgestecken'.
De ongelukkige familie kreeg van de Staten Generaal geen toestemming het lijk te begraven. Op 15 mei van het jaar 1619 deden de rechters uitspraak en veroordeelden tot de dood op het schavot. De executie werd door duizenden nieuwsgierigen op het Binnenhof gadegeslagen.
(gravure) De onthoofding van Johan van Oldenbarnevelt op het Binnenhof met op de achtergrond de kist van Ledenberg aan de galg.
De dode Ledenberg was alsnog tot de galg veroordeeld. Men sleepte zijn kist naar het galgenveld van Rijswijk. Daar hing de kist eenentwintig dagen aan de strop te schande. Pas door bemiddeling van mocht de weduwe haar man tenslotte laten begraven aan de noordkant van de kerk van Voorburg. De dorpelingen waren echter woedend over de aanwezigheid van een zelfmoordenaar op hun kerkhof. Toen een stel opgeschoten jongens de kist opgroef, hem met stenen bekogelde en onder gejoel in een droge sloot gooide, stak de schout geen hand uit om het te verhinderen. Het lijk werd opnieuw begraven maar de familie besefte wel dat het gevaar van grafschennis hiermee niet geweken was.
De dochter van Ledenberg, Swana geheten, was getrouwd met Adam van Lockhorst . Deze Utrechter had kort tevoren de heerlijkheid Zuylen en Westbroek gekocht. In het diepste geheim liet hij de kist van zijn schoonvader opgraven. Ledenberg kreeg nu een stille herbegrafenis in de kerk van Zuylen.
Ondanks verbouwingen, brand en wederopbouw van het kerkje is het zerkenveld verder met rust gelaten.
Belle van Zuylen zou ruim twee eeuwen later in hetzelfde kerkje worden gedoopt en er later ook in het huwelijk treden.
Hij was van geringen afkomst, men zegt dat zijn vader metselaar was. Zijn geboortejaar is onbekend. Wij ontmoeten hem het eerst als klerk bij den bekenden Utrechtschen advocaat Mr. Floris Thin, in 1588 verkreeg hij het belangrijk ambt van Secretaris der Staten van Utrecht, als vriend van Oldenbarnevelt werd hij in 1618 uit dit ambt ontslagen en daarop te gelijk met Oldenbarnevelt, Hoogerbeets en De Groot gevangen gezet. Hij wachtte zijn vonnis niet af, doch beroofde zich in de gevangenis den 28 Sept. 1618 van het leven, hopende daarmede de verbeurdverklaring zijner goederen te voorkomen. Op verzoek van de weduwe en kinderen werd hij eerst begraven te Voorburg en daarna bijgezet in de Kapel van zijn schoonzoon Adam van Lockhorst. Zijn doel bereikte hij met zijnen zelfmoord niet, daar men in het Tijdschrift voor Geschiedenis enz. van Utrecht 184x op blz. 174 vindt : Goederen van Gillis van Ledenbergh gewesen Secretaris des Staeten van Utrecht geconfisqueert by sententie van H. H. Staeten General volgens de Reeckeninge daarvan gedaen door Jan van Haeften aan de H. H. Staeten van Utrecht 7 December 1621. Navorscher 1918.
Gillis van Ledenberch | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Sara [Culemborch] van Rijssenburch |